Samenvatting vertaal- en tolkwetenschap S1 2022-2023
VERTAAL- EN TOLKWETENSCHAP
INTRODUCTIE
WAT IS VERTALEN?
Brontekst doeltekst Brontaal doeltaal
o Studiegebied: vertaalwetenschap
o (vertaal)product: een stuk tekst of spraak dat is omgezet in een andere taal
o (vertaal)proces: de activiteit of het proces van het omzetten van informatie (geschreven of gesproken)
in een andere taal
ROMAN JAKOBSON
Gebaseerd op semiotiek ( = de studie van communicatie door middel van tekens en gebarensystemen, waarvan
taal er maar één is)
Interlinguale vertaling Eigenlijke vertaling Vertaling waarbij de brontaal en doeltaal twee
verschillende talen zijn
Bv: vertaling van ENG naar NL
Intralinguale vertaling Herformulering Vertaling waarbij brontaal en doeltaal varianten zijn van
dezelfde taal
Bv: aanpassing van een encyclopedie, parafraseren
Intersemiotische vertaling Transmutatie Vertaling waarbij BT en DT zijn opgebouwd uit andere
tekensystemen
Bv: verfilming van een boek
VERTAALWETENSCHAP
= jonge discipline die zich bezighoudt met ‘de complexiteit van de problemen rond het fenomeen vertaling’
(Holmes, 2de helft van de 20ste eeuw)
Hoe zichtbaar is de discipline?
o Opleidingen (gespecialiseerde vertaalprogramma’s)
o Publicaties (wetenschappelijke artikels of boeken over vertalen)
o Analytische instrumenten (boeken, databases, etc.)
o Internationale organisaties (EST, IATIS)
European Society for Translation Studies, International Association for Translation and
Intercultural Studies
1
, Samenvatting vertaal- en tolkwetenschap S1 2022-2023
INTER- EN/OF MULTIDISCIPLINAIR ONDERZOEK
Vertaalwetenschap kan als inter- en/of multidisciplinair gezien worden
Interdisciplinariteit: samenwerking tussen verschillende disciplines, synthese
Multidisciplinariteit: integratie van kennis en benaderingen uit verschillende disciplines, één aanpak
CHAPTER 1: DISCUSSION
Adaptation Aanpassen, toevoegen, verwijderen, verbeteren, parafraseren naargelang de cultuur.
Het kan ook een vertaalprocedé zijn.
Version Verschillende versies maken van eenzelfde (bron)tekst.
Er is een verschil in taal, cultuur, interpretaties van de vertaler, etc.
Transcreation Creatief vertalen: rijmen, woordgrapjes, poëzie, reclame, etc.
Belangrijk: doelpubliek- en cultuur
CHAPTER 3: EQUIVALENCE AND EQUIVALENT EFFECT
DE AARD VAN EQUIVALENTIE
Equivalentie = gelijkwaardigheid
Nida Formele equivalentie/correspondentie: focust op de boodschap zelf, zowel inhoud als vorm
(vaak gebruikt in een academische of juridische context) behoudt de BT-structuur
Bv: I am in the shop = ik sta in de winkel
Dynamische/functionele equivalentie: het effect moet hetzelfde zijn, naturalness
(voldoet aan culturele, idiomatische verwachtingen)
Bv: like father, like son = de appel valt niet ver van de boom
Newmark Semantische vertaling ≈ formele equivalentie
Communicatieve vertaling ≈ dynamische equivalentie
Koller Vijf soorten equivalentie
1. Denotatieve: Extralinguïstische inhoud van BT wordt behouden in de vertaling bv.
verwijzingen in BT (naar mensen, plaatsen, situaties...) zijn hetzelfde in DT
2. Connotatieve: gelijkwaardige gevoelswaarde (bv. a pub ENG = un bar de tapas ES)
3. Tekstnormatieve: gerelateerd aan teksttypen met hun eigen eigenschappen. De
vertaler moet de eigenschappen van het teksttype (Katharina Reiss) in beide culturen
kennen (bv. yours faithfully – hoogachtend)
4. Pragmatisch: communicatieve vertaling/dynamische equivalentie
5. Formele: gerelateerd aan de vorm en esthetiek van de tekst, = expressieve
equivalentie, ≠ formele equivalentie (bv. ‘eet smakelijk’ wordt in China niet gezegd,
dus wordt het weggelaten om geen raar effect te creëren)
2
, Samenvatting vertaal- en tolkwetenschap S1 2022-2023
Een vertaling is volgens Nida geslaagd als het:
1. Een equivalent effect heeft (= het effect op de lezer is hetzelfde in de BT als in de DT)
2. Logisch is
3. De boodschap goed overbrengt naar de DT
4. Een natuurlijke en gemakkelijke vorm van expressie heeft
KRITIEK OP HET EQUIVALENT EFFECT VAN NIDA
o Wat als er een grote afstand is tussen het doelpubliek en de brontekstcontext?
