Dit is een samenvatting van de E-Module Zuid-Amerika. Het bestand bestaat uit de verschillende thema's:
(Let op: soms een beetje in het engels geschreven)
Thema 1: Afbakening, beeldvorming en geschiedenis
Thema 2: Geologie, Klimaat en natuurlijke landschappen
Thema 3: Natuurlijke hulpbronnen ...
Koloniaal Zuid-Amerika:
- Handelskapitalisme
- Geografische en economische invloed:
o Columbian exchange: mijnbouw en suiker/koffie
- Demografische invloed
- Koloniale erfenis
Spaanse en Portugese overheersing:
- Het verdrag van Tordesillas (1494)
Fase 1 en 2: 1850 – 1930
- → Onafhankelijkheid
- Exporteconomieën: handel met
Europa en de VS
Fase 3: 1930 – 1960
- → Development inwards
- Import substitutie, industralisatie
(ISI), ‘sterke’ overheid
Import Substitutie Industrialisatie
- Achtergrond: gevolgen grote
depressie 1929
- Belangrijkste kenmerken:
o Industrialisatie (4 fasen)
o Toenemende directe
betrokkenheid van de overheid (sterke
overheid, staatsbedrijven, regionale
ontwikkelingscorporaties,
overheidsinstellingen)
- Ruimtelijke differentiatie
Fase 4: 1960 – 1980
- Gemengde resultaten ISI:
o Economische groei, maar niet in alle
landen.
- Beperkingen van ISI: niet compleet, beperkte
vraag, technologisch intensief, relatief duur
- 70’s: oliecrisis, schuldencrisis, toenemende inflatie
- 80’s: ‘verloren decennium’
Fase 5: 1980 – 2000 en verder…
- Structurele Aanpassingsprogramma’s (SAPs), neoliberale hervormingen (Washington
Consensus/Bretton Woods instituties):
➢Drie ingrediënten:
- Terugtrekkende overheid,
- Handelsliberalisering,
- Financiële hervormingen
➢Impact:
- economisch herstel, met drastische gevolgen voor de bevolking
Latijns-Amerika, een regio in beweging
Klaufus & Van Lindert, 2016
H1 Inleiding
Algemene introductie op Zuid-Amerika + boek opbouw
Spaans- en Portugeestalige deel van Amerika → Ibero-Amerika
Latijns-Amerika, een regio in beweging
Klaufus & Van Lindert, 2016
Hoofdstuk 4: De politiek van Latijns-Amerika
Latijns-Amerika is een regio van politiek centralisme en autoritaire leiders. Het politieke systeem geeft
veel macht aan presidenten. → Weinig tegenspraak → deze macht heeft een ruimtelijk element → de
nadrukt ligt op de hoofdsteden.
‘Centralistische traditie’ → dominantie van de stad in de sociale en vooral politieke geschiedenis en de
neiging tot centralistisch en autoritair leiderschap in de regio.
Roots hiervan: de zogenaamde ‘reformas borbónicas’ (18e eeuw)
→Eerst koloniale verleden
- Onderkoningen en beleid vanuit Spanje → gevolg: opmerkelijk gedecentraliseerde uitvoering van
het beleid.
De hervormers van het Huis Bourbon vervingen de Audiencias door Intendencias om efficiënter te
kunnen besturen en de economische belangen van het moederland te versterken.
→ Koloniaal Amerika werd juridisch ingedeeld in twee standen met zelfbestuur en
eigen juridisch en fiscaal charter, de república de indios en de república de españoles.
Indiaanse bevolking ingedeeld onder leiding van Indiaanse vorsten. → Later hervormd, gebieden met
Indiaans zelfbestuur.
De Latijns-Amerikaanse naties werden in het begin van de 19e eeuw (1808-1825) onafhankelijk.
§4.1 Het verlangen naar vooruitgang in de lange 19e eeuw
Vooruitgang. = ‘El progreso’ (net zoals ‘oude’ Europa) → economische ontwikkeling versnel en verdiept.
→ Gebruik maken van comparatieve voordelen, voor door middel van ongebruikte landbouwgrond.
→ Grote agrarische bedrijven, vaak gefinancierd met buitenlands kapitaal
Latijns-Amerika werd een frontier economie, waarbij in snel tempo nieuwe gebieden in bezit werden
genomen.
o Bananenrepublieken → alleenheerschappij: eigen wetten en onafhankelijke politiemacht -
-- zelfde geldt voor suiker
, o Koffieindustrie (lokale ondernemers)
Al deze activiteiten zorgden voor een stormachtige economische groei in veel Latijns-Amerikaanse landen
tussen 1880 en 1920.
- Echter, de risico’s van dit ontwikkelingsmodel kwamen tot realisatie.
De productiegroei was nauwelijks het resultaat van technologische vernieuwing → arbeidswerkers.
