Samenvatting Applied Mass Communication Theory - Introductie communicatiewetenschap (CWB1019)
123 keer bekeken 10 keer verkocht
Vak
Introductie communicatiewetenschap (CWB1019)
Instelling
Radboud Universiteit Nijmegen (RU)
Boek
Applied Mass Communication Theory
In deze samenvatting worden alle zes de hoofdstukken besproken die zijn behandelt tijdens het van Introductie Communicatiewetenschap. In deze samenvatting zijn ook de hoorcolleges verwerkt, zo heb je alle informatie samen!
Samenvatting Applied Mass Communication Theory - Rosenberry & Vicker
Hoofdstuk 1
Theorie: een statement dat voorspelt of verklaart hoe bepaalde verschijnselen met elkaar
verband houden.
Vragen proberen te beantwoorden over hoe bepaalde dingen met elkaar in verband
staan.
Het beantwoorden van deze vragen biedt verklaringen of voorspellingen over hoe
een bepaald aspect van de wereld werkt.
Een theorie is een manier om het verband tussen bepaalde verschijnselen te verklaren
of te voorspellen.
Theorie en onderzoek worden geassocieerd met wat wetenschappelijke kennis wordt
genoemd, hetgeen een specifieke manier is om dingen te weten te komen over de wereld
om ons heen way of knowing.
Way of knowing drie manieren van ‘weten’:
Ervaring: het leren van iets door er direct mee aan de slag te gaan.
Autoriteit: iets leren door iemand op zijn woord te geloven.
Wetenschappelijke kennis: leren door systematische, nauwkeurige observatie van
bewijsmateriaal in een zodanige vorm dat het kan worden geverifieerd en
gevalideerd.
Scientific method: het definiëren van een probleem of een vraag die moet worden
beantwoord, het onderzoeken ervan door bewijsmateriaal te verzamelen en het evalueren
van het bewijsmateriaal om het antwoord op de vraag te bepalen.
Een veelvoorkomende manier van het studeren van communicatiemethoden ligt bij
deze wetenschappelijke methode.
Hier maakt scientific knowledge deel vanuit.
Sociale wetenschappen: studiegebieden die proberen te verklaren hoe mensen in
samenlevingen functioneren door zorgvuldig onderzoek te gebruiken om sociale
verschijnselen te bestuderen.
Communication sience: theorie en onderzoek kunnen gebruikt worden om je kennis
te ontwikkelen, verkregen door observatie en verificatie van empirisch
bewijsmateriaal, over de processen en effecten van communicatie.
Interpretive Theory: interpretaties van teksten en menselijke handelingen zijn een
grote mogelijkheid om meer te leren van communicatie, de processen en de effecten.
o Gebruik van de woorden of andere symbolen zelf, de context van de symbolen en
de opvattingen van de wetenschappers over soortgelijke en andere teksten en
contexten om de betekenis te bepalen.
Critical theory: zoekt vooral naar een hervorming van het mediasysteem. De nadruk
ligt op de sociale structuren waarin communicatie plaatsvindt en wie het
mediasysteem reguleert.
o In hun ogen maakt het mediasysteem deel uit van de gevestigde orde en
ondersteunt het de status quo door de dominante klasse aan het woord te laten
en hierdoor de invloed van de dominante klasse te verbreden. Theorieën moeten
iets bijdragen aan de samenleving.
1
, Normative theory: Een poging om niet te beschrijven hoe de dingen zijn, maar hoe
ze zouden moeten zijn volgens een ideale norm van sociale waarden.
Critical & normative theory bieden standpunten over mediaverschijnselen aan en
zijn nauw verwant aan de interpreterende traditie.
Belangrijkste doel van theorie Het stellen van vragen die een beeld geven van
verschijnselen.
