Bedrijfseconomie voor bedrijfskunde
Hoorcollege 1: Domein en methodologie
Domein van bedrijfseconomie
Bedrijfseconomie = “toepassing van economische theorie en methodologie op het nemen van
bedrijfsbeslissingen om te zorgen dat een organisatie (ook non-profit of overheid) haar doelstellingen
(optimalisatie onder nevenvoorwaarden) zo goed mogelijk bereikt”
- Niet noodzakelijk voor instaties die winst willen maximaliseren bv. onderwijs, overheid, non-
profit maatschappelijk belang nastreven
Onze focus : microeconomische basis
om optimale beslissingen te nemen: beroep doen op economische theorie & decision sciences
Bedrijfsbeslissingen:
- In for-profit bedrijven
- In non-profit organisaties
- In publieke instellingen
o Doelstellingen & beperkingen kunnen verschillen, maar het beslissingenproces is hetzelfde
Verschillende bedrijven die verschillende beslissingen nemen (prijs, investeringen, marketing, HR-
beleid, ...)
Behoefte aan modellen om dit proces te bestuderen: model van consument, producent, oligopoli
…
Het ideale model is gebaseerd op een aantal assumpties die de realiteit zodanig vereenvoudigen dat
deze begrijpelijk wordt.
- Assumpties:
o Een van de belangrijkste (basis)assumpties van economische modellen: rationaliteit
Irrationeel = assumptie van rationaliteit klopt niet model niet kunnen gebruiken om
dat gedrag te analyseren of conclusies zullen niet correct zijn
Gebruik van assumpties wereld vereenvoudigen, werkelijkheid vereenvoudigen
Bv. economisch model = stratenplan: werkelijkheid verklaren; in je model genoeg
assumpties zodat het hanteerbaar maar wel realistisch is, niet elk detail maar wel
genoeg details om de weg te vinden
“Theories should be as simple as possible, but no simple“ – Einstein
(Micro) Economische theorie: vertrekt vanuit een model met een aantal assumpties
- Een rationeel individu (homo economicus) zal zijn/haar doelstellingen trachten te bereiken mits
bepaalde beperkingen
Model = vereenvoudiging van de realiteit Om zo de realiteit beter te begrijpen
Voorbeeld model: Vraag naar champagne:
- Exogene variabelen: variabelen die we als gegeven nemen, verklaart buiten ons model bv.
inkomen, temperatuur
1
,- Endogene variabelen: variabelen die we willen gaan verklaren bv. hoeveelheid champagne die
consumenten consumeren
Decision Sciences
Wiskundige vertaling van de economische modellen, econometrische analyses om de modellen te
schatten
Voorbeeld: Economische model:
* Vraag naar champagne hangt af van de prijs van het product en het inkomen van de consument
alsook van de prijs van prosecco
Q = f (prijs, inkomen, prijs prosecco)
Algebraïsch:
* Q = a. (prijs)b . (inkomen)c . (prijs prosecco)d Econometrie: schat a, b, c & d
Relatie statistisch vastleggen, variabelen schatten
Relatie met verschillende departementen in het bedrijf/verschillende cursussen in de opleiding
- Bedrijfseconomie is ook sterk verbonden met verschillende departementen binnen de bedrijven
(boekhouding, HRM, marketing, productie, ...)
o Bestuderen telkens een deel van de omgeving van het bedrijf
o DUS belangrijke input voor bedrijfseconomische beslissingen!
o DUS cursus bedrijfseconomie steunt in belangrijke mate op inzichten uit de andere
cursussen!
Economische theorie
Definitie: “Economics is the study of how people (economen bestuderen menselijk gedrag wanneer
dit gedrag bestaat uit keuzes maken) make choices under conditions of scarcity (aangezien er
veelvuldige behoeftes zijn & schaarse middelen) and of the results of those choices for society”
- Schaarste creëert een markt!: bij schaarste ontstaat vraag en aanbod = een markt
o “Wanneer elke druppel telt, wordt water een beleggingsproduct”
o “Antwerpse slager verkoopt mondmaskers aan 50 euro per stuk”
o “De grote chips-schaarste is voorbij... maar voor hoelang”
o “The growing market for getting paid to wait in line”
o “Cash for kidneys: the case for a market for organs”
o Bv. Blauwe bandjes voor brood en onderdak bij vluchtelingen worden verkocht, beleggen in
water, mondmaskers tijdens corona
Bij schaarse middelen onze behoeften zo goed mogelijk voldoen
Needs (= iets wat je nodig hebt) zijn sterker dan wants (= iets wat je wilt) in economie alles wants
2
, Voorbeeld: Keuze maken tussen het
aantal patiënten die je wil verzorgen
& de kwaliteit v/d zorg
meer mensen verzorgen =
inboeten op de kwaliteit v/d zorg
keuze zo optimaal mogelijk maken
Homo Economicus: Economie veronderstelt dat economische agenten rationeel zijn (= dat
mensen beslissingen maken o.b.v. een vergelijking tussen kosten en baten)
Economie = wetenschap van het bestuderen van keuzes
- Wat zijn rationele individuen?: individu dat kosten en baten steeds gaat vergelijken
o Persoon doet iets wanneer de baten minstens even groot (of groter) zijn als de kosten
bv. auto kopen, cursus volgen, bedrijf starten
o Kosten-baten principe:
Baten en kosten vergelijken door ze uit te drukken in dezelfde eenheid uitdrukken in
monetaire eenheden = geld, euro’s
baten (x) ≥ kosten (x): JA
baten (x) < kosten (x): NEE
Gebruik monetaire eenheden:
- Baten (x) = het maximum bedrag dat u bereid bent te betalen om activiteit x te mogen doen
- Kosten (x) = het bedrag dat u moet betalen om x te mogen doen
Reservatieprijs = de prijs waarbij u indifferent bent tussen x doen of niet, als producent weten
hoeveel de consument bereid is te betalen
Voorbeeld: studeer ik nog een uur extra voor de cursus bedrijfseconomie?