Het opschuiven van de agrarische frontier en de noodzaak voor arbeid zorgden voor een grote migratie
naar de nieuwe productiegebieden. → Migratie naar steden
Overal in Latijns-Amerika probeerden de stedelijke arbeiders middels vakbondsactiviteiten hun
levensomstandigheden te verbeteren.
→ Tegelijkertijd werd de elite ook geconfronteerd met de internationale context die een risico vormde
voor dit eenzijdige, op de export gerichte, ontwikkelingsmodel.
§H4.2 Importsubstitutie en populisme
Crisis van 1929 → heroriëntatie van de politiek.
Reactie: sterk economisch nationalisme
In deze periode ontstond er een voorzichtige, door de overheid gestimuleerde industrialisatie die bedoeld
was om de import te vervangen (Importvervangende industrialisatie = ISI)
→ ‘Groeien naar binnen’, waarin nationale economische ontwikkeling centraal kwam te staan
Gevolgen: versnelde verstedelijking en opkomst nieuwe politieke actoren.
→ Populisme
Argentinië: Peronisme (Populistische leider die industrie stimuleerde en stedelijke armen situ te
verbeteren) → elite zag peronisme als machtspositie bedreiging.
Het peronisme was een personalistisch systeem waarin de overheid een grote economische rol ging spelen
en de ongelijkheid in Argentinië probeerde te verbeteren, maar dat weinig ruimte gaf aan de formele
democratie.
(Peron werd afgezet, nieuwe populistische politiek had weinig effect) → economen: afhankelijkheid van
de Latijns-Amerikaanse economieën is het centrale probleem.
De structurele uitbuiting van Latijns-Amerika op wereldschaal de oorzaak van de onderontwikkeling van
de regio.
→ Zo ontstonden de zogenaamde dependencia-theorieën die het mondiale denken over ontwikkeling en
onderontwikkeling diepgaand hebben veranderd.
§H4.3 Revolutie en Reactie
De voortgaande ongelijkheid in de regio en de toegenomen invloed van socialistische en communistische
ideeën leidden tot pogingen om door middel van merendeels vreedzame revoluties de maatschappelijke
verhoudingen om te vormen
, → Landhervormingen en moderniseringen van de agrarische sector (1952 – Bolivia)
Echter → Rijke boeren uit het zuiden profiteerden alleen.
Interventies van de VS, sociale bewegingen probeerden de beloftes van de revolutie te implementeren.
De Cubaanse Revolutie: verschillende regionale gevolgen: (KOUDE OORLOG)
- Enerzijds, Het succes van de Cubaanse revolutionairen versterkte de groepen en politieke partijen
die protesteerden tegen de ongelijkheid en armoede in Latijns-Amerika.
- Anderzijds bracht het succes van de Cubaanse Revolutie de Koude Oorlog naar de regio.
Tijd waarin autoritaire regimes geholpen door de VS sociale protestbewegingen met grof
geweld en systematische repressie in de kiem smoorden.
In de jaren 70 en 80 ontstonden verschillende militaire dictaturen.
De verontwaardiging over de militaire repressie was zo groot, binnen en buiten de regio, dat de legitimiteit
van de militaire regimes snel afkalfde.
→ Democratische transitie (in de jaren 80 voltooid): Zij heeft enerzijds de sociale bewegingen in die
landen een grote legitimiteit verschaft, maar tegelijkertijd ook gezorgd voor een diepgaande
maatschappelijke polarisatie.
De democratisering leidde in alle Latijns-Amerikaanse landen tot een snelle groei van maatschappelijk
politieke actie en sociale bewegingen.
- Meest opvallend was de indiaanse beweging.
o Discriminatie maakte plaats voor emancipatie en politieke machtsvorming.
De politieke rol van sociale bewegingen kreeg een extra dimensie door de neoliberale hervormingen die
tijdens de democratische transitie werden doorgevoerd.
→ Liberalisatie van de markten. Staatsbedrijven en sociale programma’s beperkt.
In Latijns-Amerika leidde dat tot de zogenaamde participación popular, waarin politieke besluitvorming
naar het lokale niveau werd gedelegeerd.
Sociale bewegingen wezen erop dat de ongelijkheid in Latijns-Amerika niet alleen gebaseerd was op
verschil van inkomen, maar ook sterk was verbonden met etnische en culturele discriminatie.
§H4.4 Economische groei en armoedebestrijding
Na 2000 brak een periode aan van grote veranderingen in de internationale context en een consolidering
van de democratie.
→ 9/11 zorgde voor vermindering Amerikaanse invloed in Zuid-Amerika. → China meer invloed.
Daarnaast was in deze periode duidelijk sprake van een consolidatie van de electorale democratie in
Latijns-Amerika. → De paradox van de democratische consolidatie was dat zij gepaard ging met het
voortbestaan van armoede, uitsluiting en ongelijkheid in Latijns-Amerika. ?
Democratische keuzes:
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper sophievdgraaf. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €11,84. Je zit daarna nergens aan vast.