Kan gebruikt worden om:
o Effecten van massacommunicatie te verklaren op degenen die eraan worden
blootgesteld;
o Te verklaren hoe mensen massamedia gebruiken en waarom ze dat doen;
o Uitleggen hoe mensen leren van massamedia;
o De rol te verklaren van media in het vormen van waarden van degenen die eraan
worden blootgesteld.
Criteria om theorieën te evalueren, welke theorie goed is en welke slechter:
- Scope: hoe breed kan de theorie toegepast worden? Hoeverre is deze
generaliseerbaar? Een theorie die de impact van één serie verklaart, kan dat niet
voor andere series.
- Appropriateness: er is een logische consistentie tussen de aannames van de
theorie en het onderwerp van de theorie VB: huisnummers hebben niets te
maken met je opleidingsniveau.
- Heuristic value: nieuwe manieren van denken toepassen en nieuwe ideeën binnen
het onderwerp van de theorie gebruiken. Hoe meer generatief een theorie, hoe
meer waarde het heeft om te snappen hoe het werkt.
- Validiteit: je meet wat je wilt meten.
- Parsimony/Simplicity: over het algemeen zijn simpele theorieën meer waardevol
dan ingewikkelde theorieën.
- Openheid: mate waarin theorieën zich aanpassen aan nieuwe condities (nieuwe
technologieën).
- Usefulness/Practicality: theorieën die fenomenen in de praktijk niet kunnen
verklaren, falen.
- Testability: in hoeverre de theorie kan worden gefalsifieerd.
o Falsificatie wil zeggen dat je van tevoren bepaalt wat voor soort data laat
zien dat de theorie niet opgaat zoals zou moeten. Falsificatie zorgt ervoor
dat een theorie klopt of niet, waardoor je niet blijft hangen in meningen en
opvattingen.
Relevantie van de theorie het belangrijk dat je onthoudt dat hoewel theorieën een
abstract idee zijn, geven ze antwoord op zaken die in de echte wereld voorkomen.
Relevantie van onderzoek onderzoekstechnieken worden onder andere ingezet
in marketing, advertenties en de journalistiek.
Hoofdstuk 2
Communicatietheorie de sociale wetenschappen proberen te verklaren hoe de
samenleving functioneert en hoe mensen daarin functioneren.
2
,Paradigma: een dominante manier van denken over een situatie. Een theoretisch
paradigma kan een aantal specifieke theorieën overkoepelen.
Een overkoepelend geheel van aannames of denkwijzen over een aspect van de
wereld.
Paradigmaverschuiving: wanneer een nieuwe manier van denken de oudere vervangt.
Massacommunicatie is een ‘nieuwe’ academische discipline, dat komt omdat massa
communicatie tussen mensen ook een recente ontwikkeling is.
Persoonlijk vs Massamedia
o Wat mensen uniek maakt, is het vermogen om symbolische communicatie aan
te gaan. Niet alleen mensen kunnen communiceren, maar andere wezens ook.
De manier waarop mensen bezig zijn met symbolische communicatie is op
persoonlijk niveau.
Massacommunicatie: communicatie die wordt bemiddeld of versterkt door technologie
om een groot publiek te bereiken. Het is over het algemeen eenrichtingsverkeer, van
communicator naar publiek, met weinig mogelijkheden voor directe feedback van het
publiek, hoewel nieuwe mediatechnologieën daar verandering in brengen.
Technologie & Massacommunicatie
o Massamedia is een uitvinding uit de Industriële Revolutie.
De eerste media die werd verspreid op grote schaal waren de ‘penny press’
kranten die ontstonden in Amerika (1850). Kranten waren big business, ze
brachten rijkdom en power voor uitgevers.
Begin van de moderne kranten tijdperk New York Sun.
o In een periode van 50 jaar ging men over van mond-tot-mond nieuws naar het
nieuws lezen in kranten in plaats van een geïndividualiseerde versie van een
gebeurtenis, las iedereen dezelfde versie van een journalist die ze niet
persoonlijk kenden.
o Vanaf de 20e-eeuw kwamen de tijdschriften, boeken en gedrukte advertenties.
