BTW (SCHIJF 3)
Herhalingsles
5-vragenmethode
1) Wordt de handeling verricht door een btw-plichtige?
2) Betreft het een belastbare handeling?
3) Waar vindt de handeling plaats?
4) Is er vrijstelling mogelijk?
5) Wie moet de btw voldoen?
Oefening 1:
Op 1 februari koopt Bom.com een inpakmachine bij een fabrikant van geautomatiseerde
inpakmachines voor 20 000 EUR, exclusief btw. Er wordt overeengekomen dat Bom.com
uiterlijk op 15 februari 2 000 EUR voorschot zal betalen. Op 1 maart ontvangt zij een
factuur van de fabrikant voor het saldo van 18.000 EUR. Een week later, op 8 maart, wordt
de machine geleverd en geïnstalleerd door de leverancier. Op 9 maart is de machine
volledig geïnstalleerd. Er is geen verankering van de machine met de vloer. Op 30 maart
betaalt Bom.com het saldo van de inpakmachine (18 000 EUR).
Zowel Bom.com als de fabrikant van de inpakmachines zijn gevestigd in België. Beiden zijn
maandaangevers.
Vraag 1: Ja art. 4 WBTW
Vraag 2: Ja, levering van goederen, art. 9 WBTW en art. 10 §1 WBTW
Art. 2 WBTW onder bewarende titel?
Stel dat het wel verankering met de vloer was dan was het een dienst: werken in
onroerende staat
Vraag 3: waar vindt de handeling plaatS?
Levering met installatie
Art. 14, §3 WBTW: Belgische btw verschuldigd
Vraag 4: Is er een vrijstelling mogelijk? Neen
Vraag 5: Wie moet de btw voldoen?
Leverancier
Timing
Vraag 6:
Art. 16 WBTW
Belastbaar feit = 9 maart, wanneer het volledige geïnstalleerd is
Tijdstip opeisbaarheid btw?
Art. 17 WBTW
Factuur uiterkijk 15 april van het belastbaar feit belastbaar is
Factuur opgesteld op 1/3
1
, art. 17, derde lid WBTW = belasting opeisbaar van bedrag van voorschot op 15/2
Voor het resterend saldo opeisbaar op 1/3
BTW-aangifte?
Maandaangever
Voorschot 2000 euro in te dienen uiterlijk voor 20 maart
Saldo 18000 euro in te dienen uiterlijk voor 20 april
Oefening 2
Vul de btw-aangifte in voor de maand januari van NV Arto (gewone btw-plichtige)
(= fabrikant van machines en inrichting voor de voedingssector)
VERKOPEN – excl. btw – btw-tarief machines = 21%
1. Verkoopfactuur geleverde vleessnijmachine aan Belgische klant - 2 000,00 euro.
2. Verkoopfactuur voor levering + installatie koeltoonbank in Frankrijk – 40 000,00 euro.
3. Verkoopfactuur intracommunautaire levering cuttermachine 21 000,00 euro aan
Nederlandse klant die NL btw-nummer doorgeeft.
4. Verkoopfactuur levering + vervoer machines aan klant in Tunesië: 15 000,00 euro.
AANKOPEN – excl. btw – toepasselijk btw-tarief vermeld per aankoop
1. Aankoopfactuur voor werk in onroerende staat aan kantoorgebouw 7 800,00 euro met
vermelding “btw te voldoen door medecontractant”. (21%)
2. Aankoop nieuw kantoormeubilair 2 400,00 euro. (21%)
3. Aankoop van een productiemachine van een Amerikaanse leverancier 10 000,00 euro.
Op invoerdocument: 60,00 euro invoerrechten + 40,00 euro inklaringskosten +
2 121,00 euro BTW (21 %))
4. Aankoop handelsgoederen van een Japanse leverancier 6 000,00 euro. Op
invoerdocument i.v.m. de aankoop: 75,00 euro invoerrechten & douanekosten + 364,50
euro BTW (6 %).
5. Aankoopfactuur van Franse cateraar die catering verzorgd heeft op een beurs ter
promotie van nieuwe machines in het fabrieksgebouw van Arto te Gent, 10 000,00
euro. Op de factuur van de Franse cateraar werd vermeld “TVA à payer par le
cocontractant. (12%)
Nog verder aanvullen met “ppt gebruikt tijdens les”
2
,Recht op aftrek van de voorbelasting
Basisleerstof schijf 2
Algemene beginselen
Recht op Aftrek (‘RoA’) is het kenmerkende basisbeginsel voor de werking van het BTW-
stelsel.
Aftrek van BTW op de inkomende handelingen want BTW mag geen kostelement zijn.
RoA alleen voor BTW –belastingplichtigen; ook gemengde BTW – belastingplichtige maar
die heeft een gedeeltelijk RoA (cfr. Infra, punt 3).
