SAMENVATTING SOCIOLOGIE VAN DE
SOCIALE GELIJKHEID EN ONGELIJKHEID
Door Lise Seghers
Overzicht van de lessen:
1. Inleidende les
2. Sociale ongelijkheid en sociale stra:fica:e
3. De :rannie van verdienste
4. Genderverschillen in :jdsbesteding & de 30-urenweek
5. Discrimina:e in woningmarkt/arbeidsmarkt
6. Sociodigitale ongelijkheden
7. Gender microaggressions in academia
8. De geschoolde samenleving
9. Sociale mobiliteit en immobiliteit
10. Psychologisch kapitaal: posi:eve psychologische stemmingen en hun rol bij sociale
ongelijkheid
11. Onderwijs in een gekleurde samenleving
,1. INLEIDENDE LES
1.1. Inleiding
Discussie ongelijkheidsrapport Oxfam
- Rijken worden rijker en armen worden armer (door de poli:ek, accijnzen, …)
- Geboekte voorruitgang gedaald door covid + slecht beursjaar (oorlog Rusland)
- Globale tendens, wanneer rijken, rijker worden. Worden armen, armer. -> KLOPT NIET
(de rijkdom wordt niet van de armen afgenomen).
- Maarten: analy:sch à over de algemene lijn een daling van de ongelijkheid
- Raoul: Rela:eve verschillen tussen de mensen en ongelukkige gevoelens, s:jging van
de criminaliteit à niet enkel naar geld kijken maar ook naar sociale gevolgen.
Verdeling rijkdom
47% van de rijkdom is in bezit door de 10% rijksten van België
1.2. Begripsverduidelijking
1e defini:e:
Sociale ongelijkheid verwijst naar zowel
(a) De ongelijke verdeling in samenlevingen van schaarse en hooggewaardeerde
goederen zoals macht, inkomen, vermogen, opleidingskansen, kennis en privileges, die
toevallen aan of toegeëigend worden door bezeders van onderscheiden sociale posi:es
als
(b) De ongelijke waardering en behandeling van personen en groepen op grond van
hun maatschappelijke posi:e en hun levenss:jl
- Gaat hier niet over individuen, maar posi:es (bv. student-docent)
- 1 persoon kan verschillende posi:es beziden (intersec:onaliteit)
- Verschil tusen sociale en natuurlijke verschillen
- Nog vb van schaarse/hooggewaardeerde goederen = old:mers
Kri:ek op defini:e:
- Geef geen antwoord op welke maatschappelijke posi:e het belangrijkst is, hangt er van
af naar welke socioloog je kijkt.
- Wanneer worden sociale en natuurlijke verschillen onderscheiden? (bv. in nazi:jdperk
deed bv de haarkleur er echt toe!)
- Er zijn meer schaarse en hooggewaardeerde goederen dan hierboven opgesomd,
duidelijkere criteria nodig
, - Niet duidelijk welke personen/groepen meer gewaardeerd worden
2e defini:e
Sociale ongelijkheid verwijst naar een rangorde van sociale posities.
Béteille onderscheidt twee bronnen van sociale ongelijkheid:
- sociale waardering (waarden, status (zich kleden op bep. manier), eer, respect, …)
- organisatie (macht, gezag, …)
è Volgens Béteille is ongelijkheid nodig van de organisa:e van de samenleving
è Die twee bronnen versterken elkaar vaak.
Sociale stra:fica:e
= verwijst naar structuur van de samenleving: verschillende lagen, strata (cfr. geologie)
- het onderscheid tussen strata afhankelijk van de gebruikte criteria, theoretische
invalshoek en doelstelling
o Vergelijking met berg die je opensnijdt, deze heeft lagen en dit willen ze ook doen
bij de samenleving/ maatschappij.
Is de moderne samenleving een egalitaire samenleving?
- Gelijkheid is een criterium van moderniteit
- Ongelijkheid (en niet gelijkheid) dient moreel gerechtvaardigd
- Via verlichtingsdenken zijn we afgestapt van het kastensysteem, om meer gelijkheid te
creëren
Kenmerken ongelijkheid: pre-modern vs modern
Pre-moderne samenleving Moderne samenleving
Ascribed (toegeschreven) Achieved (verworven)
- Door ouders etc. - O.b.v. talent en verdiensten
Diffuus Specifiek
Selec:ecriteria
- Niet zo specifiek neergeschreven, - Duidelijke grenzen en specifieke
geen duidelijke grenzen vereisten
Particularistisch Universalistisch
- Individu staat centraal, sommigen - Iedereen heeft toegang, belang
hebben toegang unanimiteit bij wegwerken discriminatie
Affectief Affectief-neutraal
- Eerder emotioneel, bedrijf - Minder bedrijf zomaar doorgeven aan
doorgeven aan familie etc. familie, minder emotioneel
, Modern waardepatroon
- Modern waardenpatroon is meritocra:sch
- Meritocra:e is een ideaal
- Zijn wij echt voor gelijkheid en wat betekent gelijkheid voor ons?
- Egalitair ethos
- Ongelijkheid is in onze samenleving gerechtvaardigd als het meritocra:sch tot stand
komt
è Rechterkolom is goed! En steunt de meritocra:e, organiseren van samenleving verdelen
op basis van talent en inzet.
è Sociale mobiliteit: Je hangt niet vast aan de ‘klasse’ waarin je geboren bent, je kan in
heel je leven schuiven tussen sociale posi:es
è In moderne samenlevingen worden ongelijkheden aanvaard in de mate dat het
ongelijkheden zijn die verbonden zijn met een verworven posi:e en in de mate dat de
criteria die men gebruikt om mensen en posi:es te beoordelen universeel, affec:ef-
neutraal en specifiek zijn.
2. Sociale ongelijkheid en sociale stratificatie
2.1. Theorieën over sociale ongelijkheid en sociale stratificatie
Func:onalis:sche vs. Marxis:sche benadering
- Culturele elementen vs. Structurele elementen
- Harmonie- vs. Conflictmodel
Func:onalis:sche benadering (Talcod Parsons)
- Sociale stra:fica:e is:
o Onvermijdelijk: vloeit voort uit gemeenschappelijke waarden
o Func:oneel: bijdragen tot de integra:e van groepen en gemeenschappelijk
belang
- Sociale stra:fica:e is een afgeleide van, en een ondersteuning voor het
gemeenschappelijk waardenpatroon
- Succesvolle presta:es in termen van deze waarden worden beloond
è Sociale stra:fica:e is nodig in een samenleving om orde en stabilieit te creëeren. Dit kan
omdat er een waardeconsensus is binnen de samenleving
è Wat zijn de waarden in onze Belgische samenleving om tot sociale stra:fica:e te
komen?
è Economische produc:viteit doet er toe: zo efficient mogelijk economische
produc:vieit behalen