Concurreren on de aandacht van het publiek.
o Begin van de elektronische media radio (en fonograaf en bioscoop).
o Het technologische tempo van massacommunicatiemethoden is gegroeid en
uitgebreid sindsdien, door de introductie van satellietcommunicatie,
digitalisering van audio-, video- en tekstbestanden en internet.
Een groot deel van de communicatie die mensen voeren, is nog steeds niet massaal en
niet gemedieerd gesprekken met vrienden, familie en kennissen.
Ook is veel gemedieerde communicatie persoonlijk van aard e-mail, bellen, sms’en
en berichten via sociale media.
Massacommunicatieboodschappen verschillen van deze interpersoonlijke boodschappen.
Ze onderscheiden zich door:
- Schaal (scale): Op grote schaal; veel mensen kijken tegelijk televisie en kranten
worden duizenden keren gekopieerd.
- Richting (direction): eenrichtingsverkeer van de maker naar de ontvanger.
Feedback is indirect en vertraagd.
3
, - Onpersoonlijk/anoniem (impersonality/anonymity): maker van het bericht weet
niet wie het allemaal ontvangen.
- Gelijktijdig/simultaan (simultaneity): het wordt naar de ontvangers gestuurd op
hetzelfde moment. Het bericht kan wel op verschillende momenten bekeken of
ontvangen worden (opnemen en terugkijken).
- Vergankelijk (transience): media vindt plaats en dan is het ook over. Het wordt
vervangen door nieuwe berichten. Radio programma’s zijn live en dus tijdelijk
(tenzij ze worden opgenomen).
- Publiek (audience): berichten zijn gericht op een bepaald publiek.
Massamedia hebben een aantal doelen: het bieden van een venster op
gebeurtenissen, een spiegel van gebeurtenissen zijn, het zijn van een filter of
gatekeeper voor informatie die het publiek bereikt, het zijn van een gids of vertolker
van gebeurtenissen, een forum voor de presentatie van ideeën en het verspreiden
van informatie.
o De "werkelijkheid" die mensen ervaren wordt beïnvloed door de symbolen
waaraan zij worden blootgesteld en de media waarmee deze symbolen tot hen
komen dus de massacommunicatie bepaalt jouw blik op de wereld.
De ontwikkeling van het internet heeft veel traditionele onderscheidingen in twijfel
getrokken die aan massacommunicatie worden toegeschreven, en heeft de grenzen tussen
massa en interpersoonlijke communicatie vervaagd.
Men kan door een druk op de knop communiceren met mensen over de hele wereld.
Terwijl het sociale fenomeen van massacommunicatie zich in het begin van de twintigste
eeuw ontwikkelde, was het normaal dat mensen zich afvroegen hoe het de samenleving
zou beïnvloeden waarin het bestond vragen veranderden in een wetenschappelijk
onderzoek eerste theorieën over massacommunicatie.
Maatschappelijke verandering bekijken vanuit:
- Sociologisch opzicht
o Van gemeenschap naar maatschappij
o Van mechanismen naar organisch
- Psychologisch
o Ego
o Behaviorisme
Sociologisch
1. Van gemeenschap naar maatschappij (Tönnies)
o Gemeinschaft: netwerk van persoonlijke relaties gebaseerd op familie,
tradities en vaste rolverdeling
o Gesellschaft: onpersoonlijke relaties gebaseerd op keuzes in plaat van
tradities.
2. Van mechanismen naar organisch (Durkheim)
o Mechanismen: vergelijk met machine, onderdelen hebben een vaste functie
o Organismen: Vergelijk met functiedifferentiatie in een organismen
Hierbij kan je organisch zien als organen. Eigenlijk is iedereen een klein
stukje van een orgaan en hebben we veel mensen nodig om het
orgaan te laten functioneren.
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper juulvermeer10. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,48. Je zit daarna nergens aan vast.