Hoe vergelijken? Druk kosten en baten uit in €
- Kosten(x)? 1 uur vrije tijd
o Kosten: Wat moet je minstens krijgen opdat je een uur van je vrije tijd wil opgeven?
= reservatieprijs meet de kosten(x) voorbeeld €15
- Baten(x)? je kan je score verhogen met 1 punt
o Wat ben je bereid te betalen om u score op het vak te verhogen met 1 punt?
= reservatieprijs meet de baten(x) voorbeeld €25
“Homo Economicus” is ook zelfzuchtig = interpretatie van rationaliteit
- Je houdt enkel rekening met je eigen kosten en baten bij het nemen van beslissingen!
o Vraag: zijn donaties aan een goed doel zelfzuchtig? Ja, want ik voel me beter als ik stort aan
1212, persoonlijk gelukkiger = gedrag van homo economicus
o Vraag: is een terrorist rationeel? Ja, want baten zijn voor hem veel groter
Rationaliteit en zelfzucht = assumpties!
Als we weten hoe mensen beslissingen maken, kunnen we deze beslissingen beïnvloeden!
Belang van (monetaire) incentives!
Belang van incentives: gedrag beïnvloeden door kosten en baten te beïnvloeden
- Voorbeeld: ramen en deuren inmetsen vermogensbelasting via het tellen van ramen = hoe
meer ramen, hoe meer belastingen betalen, verplichting veiligheidsgordel minder
verkeersdoden waar geen verplichting was (met gordel roekelozer rijden), wat je wil
ontmoedigen duurder maken (roken), personeel motiveren
o Rekening houden met hoe mensen gaan reageren!
3
, Regels voor beslissingen
Economie geeft dus het antwoord op de vraag: “Welke kosten en baten moet ik in rekening
brengen?” bij het maken van rationele beslissingen
- Beslissing 1: beide producten in België kopen = rationeel, want €1 goedkoper
o In realiteit niet altijd zo
REGEL 1: Neem beslissingen op basis van absolute kosten en baten.
- Beslissing 2: je gaat werken rekening houden met expliciete & impliciete kosten
o Opportuniteitskost = de kost van het verzaken aan de best alternatieve aanwending
“There is no such thing as a free lunch” Belangrijk bij outsourcingbeslissingen!
REGEL 2: Kosten moeten ook opportuniteitskosten bevatten.
Boekhoudkundige winst = opbrengsten – expliciete kosten (out-of- pocket kosten)
Economische winst = opbrengsten – expliciete kosten – impliciete/opportuniteitskosten =
boekhoudkundige winst - impliciete kosten
Je kan boekhoudkundig winstgevend zijn, maar economisch verlieslatend zijn
- Beslissing 3: je hebt de auto dus of u rijdt of niet, u moet de kosten betalen (verzekering, intrest)
o Sunk kost = een kost gemaakt in het verleden die niet meer kan gerecupereerd worden
Voorbeeld: R&D, marktonderzoek
REGEL 3: Negeer gezonken kosten (= sunk kost).
- Beslissing 4: 3 campagnes Totale Winst het grootste (denken in marginale termen)
o Bedrijfseconomische beslissingen moeten altijd gebaseerd zijn op marginale cijfers
o Vergelijking tussen de marginale (of incrementele) baten met de marginale (of
incrementele) kosten
o Zo lang marginale baten > marginale kosten is het rationeel om verder te doen...
REGEL 4: Denk in marginale termen.
In het algemeen:
- TO(Q) = totale opbrengsten van Q eenheden
- TK(Q) = totale kosten van Q eenheden
o Netto winst N(Q) = TO(Q) – TK(Q)
- MO(Q) = marginale opbrengst = extra opbrengst door een extra eenheid van de
beslissingsvariabele
- MK(Q) = marginale kost = extra kost door een extra eenheid van de beslissingsvariabele
o Marginale netto winst MN(Q) = MO(Q) – MK(Q)
Het niveau Q maximaliseert de netto winst = Het niveau Q waar MO = MK
Zolang MO > MK moet je Q verhogen Zolang MK > MO moet je Q verlagen
Elke uitbreidingsbeslissing (extra marketingbudget, extra personeel, extra opleiding, ...) moet genomen
worden op basis van marginale analyse!
De marginale analyse zal je zeggen welke richting optimaal Maar zal je niet zeggen hoever je moet gaan.
Meestal immers zijn MK stijgend en MO dalend waardoor je stap per stap moet bekijken
Indien de controlevariabele oneindig deelbaar (continu) is, dan is de marginale waarde gelijk aan de
helling van deze totale waarde in een punt.
De optimale hoeveelheid Q is dan Q waarvoor geldt dat MO = MK of dus waarvoor de helling van
TO = helling TK
4