Samenvatting klein vaarbewijs 1 - hoofdstuk 1 tot en met hoofdstuk 4
51 keer bekeken 2 keer verkocht
Vak
Klein Vaarbewijs 1
Instelling
Klein Vaarbewijs 1
Boek
Studiewijzer Klein Vaarbewijs 1 & 2
De samenvatting is gemaakt met behulp van het boek VBO Cursusboek Klein Vaarbewijs 1 & 2, 16e druk 2023, ISBN 72. Voor deze samenvatting wordt aangeraden dat u beschikt over het boek, gezien er soms naar pagina's/afbeeldingen verwezen wordt. Deze samenvatting bestaat uit hoofdstuk 1 tot en met hoof...
Hoofdstuk 1 tot en met hoofdstuk 4 (klein vaarbewijs 1)
1 september 2023
43
2023/2024
Samenvatting
Onderwerpen
klein vaarbewijs 1
vaarbewijs
vaarbewijs 1
bpr
rpr
Gekoppeld boek
Titel boek:
Auteur(s):
Uitgave:
ISBN:
Druk:
Meer samenvattingen voor studieboek
Samenvatting Klein Vaarbewijs 1 theorie
Klein vaarbewijs samenvatting KVB
Volledige samenvatting VBO Cursusboek Recreatievaart Klein vaarbewijs 1
Alles voor dit studieboek (14)
Geschreven voor
Klein Vaarbewijs 1
Alle documenten voor dit vak (28)
Verkoper
Volgen
kimvanes
Ontvangen beoordelingen
Voorbeeld van de inhoud
Hoofdstuk 1
Inleiding
Wanneer is een klein vaarbewijs vereist? Bij:
1. Snelle motorboten (>20 km/uur)
2. Pleziervaartuigen (lengte 15-25 meter)
3. Sleepboten, duwboten of sleepduwboten met lengte 15-25 centimeter die uitsluitend
worden gebruikt als pleziervaartuig met formele verklaring
4. Beroepsvaartuigen met een lengte van 15-20 meter
Minimumleeftijd klein vaarbewijs:
- 18 jaar.
- Vaarbewijs is onbeperkt geldig, hoeft niet verlengd te worden.
Klein vaarbewijs wordt alleen afgegeven na overlegging van:
- Getuigschrift theoretische kennis (krijg je als je geslaagd bent)
- Verklaring betreft lichamelijke geschiktheid
Klein vaarbewijs 1
= vereist voor vaart met vaarbewijsplichtig schip op rivieren, kanalen en meren
Klein vaarbewijs 2
= vereist voor vaart met vaarbewijsplichtig schip op alle binnenwateren (bijvoorbeeld
Wadden, IJsselmeer, Markermeer, Ooster- en Westerschelde.
Intrekken vaarbewijs
- Wordt ingenomen bij ernstige overtredingen of gevaarlijk gedrag op het water
- Bij een alcoholpromillage van >1,8 promille kan vaarbewijs direct worden ingenomen
Het schip
- Klein schip lengte <20 meter. Ook wel boten of jachten genoemd.
- Groot schip lengte 20 meter of meer.
Geschikte rompvormen
- Ruim water met golfslag: rondspant
- Klein binnenwater: knikspant
Uitrusting
- Wetgever stelt geen uitrustingseisen aan kleine schepen, behalve snelle motorboten
- Goede verlichting + toeter zijn voldoende om dag en nacht te mogen varen
- Boot moet volgens opleiders/leden examencommissie aan minimumeisen voldoen:
1. Een anker
2. Zeereling
, 3. Lenspomp
Is belangrijk voor kajuitzeilen, pompt water uit het schip. Bij motorboten heet dit
een bilgepomp
4. Goede afsluiters voor doorvoer onder waterlijn
Is belangrijk voor kajuitboot, zorg bij verlaten boot dat alle buitenboordafsluiters
dicht zijn.
5. Goede reddingsvesten
Is verplicht bij snelle motorboten
6. Brandblusser
Minimaal 1 brandblusser met minimaal 2 kilogram inhoud
7. Reglementen
Geldig binnenvaartpolitieregelement (BPR) digitaal of papieren vorm
Snelle motoren
= alle boten die >20 km/uur kunnen varen, zoals jetski’s, waterscooters, speedboten,
kajuitboten.
- Moeten registratieteken + registratiebewijs bevatten. Dit geldt zowel voor BPR-gebied
als Rijnvaartgebied (RPR)
- Schipper is in 1e instantie verantwoordelijk voor naleving inrichtingsvoorschriften,
maar de eigenaar die op registratiebewijs staat is medeverantwoordelijk.
- Schipper is verantwoordelijk voor vaargedrag, ook als hij niet stuurt
- Algemeen geldende maximumsnelheid op Nederlandse vaarwegen: 20 km/uur, tenzij:
1. Natuurgebied, vaak dan lagere snelheid
2. Vaak zijn er speciale gebieden aangewezen waar sneller gevaren mag worden
3. Snelle veerponten en watertaxi’s kunnen toestemming krijgen om toch sneller te
varen dan geldende maximumsnelheid
- Verplichte uitrustining:
1. Motoronderbrekingsknop (dodemansknop)
LET OP: deze is NIET vereist bij snelle kajuitboten met gesloten binnenbesturing.
