Psychologie
Hoofdstuk 5: Leerprocessen
5.1 Soorten leerprocessen
Automatische leerprocessen = Niet-inzichtelijk, bewustzijn niet nodig, zonder aha moment
Bv: fietsen, auto rijden, dromen, …
Klassieke conditionering, Operante conditionering, Modeling, Habituatie
Habituatie = De meest elementaire vorm van leren. De herhaalde aanbieding van steeds dezelfde
prikkel de reactie gaandeweg vermindert + na verloop van tijd helemaal achterwege blijft.
Bv: Wonen naast een treinspoor
5.2 Klassieke conditionering
5.2.1 Het eigenlijke conditioneringsproces
Het basisexperiment van Pavlov: De hond van Pavlov
- Een hongerige hond kreeg een neutrale prikkel (zoemtoon of belgeluid)
gevolgd door eten
- De opeenvolging zoemtoon-eten werd steeds herhaald (tussenpauzes van enkele minuten)
- Gevolg = speekselreactie (eerst enkel bij eten) geleidelijk aan vroeger optreden
uiteindelijk (na meerdere herhalingen) bij zoemtoon speeksel geproduceerd
Pavlov om het even welke prikkel hond kon doen kwijlen voorwaarde: herhaaldelijk + net
voor eten
Omwille van voorwaardelijkheid kwijlen bij horen van zoemtoon = Een voorwaardelijke of
geconditioneerde reflex
Het hele proces (bestaande reactie verbonden raakt met een nieuwe prikkel) = Conditionering
Klassieke conditionering (Pavloviaanse variant) = leren door gissen en missen soort conditionering
Later Skinner respondente conditionering aangeven dat bij dit soort conditionering
enkel om bestaande respons gaat die uitgelokt wordt door een nieuwe prikkel
Er was een prikkel (het eten) die onvoorwaardelijk (= uit zichzelf) als een natuurlijk gegeven een
bepaalde respons (de speekselreactie) uitlokte. Prikkel = De onvoorwaardelijke prikkel (OP)
De reactie die erdoor wordt uitgelokt = De onvoorwaardelijke reactie (OR)
In kader van het experiment OP herhaaldelijk en onmiddellijk voorafgegaan door een andere
prikkel (Bv: een zoemgeluid) = een prikkel die uit zichzelf geen speekselreactie uitlokt
= Een neutrale prikkel (NP)
Misschien lokt die prikkel uit zichzelf wel een hele andere reactie uit Bv: het spitsen van de oren.
In het kader van het experiment niet relevant = Neutrale reactie (NR)
Door het herhaaldelijk onmiddellijk op elkaar volgen van de NP en de OP geleidelijk aan
verandering in de reactie van het dier na enige tijd verschijnt de speekselreactie ook al bij het
toedienen van de NP.
De neutrale prikkel is veranderd in een voorwaardelijke prikkel (VP) die is instaat om de
speekselreactie = een voorwaardelijke reactie (VR) uit te lokken.
,Verklaring Pavlov = Puur fysiologisch:
Contiguïteit van OP en VP nieuwe verbindingen in de hersenen.
Biologisch nuttig en zinvol voor overleving geen denk- of herinneringsprocessen geen inzicht
5.2.2 Bijkomende processen
Aversieve conditionering:
Vladimir Bechterev onaangename prikkels inschakelen als OP
Bv: een windstoot op de ogen of een elektrische schok op een poot = Aversieve conditionering
Uitdoving:
Na een zekere tijd het zoemgeluid werd aangeboden zonder dat er nog voedsel op volgde Pavlov
stelde een geleidelijk verdwijnen van de conditionering vast. Gaandeweg ging de hond steeds
minder speeksel afscheiden bij het horen van het zoemgeluid uiteindelijk helemaal geen reactie
meer volgde = Extrinctie of uitdoving
Ooit door conditionering aangeleerd door nieuwe ervaringen weer afgeleerd.
Uitdoving = geen passief proces aan de basis ligt de ervaring dat de VP systematisch niet meer
gevolgd wordt door de OP.
Band tussen beide prikkels verdwijnt daardoor niet echt onderdrukt door de nieuwe ervaringen
bij minste aanleiding kan hij terug manifest worden. = Spontaan herstel
Een uitgedoofde VR na een tijd spontaan weer optreden zonder dat de associatie tussen VP en
OP herbevestigd moet worden.
Het opnieuw conditioneren van een voordien uitgedoofde reactie gaan veel sneller dan bij de
oorspronkelijke conditionering het geval was.
,Prikkelgeneralisering:
Na een conditioneringsproces een specifieke VP (Bv: een zoemtoon) de VR uitlokt andere
prikkels gelijkenis tonen met de VP (Bv: een zoemgeluid met een hoge toon) met een zwakkere
intensiteit dezelfde reactie oproepen.