o Hoe bepaalt de vertaler wie zijn doelpubliek is?
o Het zal ongetwijfeld een subjectief aspect met zich mee dragen
o Is Nida’s theorie wetenschappelijk?
o Gentzler's kritiek: het werk van Nida bevat een theologische en bekeringsstandpunt. Volgens Gentzler
is dynamische equivalentie ontworpen om de lezers, ongeacht hun cultuur, te bekeren tot het
dominante discours en de ideeën van het protestantisme.
EVALUEREN VAN EQUIVALENTIE
Gebeurt op verschillende niveaus
o Inhoud o Connotatie
o Vorm o Effect
o Denotatie o Etc.
EQUIVALENTIE IN BETEKENIS (JAKOBSON)
Languages differ essentially in what they must convey and not in what they may convey
Vertaalbaarheid hangt af van:
Taalkundige relativiteit of De verschillen in talen geven vorm aan verschillende conceptualisaties van de
determinisme wereld
Bv: Eskimo's hebben meer woorden voor sneeuw omdat ze die anders
waarnemen of opvatten
Linguïstisch universalisme Hoewel taal verschilt, is er wel een gedeelde manier van denken en ervaring
van de wereld
Bv: iemand uit een warm klimaat kent wel het verschil tussen sneeuw en regen
3
, Samenvatting vertaal- en tolkwetenschap S1 2022-2023
Verschillen treden op bij:
Geslachtsniveau Het geslacht van woorden in verschillende talen komt niet altijd overeen
Bv: ‘huis’ = vrouwelijk in Romaanse talen, maar onzijdig in het DUI en ENG
Morfologieniveau (level Bv: in het Russisch hangt de werkwoordsmorfologie af van de voltooiing van een
of aspect) actie
Semantisch niveau (level Bv: verwantschapstermen, in het DUI zeg je Geschwester, wat je in ENG vertaalt
of semantic fields) als ‘brothers and sisters’ omdat ‘siblings’ vrij formeel is
Verschillende soorten betekenis:
= functionele definitie van betekenis, waarbij een woord betekenis krijgt door de context (cultuurgebonden)
Taalkundige betekenis Relatie tussen verschillende taalkundige structuren, er treden verschillen op in
betekenis (ook wanneer er vergelijkbare woordklassen gebruikt worden)
Bv: zijn huis (= bezit), zijn vriendelijkheid (= eigenschap)
Referentiële betekenis Denotatieve betekenis (= woordenboekbetekenis)
Bv: son (ENG) = a male child
Emotionele betekenis Connotatieve betekenis, associaties die een woord oproept (= gevoelswaarde)
Bv: ‘Don’t worry about that, son.’ Son ≠ a male child, = term of endearment
Bepalen van referentiële en emotionele betekenis:
Op basis van:
Hierarchical structure Reeks woorden onderscheiden o.b.v. hun niveau
Bv: de hyperoniem ‘dier’ en die hyponiemen ‘geit, olifant, vogel, etc.’
Componential analysis Specifieke kenmerken van een reeks gerelateerde woorden worden
geïdentificeerd en onderscheden
Bv: oma is vrouwelijk, behoort tot generatie 1
nonkel is mannelijk en behoort tot generatie 2
MORFOSYNTACTISCHE EQUIVALENTIE
Doel = equivalentie op morfologisch en syntactisch vlak MAAR is heel uitdagend omdat bv:
o Het Russisch geen lidwoorden heeft voor substantieven
LEXICALE HIATEN
Een woord in taal A dat geen variant heeft in taal B, oplossing = leenwoord
Bv: geen vervoegingen in het Chinees Bv: ‘siblings’ in NL?
4