Bekken intern demo
Anterieur aanzicht
Wat is er gegeven? wervelkolom in het midden, dorsale kant van de ribben, overschot/ eindstukje diafragma.
Rechts op het lichaam, koepel over de lever, links in het lichaam, koepel over maag.
Spieren: De iliopsoas wordt zichtbaar. Als we gaan kijken intern in de bekken, dan heb je een gedeelte van de
wervelkolom en een deel van de fossa iliaca (m. iliacus). Psoas major en minor (indien aanwezig) komen van
wervelkolom. Indien psoas minor aanwezig is, dan is dat degene met origo op T12-L1 corpi en disci
intervertebrales en gaat die een heel lange pees geven die op de psoas major ligt. Die straalt uit richting lig
inguinale maar gaat niet mee naar trochanter minor, die straalt uit naar lig inguinale en omliggende fascia.
Naast de psoas major en minor, hebben we de quadratus lumborum, die komt van de onderkant van de 12de
rib en gaat naar het laatste stukje van de crista iliaca.
Zenuwen; thoracaal hebben we telkens een eind zenuw die de nervus intercostalis vormt. 12 thoracale
zenuwen. Arteria en vena intercostalis erbij. Als we ze alle 12 zouden bekijken, dan hebt ge de 12de zenuw
die we ook wel de nervus subcostalis noemen. De eerstvolgende zenuw die we tegenkomen die een beetje
diagonaal over die quadratus lumborum ligt, is de nervus iliohypogastricus, die eronder is de nervus
ilioinguinalis. Die gaan allebei richting abdominale wand/ crista lopen. Die gaan alle buikspieren innerveren.
Nog een stap lager, degene die over de m iliacus loopt, is de nervus cutaneus femoris lateralis. Dit is een
zuiver sensorische tak.
Als we dan kijken naar de psoas major, hebben we een zenuw die die spier doorboort. Degene die van midden
uit de psoas major wordt gekropen, is de nervus genitofemoralis. Die onder lig inguinale 2 takken afgeeft; een
genitale en een femorale tak.
Als we de psoas major van lateraal opzij duwen en van onderuit, dan krijgen we een hele dikke zenuw te zien
= nervus femoralis. Komt dus lateraal van achter psoas major, kruipt onder lig inguinale, vertakt onmiddellijk
naar musculaire takken, nervus saphenus als sensibele tak.
Als we terug naar psoas gaan en mediaal gaan kijken, posterieur, is de nervus obturatorius.
De nervus obturatorius en nervus femoralis komen beiden van L2,L3,L4. Waarbij de nervus femoralis de
posterieure divisiones is en de n obturatorius de anterieure divisiones. Voor de andere nervi die we benoemd
hebben, zijn het allemaal anterieure divisiones.
De bevloeiing van de buikspieren ligt achter de rectus abdominis, A. epigastrica inferior wat een zijtak is van u
A. femoralis. Die gaat van onder naar boven en van bovenuit komt een A. epigastrica superior, die een
voortzetting is van de A. thoracica interna, die van bovenuit een zijtak is van A. subclavia.
pelvise caviteit (kleine bekken), We vertrekken uit abdominaal gedeelte van de aorta (kort afgesneden). Die
splitst in een A. iliaca communis sinistra en dextra. Als we sinistra volgen, dat die verderop terug splitst in een
A. iliaca externa, die van als die onder lig inguinale komt verandert in A. femoralis. Bijbehorende venen liggen
ernaast. We hebben ook A. iliaca interna, die geeft verschillende takjes af; A. glutea sup en inf en A.
obturatoria. Die A. obturatoria, gaat heel dikwijls samenliggen met de nervus obturatorius, die door heel kleine
opening in membrana obturatoria van binnen het bekken naar buiten het bekken treedt. de nervus obturatorius
dient voor bezenuwing adductor magnus, brevis, longus, gracilis en obturatorius externus.
Die bekkenbodemspieren moeten we niet kennen maar die pelvische caviteit wordt afgesloten, en
spijsverteringsstelsel moet in controle gehouden worden, de grootste spier die dat doet is de m. levator ani, de
enige die ze vernoemt. Die sluit dat helemaal af en vertrekt op arcus tendineus. De spier die tegen de wand te
zien is, is de m. obturatorius internus. Die gaat onder die arcus zijn hoek maken naar buiten toe. Vlak
daarnaast is de m. piriformis, die begint aan binnenkant van os sacrum, naast de foramina sacralica, lateraal
daarvan, dan via foramen ischiadicum major naar buiten lopen en dan aan de sulcus intertrochanterica
aanhecht. De nervus ischiadicus loopt door het foramen infrapiriforme samen met de nervus gluteus inferior.