RoA geldt enkel op de BTW en niet voor andere heffingen.
Aftrek gebeurt voor het geheel van de handelingen van de BTW –belastingplichtige
gedurende de aangifteperiode.
Maand- of kwartaalaangever
Aftrek gebeurt onmiddellijk voor zover de goederen of diensten bestemd zijn voor de
economische activiteit (‘bestemmingsprincipe’). Art. 45, §1 WBTW.
Indien ze voor privédoeleinden zijn dan zal de btw niet aftrekbaar zijn
Aftrek niet altijd definitief bv. Bij wijziging van de bestemming van de goederen of diensten
(cfr. Hf 11 Herziening van aftrek).
Aankoop van bedrijfswagen => op bepaald moment om privé te gebruiken ipv bedrijf
gerelateerd
Verplicht om herziening te doen van aftrek van btw die je initieel hebt gedaan
Omvang en uitsluitingen van het recht op aftrek
Art. 1 van KB nr. 3 preciseert dat de BTW – belastingplichtige de btw mag aftrekken die
werd geheven op de goederen en de diensten die hij gebruikt voor de verrichtingen van de
in art. 45, §1 WBTW bedoelde handelingen:
1) belaste handelingen
2) door art. 39 tot 42 WBTW vrijgestelde handelingen
3) handelingen in het buitenland waarvoor RoA zou ontstaan als ze in het binnenland
plaatsvinden.
Uitsluitingen van het RoA:
1) Op goederen en diensten die niet bestemd zijn voor de economische activiteit ( bv
privé)
2) Op goederen en diensten waarvoor art. 45, §3 WTBW uitdrukkelijk iedere aftrek
uitsluit;
Levering en IC verwerving van
Tabaksfabrikanten
3
, Bij verkoop geen BTW aanrekenen
0,00% aftrek
Geestrijke dranken (> 22%)
Wel bij doorverkoop
Ter uitvoering van dienst (bereiding)
Om te worden aangeboden als handelsmonster of bij proeverij (=
publiciteitskosten beslissing E.T. 124.247,13.03.2015
0,00% aftrek
Kosten voor logies, spijzen en dranken om ter plaatse te worden verbruikt (p.
310)
Hotel- en restaurantkosten
Wel aftrekbaar voor:
Personeel belast met levering of dienst buiten huis, doch NIET voor
bestuursorganen
In verband met onder aanneming (zie voorbeeld boekhouder p. 283)
0,00 % aftrek
De kosten van onthaal (p. 311)
T.t.z aangenaam kader scheppen bij contact met klanten, leveranciers,
aandeelhouders en bezoekers op promotie te bevorderen
Feestjes, banket, receptie, reizen, business-seats en loges, diverse animaties,
enz.
Wel aftrek toegestaan voor kosten i.v.m. inrichting lokalen, onthaal in hotels,
restaurants , cafés met het doel een aangenaam kader te scheppen voor de
klanten
0,00% aftrek
UITZONDERING: evenementen met publicitair karakter
Op vlak van de BTW legt de fiscus zich neer bij cassatierechtspraak die
oordeelt dat de btw op cateringkosten met publicitair doel aftrekbaar is in de
periodieke btw-aangifte. (beslissing E.T. 124.247 van 13 maart 2015)
Waar de vorige minister van Financiën nog aanvaardde dat publicitaire cateringkosten volledig
als beroepskost aftrekbaar zijn, schaart de huidige minister van Financiën zich achter de jongste
rechtspraak van het Hof van Cassatie die de volledige aftrek van receptie- en restaurantkosten
verwerpt, ook als die hoofdzakelijk met een publicitair doel zijn gemaakt (Vr. en Antw. Kamer
2019-20, nr. 55-005, 93). (Fiscoloog 11/12/2019) Tevens bevestigd in Circ. 2022/C/86 van 16
september 2022.
3) Op bepaalde handelingen van reisbureaus (art. 45, §4 WBTW)
Beperkingen van het recht op aftrek
Max. aftrek van 50% op autovoertuigen bestemd voor het vervoer van personen en
/of goederen over de weg en goederen en diensten m.b.t. die voertuigen (art. 45 §2
WBTW):
Personenwagens
Auto’s voor dubbel gebruik (stationwagen, break)
Minibussen (met bijv. 6 zitplaatsen)
4 x 4 terreinwagens
Rallywagens
Auto’s voor autorijscholen of slipscholen
Auto’s die niet op de openbare weg rijden (enkel binnen de onderneming)
MAAR uitzonderingen 100 % aftrekbaar (pg 286) (art. 45 §2 WBTW)
vrachtauto's, bestemd voor het vervoer van goederen met een hoogst toegelaten
gewicht van meer dan 3.500 kg;
lichte vrachtwagens;
4