Kleine Albert in het experiment van Watson en Rayner niet alleen schrikreacties voor een witte
laborat ook voor een wit konijn + zelf voor iemand met een witte baard = Prikkelgeneralisatie
Mogelijkheid van VP om de VR uit te lokken vanzelf veralgemeend tot prikkels of situaties
lijken op de oorspronkelijke VP. Hoe groter het verschil tussen de nieuwe prikkel en de eigenlijke
VP des te zwakker de VR zal zijn.
Prikkeldiscriminatie:
Effect van prikkelgeneralisering eventueel ingeperkt door OP systematisch laten volgen op de
eigenlijke VP niet op soortelijke prikkels. Bv: voedsel toedienen bij een hoge toon telkens
achterwege laten bij een iets lagere toon geleidelijk gaat de speekselreactie optreden bij een
hoge, maar niet meer bij een lage toon. proces van selectief conditioneren en uitdoven
= Prikkeldiscriminatie dier heeft geleerd om beide prikkels van elkaar te onderscheiden + er
verschillend op te reageren.
Hogere-orde-conditionering:
Wanneer een VP (Bv: een belgeluid) na conditionering een VR uitlokt op zijn beurt gebruikt
worden om een nieuwe conditionering mee te vestigen. Bv: plaswekker
Wanneer een andere neutrale prikkel (Bv: een lichtflits) herhaaldelijk gevolgd wordt door een
belgeluid kan die als een VP2 (= een voorwaardelijke prikkel van tweede orde) op termijn
eveneens de VR gaan oproepen.
Wanneer de eigenlijke conditionering stevig verankerd is kan lukken wanneer de eigenlijke OP
niet meer toegediend wordt. In dit geval nieuwe conditionering die voortbouwt op een
bestaande = Een hogere-orde-conditionering
Na een verloop van tijd zal die VR uitdoven, wanneer niet af en toe de eigenlijke OP wordt
toegediend. Tenzij er intussen andere krachten zijn die het aangeleerde gedrag in stand houden.
, 5.2.3 Een cognitieve interpretatie van de klassieke conditionering
Verschillen tussen de voorwaardelijke en de onvoorwaardelijke reactie:
5.2.4 Toepassingen van klassieke conditionering
Aanpakken van slechte gewoontes:
De gedragstherapie vertrekt van het behavioristische uitgangspunt = Heel wat gedragingen
aangeleerd ook weer afgeleerd of op zijn minst vervangen konden worden door een meer
aangepaste gedragswijzen.
Slaapproblemen in bed gaan liggen als ze nog niet echt moe zijn lezen, eten of tv kijken
tal van voorwaardelijke reacties oproepen Bv: honger, zin in tv kijken, …
Aanpak: pas naar bed gaan als je doodmoe bent en enkel slapen in bed
Uitdoven van conditioneringen + nieuwe conditionering: bed = VP & VR = zin om te slapen
Eetstoornissen: extern eten:
VP’s (zien/ruiken van eten) die VR (zin om te eten, water in de mond) uitlokken
Conditionering wordt verbroken & eventueel nieuwe conditionering tussen zien van eten
(VP) en niet-eten (VR)
Eetgedrag kan gebonden zijn aan een voorwaardelijke prikkel
Eetstoornissen gekenmerkt door buitensporige eetbuien teruggevoerd op extern eten = geen
honger hebben, maar wel overdadig eten bij het zien of ruiken van lekker eten of stimuli die eraan
gerelateerd zijn. Bv: ’s Middags even naar de klok kijken, de geur van frietjes ruiken opsnuiven, …
Aangewezen gedragstherapeutische techniek blootstelling of cue exposure =
De cliënt wordt herhaaldelijk blootgesteld aan het lekkers, zonder dat hij ervan mag eten.
eerder geleerde associatie verbroken of minstens een nieuwe associatie gelegd tussen het zien
van voedsel en het niet-eten.
Behandelen van fobieën
Een fobie = Een intense en aanhoudende vrees voor objecten of situaties, die rationeel gesproken
een dergelijke reactie niet verdienen, maar die bij de persoon in kwestie een onweerstaanbare
aandrift uitlokken om ze systematisch te ontvluchten of te vermijden.
Verschillende soorten fobieën meest frequent = dierenfobieën vooral spinnen en slangen
Behandeling 2 technieken:
1) Systematische desensitisatie = stap voor stap blootgesteld worden aan het voorwerp van
zijn angst + tegelijk een tegengestelde emotie van de angst laten ervaren
4 fasen van het proces:
- Ontspanningstechniek: Leren hoe hij, door spieren te ontspannen, bij zichzelf een
psychische relaxatie kan induceren.
- Angsthiërarchie opgesteld: In onderlinge afspraak met de cliënt lijst opgesteld van
beangstigende situaties in verband met het gevreesde object. Bovenaan situatie met
weinig angst Bv: zien van een leuke tekening daarna volgen gebeurtenissen die toenemen
in angst Bv: een foto van een kleine spin, grote spin tot en met situaties die een panische
angst veroorzaken Bv: spin op de huid volgt de eigenlijke conditionering
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper roosvanderzande. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,19. Je zit daarna nergens aan vast.