Dit is een woordenlijst met de te kennen woorden voor het vak Inleiding tot het Recht, gegeven door professor Voet aan 1e jaar bachelor handelswetenschappen. Deze woorden komen sowieso terug op het examen.
De verzamelnaam voor alle regels die er bestaan, deze zijn
ontstaan met als doel het geven van ordening aan een
Recht
maatschappij, dit zorgt voor meer veiligheid wat mensen
een gevoel van vrijheid geeft.
Afdwingbaar Iets door dwang verkrijgen van iemand.
Verbod op eigen Het zelf niet mogen afdwingen van je eigen rechten, de
richting overheid mag jouw rechten wel afdwingen
Het recht dat momenteel van kracht is (bestaat uit objectief
Positief/vigerend recht
en subjectief recht)
Objectief recht Algemene regels die voor iedereen geldig zijn.
Subjectief recht Rechten concreet toepassen op een individu.
Rechten die van belang zijn voor het toepassen van het
Rechtsfeiten subjectief recht, deze feiten zorgen voor
rechtsverhoudingen.
Een verhouding dat juridische gevolgen heeft, 2 soorten:
Rechtsverhoudingen
verbintenissen en onrechtmatige daden.
1
, Juridische band tussen rechtssubjecten waarbij de
Verbintenissen schuldenaar tov. de schuldeiser een verplichting heeft om
iets te doen, te geven of niet te doen
Een daad dat schade brengt aan een persoon/object
Onrechtmatige daden
waardoor de schadebrenger de schade moet vergoeden.
Een menselijke bewuste handeling uitgevoerd met als doel
Rechtshandelingen het creëren van rechtsgevolgen en aanspraak te maken op
de subj. Rechten.
Het gevolg dat door het recht aan bepaalde feiten of
Rechtsgevolg
handelingen wordt verbonden.
Normen die het algemeen belang nastreven, regelt ook de
relaties tussen de overheid en de rechtssubjecten. (Wel
Publiek recht
ongelijkheid door machtspositie van de overheid → kunnen
initiatief nemen om regels af te dwingen + te sanctioneren)
Normen die het belang van de burgers nastreven, regelt de
relaties tussen burgers en ondernemingen (ook onderling).
Privaat recht
(geen ongelijkheid → burger waarvan subj. Rechten zijn
geschonden moet initiatief nemen)
Internationaal recht Regelt relatie tussen staten onderling.
Hogere instellingen (ontstaan door samenwerking tussen
Supranationaal recht
staten) bepalen internationale rechten
2
, Voorwerp dat een belang heeft voor het recht (bv. Huis,
Rechtsobject
dieren, …)
Drager van subjectieve rechten en plichten. Enerzijds
Rechtssubject
natuurlijke personen en anderzijds rechtspersonen.
Alle levende mensen van vlees en bloed zonder
Natuurlijke personen
onderscheid.
Juridische structuur dat als zelfstandig persoon wordt
Rechtspersonen beschouwd waarvan de bestuurders te woord moeten
staan in naam van de rechtspersoon, bv. Delhaize.
Privaatrechtelijke
Handelsvennootschappen met rechtspersoonlijkheid
rechtspersoon
Men kan drager zijn van subj. Recht, maar men kan niet zo
Rechtsbekwaam
maar aanspraak maken tot elk recht.
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Alex1911. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.