Samenvatting: sociale zekerheid
Semester 1
Opstart: sociale zekerheid
Begripsomschrijving
Sociaal recht: arbeidsrecht + socialezekerheidsrecht
- arbeidsrecht = alle rechtsregels die gaan over de verhoudingen tussen werknemers en werkgevers
zowel op individueel als collectief vlak
- socialezekerheidsrecht = rechtsregels die erop gericht zijn om aan mensen die niet zelf voor een
inkomen kunnen zorgen een uitkering te verschaffen
Socialezekerheidsrecht kan dan op zijn beurt ook nog eens opgesplitst worden:
- klassieke sociale zekerheid
- sociale bijstand
Klassieke sociale zekerheid
= maatregelen die bestemd zijn voor de werkende bevolking, ze verschaffen uitkeringen aan
werknemers als hun inkomen wegvalt door een bepaald sociaal risico
zowel vervangingsinkomens (werkloosheidsinkomen, invaliditeitsuitkering, pensioen) als
aanvullende inkomsten (kindergeld, hoge dokterskosten)
Kenmerken:
1 Beroepsgebonden
verschillend van beroepsgroep tot beroepsgroep
- gewone werknemers (dit stelsel gaan wij zien!!)
- zelfstandigen
- vastbenoemde ambtenaren
2 Bijdragebetaling vereist
werkende bevolking moet bijdragen betalen, maar ook werkgevers betalen een deel
3 Proportionaliteit met loon
je betaalt een bepaald percentage, dus hoe meer je verdient hoe hoger de bijdragen zullen zijn
4 Geen bestaansmiddelenonderzoek
dit is enkel van toepassing bij de sociale bijstand
Waarom hoort jaarlijkse vakantie voor arbeiders hier wel bij en die voor bedienden niet?
bij bedienden komt dit van de werkgever, MAAR is niet persé voordeliger!!
Bijstandsreglementering
= residuaire stelsel, minimumbescherming voor burgers
vb: leefloon, tegemoetkomingen voor gehandicapten, inkomensgarantie voor ouderen
!! Voor iedereen, niet enkel werkende bevolking. Je moet aan bepaalde voorwaarden voldoen om
hier recht op te hebben, dit wordt ook onderzocht adhv een bestaansmiddelenonderzoek!!
Kenmerken:
1 Geen verband met arbeid
2 Geen bijdragebetaling
,3 Wel bestaansmiddelenonderzoek
4 Forfaitaire bedragen
Verschil tussen de twee?
- financiering: SZ door bijdragen & sociale bijstand door belastingen
- voor wie?: SZ is voor werkende, betalende bevolking & sociale bijstand is voor iedereen
- methode: SZ door verzekering & sociale bijstand door bestaansmiddelenonderzoek
- wat: SZ voor inkomensvervangende en kostencompenserende risico’s & sociale bijstand voor
armoedebestrijding
Basisprincipes van de sociale zekerheid
Verzekeringsprincipe
Alle mensen die werken, moeten een bijdrage betalen aan de sociale zekerheid. Als hun dan een
sociaal risico overkomt, zijn ze vanuit die bijdragen verzekert en hebben ze recht op uitkeringen.
Proportionaliteit tussen bijdragen & uitkeringen:
hoe hoger het loon, hoe hoger de betaalde bijdragen en dus ook hoe hoger de verkregen uitkeringen
er staat wel een minimum en maximum op de uitkeringen
Solidariteitsprincipe
Iedereen is verplicht tussen te komen in de hulpverlening ten behoeve van de leden van de
gemeenschap die in een bepaalde situatie terechtkomen, dit gaat in verschillende richtingen
- intragenerationele solidariteit: tussen hoge & lage risicogroepen (horizontaal) en tussen hoge &
lage inkomensgroepen (verticaal)
- intergenerationele solidariteit: tussen generaties
Selectiviteit van de uitkering: er wordt rekening gehouden met je gezins- en financiële situatie
Vlaamse sociale bescherming
= extra bescherming voor Vlamingen die langdurige zorg en ondersteuning nodig hebben
Zorgkas: organisaties die de Vlaamse sociale bescherming uitvoeren in opdracht van de Vlaamse
overheid, zit vaak bij de ziekenfonds (en eentje op niveau van de Vlaamse overheid)
3 tegemoetkomingen:
- bestaande vergoeding Vlaamse zorgverzekering
- basisondersteuningsbudget voor mensen met een handicap
- inkomensgerelateerde tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden
1 Aansluiten bij de Vlaamse sociale bescherming
verzekering = verplicht voor iedereen die in Vlaanderen woont & ouder is dan 25 jaar
uitzonderingen zijn mogelijk, in Brussel mogen ze vrijwillig aansluiten
2 Zorgbudget Vlaamse sociale bescherming
zwaar zorgbehoevenden krijgen een zorgbudget voor niet-medische zorg (130€/maand)
vb: een klusjesdienst, prijs van een rusthuis
3 Het basisondersteuningsbudget (BOB) voor personen met een handicap
= Vlaamse tegemoetkoming voor mensen met een handicap, maandelijks bedrag van 300€
4 Zorgbudget voor ouderen met een zorgnood
= tegemoetkoming die men kan ontvangen als men 65 jaar of ouder is, voorwaarden aan verbonden
,5 Mobiliteitsmiddelen voor personen met een beperkte mobiliteit
= hulpmiddelen die iemand heel zijn leven (of toch lange tijd) nodig heeft, niet tijdelijk
aanvraag via zorgkas
Oorsprong en vooruitzichten van de sociale zekerheid
1886: enorme crisis die leidde tot nationale stakingen & overheid heeft door dat het moet ingrijpen
1944: Sociaal pact wordt door de drie partijen ondertekend
Regeerakkoord van de huidige regering De Croo: de sociale zekerheid, die alle Belgen nauw aan het
hart ligt, wordt beschermd en dat de financiering ervan op lange termijn wordt gegarandeerd
H1: Socialezekerheidsrecht
1 Sociale zekerheid en sociale bijstand
Sociale zekerheid = geheel van maatregelen en instellingen die tot doel hebben aan elke burger
voldoende bestaansmiddelen te waarborgen, op ogenblikken waarop diens bestaanszekerheid ten
gevolge van bepaalde risico’s wordt bedreigd
Te ruim!! Dekt enorm veel: gezondheidszorg, economisch beleid, onderwijs…
Hoe kunnen sociale risico’s de bestaanszekerheid aantasten?