2. Reddingsvesten
Voor elke opvarende 1
3. Brandblusser
- Verplichtingen bestuurder:
1. Zitten op bestemde zitplaats, indien bestuurder moet staan moet om te sturen
moet hij/zij zwemvast aan (LET OP: dit laatste hoeft niet bij kajuitboot met
gesloten binnenbesturing)
2. Gebruik van motoronderbrekingsknop (dodemansknop)
3. Zorgen voor geen hinder/gevaar voor andere vaarwater gebruikers
4. Motor mag geen onnodige geluidshinder veroorzaken
5. Indien stilliggen: motor niet onnodig lang of zonder redelijk doel aan laten
- Extra verplichtingen waterskiën:
1. Indien snelle motorboot waterskiërs trekt moet bestuurder worden bijgestaan
door mede-opvarende (minimaal 15 jaar oud)
Veiligheid en brand
, - Doel binnenvaartwet is bevorderen van:
1. Veiligheid van de vaart van schepen op de binnenwateren
2. Veiligheid aan boort van die schepen
- Binnenvaartwet geldt veelal voor grote beroepsmatige schepen + snelle boten
Brand
- Ontstaan brand:
1. Brandbare stof
2. Voldoende hoge ontbrandingstemperatuur
3. Zuurstof
- Zes typen brand (A tot en met F):
A. Kernbranden in vaste stoffen (papier, hout)
B. Vloeistofbranden (benzine, olie, spiritus)
C. Gasbranden (propaan, butaan)
D. Metaalbranden (magnesium, aluminium)
E. Vet- en of oliebranden (vlam in de pan)
- Enkele blusmiddelen:
1. Water: A-branden. OLIEBRAND NOOIT BLUSSEN MET WATER!!
2. Schuim: A- en B-branden. Beperkte schade.
3. Poeder: A-, B- en C-branden. Kan schade veroorzaken aan elektrische
apparatuur/metaal.
4. Blus/branddeken: A-branden
Vooral bij beginnende branden, zoals kleding, computer, beeldschermen, Tv’s,
prullenbak, asbak en barbecue. NIET gebruiken bij vetbranden/vlam in de pan.
- Eisen brandblusser:
1. Moet rijkskeurmerk hebben + type dient goedgekeurd te zijn
2. Minimumcapaciteit moet 2 kilogram zijn
3. Dient elke 2 jaar gekeurd te worden door deskundige instantie
- Plaats brandblusser op plek waar je er van alle kanten makkelijk bij kunt, bijvoorbeeld
in- en uitgang kajuit.
- Vlam in de pan (B- of F-brand): dek pan zo snel mogelijk af met deksel of vochtige
dweil
Brandpreventie
- Groter gevaar brand/explosie boot doordat relatief zware brandbare gassen in of op
een boot niet weg kunnen.
Gasdetector
- Controleert of benzine- en/of gasdampen in gevaarlijke concentratie aanwezig zijn
middels sensoren (aftasters, deze dienen in het schip laag geplaatst te worden).
- Gas/benzine zijn zwaarder dan lucht > gas/benzine zullen daarom bij een lek zich
verzamelen in het laagste gedeelte van het schip
Kooktoestel
- Thermisch beveiligd kooktoestel: als vlam uitwaait, wordt gastoevoer automatisch
gesloten.
, Aansluiting
- Gebruik koperen gasleidingen en ieder gastoestel dient een afsluiter te hebben.
- Als verbinding tussen afsluiter en het soms cardanisch (= dat het gaststel horizontaal
blijft ookal schommelt het schip) opgehangen gastoestel mag een rubberen gasslang
gebruikt worden > deze slang moet om de 3 jaar vernieuwd worden.
- Koperen gasleiding moet door wand heen: gebruik een messing (geel koper)
koppelstuk (wanddoorvoer).
- Lek opsporen: met behulp van zeepsop. Gebruik hiervoor nooit een vlammetje!
Gasbun
- Gasfles voor kook- en verwarmingsdoeleinden: plaatsen in afzonderlijke ruimte
- Gasbun: laagste punt een afvoer naar buiten en van boven een mogelijkheid om
verse lucht binnen te laten (beluchting)
Benzinemotor
- Benzine verdampt zeer snel, vormt samen met zuurstof uit de lucht een explosief
- Voor starten van ingebouwde benzinemotor moet eerst de motorruimte geventileerd
worden (ivm explosiegevaar) middels vonkvrije elektrische ventilator die lucht
vanonder de motor afzuigt
- Jerrycans benzine opslaan in aparte, geventileerde ruimte
- Bij dieselmotor is dit niet nodig, diesel verdampt nauwelijks en vormt geen explosief
Kortsluiting
- Gemakkelijk kortsluiting met brand door vochtige omgeving, daarom is het belangrijk
om de elektrische installatie door de hoofdschakelaar(s) uit te zetten indien je langere
tijd van boord gaat.
Voorkomen van verdrinking
- Je raakt snel onderkoeld, waardoor je spieren niet meer werken > verdrinking.
Hoe meer je beweegt > meer koud water langs lichaam > sneller onderkoeld.
- Als je in het water valt, is het belangrijk dat je:
1. Blijft drijven
2. Warmte vasthoudt
Foetushouding aannemen en niet bewegen
3. Gezien wordt
- Internationale kleur reddingsmiddel: oranje
Reddingsvest
- Extra drijfvermogen variërend van junior 100 Newton (10 kg) tot senior 275 Newton
(27,5 kg).
- Indien drenkeling bewusteloos zal hij door vest op zijn rug drijven met hoofd op kraag
- Reddingsvest: opblaasbaar en niet opblaasbaar
- 50 N (5 kg) zwemvest (GEEN REDDINGSVEST):
1. Alleen gebruiken bij of op beschut water waar snel hulp aanwezig is
2. Niet veilig bij bewusteloosheid
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper kimvanes. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,99. Je zit daarna nergens aan vast.