,Inhoudsopgave
1. Doel en functies van het financieel beleid............................................................................................ 4
Rol van de financieel directeur (CFO = Chief Financial Officer) ............................................................................ 4
Financiële doelstelling van de onderneming ........................................................................................................ 4
Indeling van de financiële functie......................................................................................................................... 5
2. Basisbegrippen van waardering .......................................................................................................... 7
Tijdswaarde van geld ........................................................................................................................................... 7
Enkelvoudig bedrag - ontvangen/betalen na 1 jaar ............................................................................................ 7
3. De relatie tussen rendement en risico ............................................................................................... 19
Geschiedenis ....................................................................................................................................................... 19
Bepaling van het risico ....................................................................................................................................... 19
Het efficiënte-set-theorema ............................................................................................................................... 21
Het effect van diversificatie: investeren in meerdere aandelen......................................................................... 22
Modellen om het vereiste rendement te bepalen, uitgaande van het risico ..................................................... 22
4. Investeringsanalyse en kapitaalkost .................................................................................................. 25
Bepalen van de kasstromen ............................................................................................................................... 25
Voorbeeld: een expansie-investering ................................................................................................................. 26
5. Financierings- en dividendstrategie ................................................................................................... 36
Impact van de kapitaalstructuur ........................................................................................................................ 36
Belangenconflicten tussen aandeelhouders en schuldeisers ............................................................................. 38
Dividendpolitiek in de praktijk ............................................................................................................................ 41
Uitgifte van aandelen ......................................................................................................................................... 44
Voor- en nadelen van beursnotering .................................................................................................................. 44
7. Beheer van het netto bedrijfskapitaal ............................................................................................... 48
Hedgingbenadering ............................................................................................................................................ 48
Impact van de NBK-behoefte ............................................................................................................................. 48
Financiële planning om de financiële behoefte in te schatten ........................................................................... 49
Beheer van handelsvorderingen......................................................................................................................... 50
Andere aspecten bij kredietpolitiek .................................................................................................................... 52
8. Kortetermijn financiering en kasbeheer............................................................................................. 53
Handelsschulden................................................................................................................................................. 53
Andere (interne) schulden < 1 jaar ..................................................................................................................... 53
Financiële schulden < 1 jaar bij kredietinstellingen............................................................................................ 54
Financiële schulden < 1 jaar via de geldmarkten ............................................................................................... 54
,1. Doel en functies van het financieel beleid
Rol van de financieel directeur (CFO = Chief Financial Officer)
Rode IJskoude Frisdrank, Drink Rustig!
• Rapportering:
o Registreren en rapporteren van financiële gegevens, beheren van de kaspositie,
aantrekken van voldoende financiële middelen
• Investeringsbeslissingen:
o In welke activa wordt er geïnvesteerd?:
▪ Deze beslissingen bepalen de grootte van de onderneming, de operationele
resultaten, het operationeel risico
• Financieringsbeslissingen - financiële mix (EV - VV):
o Door het zoeken naar de beste optimale verhouding tussen EV en VV
o De mate waarin met VV wordt gefinancierd bepaalt de vaste financiële kosten voor
de onderneming en het financieel risico
• Dividendbeslissingen:
o Bepaalt de grootte van de gereserveerde winsten en heeft dus invloed op het EV van
de onderneming
• Risicomanagement:
o De voorgaande beslissingen beïnvloeden het financieel risico van een onderneming
→ CFO moet een risicomanagementstrategie uitstippelen
Financiële doelstelling van de onderneming
• Financiële beslissingen worden genomen op basis van concrete doelstellingen
o Doelstelling: maximalisatie van de waarde van de onderneming
• Concreet: welk objectief maximaliseren bij financiële beslissingen?
Welke doelstelling of welk objectief maximaliseren bij financiële beslissingen?
1. Totale winst?:
o Leiden niet enkel het absolute bedrag aan winst → ook rentabiliteit voor de
aandeelhouders en de grootte van de investering
2. Winst per aandeel (‘rentabiliteit’)?:
o Rentabiliteit van EV heeft een verband met de winst via de grootte van de
geïnvesteerde middelen
o Maar winst per aandeel niet als doelstelling gebruiken:
▪ Geen rekening met de timing of duur van de verwachte resultaten en risico
▪ Onzekerheid wordt niet opgenomen
3. Marktprijs per aandeel! → houdt rekening met:
o Rentabiliteit
o Timing (duur van de verwachte resultaten)
o Risico (onzekerheid)
4
, Corporate governance: management vs aandeelhouders:
• ‘Corporate Governance’ = denken over de optimale beheersstructuur binnen een
onderneming → regeling van de relatie tussen management en aandeelhouders = belangrijk
dat ze gescheiden zijn:
o Beursgenoteerde bedrijven:
▪ Management en aandeelhouders gescheiden
o Streefdoel management:
▪ Niet eigenbelang
▪ Wel maximalisatie van waarde voor aandeelhouder
▪ Bv. vrije operationele cashflow (= bedrag dat voor uitkering beschikbaar is):
• Management: niet uitkeren – in bedrijf houden/investeren
• Aandeelhouders: wel uitkeren – niet in bedrijf houden/niet
investeren
o Bv. andere stakeholders (publieke opinie, schuldeisers,…)
o Hoe?:
▪ Doelstellingen aandeelhouders en management op mekaar afstemmen via
stimuli (bv. beloningen):
• (Variabele) vergoeding in functie van behaalde resultaten
• Aandelenopties
• Bonussen in functie van de marktwaarde van het aandeel
▪ Aangepast bewakingssysteem:
• Directe controle van de aandeelhouders door de raad van bestuur
• Regelmatige controle van de financiële rekeningen (audit)
• Herziening van het premiesysteem
• Grenzen voor managementbeslissingen (delegation of authority)
• Investeringsbeslissingen (activa):
o Nagaan of de investeringen in nieuwe activa rendabel zijn, hiervoor moet een
minimumrendement gesteld worden
o Beheer van de bestaande activa, vooral de vlottende activa: kasbeheer, voorraden,
beheer van klantenvorderingen
• Financieringsbeslissingen (passiva):
o Bepalen van de optimale kapitaalstructuur, mate van EV en VV → mogelijkheid op
hefboomeffect (goede financiële mix van EV en VV)
o Bepalen van de verschillende financieringsmiddelen op KT en LT
• Dividendbeslissingen:
o Bepalen van het dividendpercentage = winst % dat uitgekeerd wordt aan de
aandeelhouders
o Beslissingen i.v.m. de dividendstabilisatie = mate waarin dividend in de toekomst
constant blijft
• Speciale beslissingen:
o Fusie of overname
o Financiering van niet-beursgenoteerde ondernemingen
o Internationale operaties
o Faling en reorganisatie
5
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper sweetvio22. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.