- door het inkomen te verminderen (vb: ongeval, zwangerschap, werkloosheid…)
- door de uitgaven te vermeerderen (vb: medische kosten, kinderen)
Sociale verzekeringen = sociale zekerheid in enge zin, 7 takken
verzekeringssysteem gebaseerd op solidariteit, je krijgt rechten door bijdragen te betalen
1 Rust- en overlevingspensioenen
2 Werkloosheid
3 Arbeidsongevallenverzekering
4 Beroepsziekteverzekering
5 Gezinsbijslag
6 Ziekte- en invaliditeitsverzekering
7 Jaarlijkse vakantie
Federale sociale bijstand = sociale zekerheid in ruime zin
minimuminkomen garanderen aan de hele bevolking, GEEN verzekeringssysteem
1 Recht op maatschappelijke integratie
2 Maatschappelijke dienstverlening
3 Inkomensvervangende tegemoetkoming voor personen met een handicap
4 Inkomensgarantie voor ouderen
5 Integratietegemoetkoming voor personen met een handicap
Sociale bijstand aan personen = Vlaamse bijstand aan personen
behoort NIET tot de sociale zekerheid
1 Vlaamse sociale bescherming
2 Persoonsvolgende budgetten aan personen met een handicap
2 Enkele kenmerken van de sociale zekerheid
2.1 Solidariteit
Solidariteit = centrale begrip in socialezekerheidssysteem
- tussen jongeren & ouderen
- tussen werkenden & werklozen
, - tussen gezonden & zieken
-…
Bijdragen die worden betaald op het loon worden gebruikt voor de financiering vd SZ
Solidariteit is gewaarborgd doordat werkende mensen moeten betalen in verhouding tot hun loon,
financiering gebeurt grotendeels door de gemeenschap & vakbonden, ziekenfondsen en werkgevers-
organisaties beslissen mee over verschillende aspecten van het systeem
2.2 Verplicht karakter
Sociale verzekeringen zijn verplicht!! Men kan niet kiezen wel/niet deel te nemen, ook niet om voor
bepaalde takken geen bijdrage meer te betalen omdat jij er niet van geniet
vb: je kan niet beslissen niet te betalen voor de sector gezinsbijslag ook al heb je zelf geen kinderen
3 Stelsels van sociale zekerheid
Drie stelsels die we kunnen onderscheiden:
1 Stelsel der loontrekkenden
- algemeen stelsel (bescherming voor alle takken vd SZ)
- bijzondere stelsels (zeelieden & mijnwerkers)
- systemen van aanvullende SZ of bestaanszekerheid (eigen aan bepaalde sector/onderneming)
!! Wij bekijken het algemeen stelsel binnen het stelsel der loontrekkenden !!
2 Stelsel van de zelfstandigen
- zelfstandigen zijn voor 5 takken verzekerd
- moeten zich zelf aansluiten & bijdragen betalen (via sociale zekeringsfondsen of Nationale hulpkas)
3 Stelsels voor de ambtenaren
- ambtenaren voor plaatselijke & provinciale overheden: RSZ
- andere ambtenaren: rechtstreeks verzekerd via de tewerkstellende overheid zelf
4 Structuur van de sociale zekerheid
SZ werknemers: gefinancierd door bijdragen op het
loon & overheidssubsidies (WN & WG betalen!!)
WN: 13,07% op brutoloon
WG: geen vaststaand bedrag (afhankelijk van
grootte bedrijf & arbeider/bediende tewerk gesteld)
Globaal beheer vd SZ = betalen ve globaal
percentage aan RSZ, zij verdelen dit aan
verschillende sectoren op basis van behoefte
Werknemers & werkgeversbijdragen worden op vaste tijdstippen betaald aan 1 centraal organisme
= RSZ (Rijksdienst voor Sociale Zekerheid)
!! Brutoloon – RSZ (13,07%) = belastbaar loon – bedrijfsvoorheffing = nettoloon !!
Arbeiders krijgen een voorschot van hun loon, wordt dus ook afgetrokken van hun nettoloon
Loonbeslag: schuldeiser die beslag laat leggen op loon vd werknemer, hierdoor wordt er een stuk van
het nettoloon ingehouden
Bijzondere bijdragen SZ: gaat verdwijnen!!