Dit is een volledige samenvatting van het gehele vak psychologie voor het eerste jaar verpleegkunde. De samenvatting is samen met de powerpoints en het boek opgesteld. Het bevat dus alles.
Psychologie
De mens in relatie met zijn wereld
Inleiding
Psychologie= Wetenschappelijke studie van het gedrag en de mentale processen van
individuen.
Psychologie heeft een lang verleden, maar korte geschiedenis.
Stimulus organisme respons
Vroeger alleen stimulus en respons, maar er zijn ook processen van mensen, dus
er kwam organisme tussen.
Reageren op sensatie, niet direct op stimulus.
Organisme= Mentale processen, niet waarneembaar.
Functieleer (basisprincipe psychologie)
- Waarneming
- Leerproces
- Geheugen
Psychodiagnostiek= Manieren om verschillen in gedrag te meten.
Ontwikkelingspsychologie= Persoonlijkheid is gevolg van ontwikkeling.
Sociale psychologie= Wetenschap die onderzoek doet naar sociale invloeden op
individu.
Gedrag wordt beïnvloedt door
o Waarnemingen en percepties
o Leerprocessen
o Geheugen
o Ontwikkelingsprocessen
o Motivatie en emotie
o Communicatie
o Sociale psychologie
1. Het waarnemingsproces
Zintuigen sensatie perceptie
o Alles begint met waarnemen door receptoren/ zintuigen – sensorisch
psychologie
o Zintuigen omzetten in hersenen naar sensatie
o Sensatie= Vroeg stadium van perceptie waarin neuronen van receptor een
stimulus kunnen omzetten in patronen van zenuwimpulsen. 1e
gewaarwording!
o Stimulus wordt omgezet in vorm die hersenen kunnen begrijpen.
o Aan sensatie geven betekenis
o Perceptie= Proces van waarneming – betekenisverlening
- Bottom up= Prikkels van buitenaf beïnvloeden ons.
Infostroom van receptoren aan basis (bottom) naar de hogere hersenen
(up) die verantwoordelijk zijn voor herkennen en classificeren van
voorwerpen.
- Top down= We organiseren die info en geven er betekenis aan.
Infostroom van hogere hersenen naar de vroegere stadia van verwerking.
= Reageren vanuit bepaald idee dat je hebt over werkelijkheid
, 3 officiële fasen
1. Sensatie of gewaarwording
2. Organisatie tot geheel
3. Betekenisverlening
Van sensatie tot perceptie
Via proces van transductie omgezet in neurale impuls
Transductie= Omvorming= Proces waarbij fysische energie wordt omgezet in neurale
impulsen.
- Start: wnr sensorische neuron een fysieke stimulus opvangt
- Als de stimulus bijpassende zintuig bereikt activeert gespcialiseerde neuronen in
dat zintuig (receptoren)
- Receptoren zetten prikkeling (excitatie) om in zenuwimpuls.
- Zenuwimpuls vervoert sensorische info in gecodeerde vorm naar hersenen verder
verwerkt
- Zenuwimpuls verplaatst zich over zenuwbanen naar gebieden in hersenen die
gespecialiseerd zijn in verwerking van zintuiglijke uitdrukkingen hersenen halen
info uit elementaire kenmerken van stimulus
- Stimulus zelf komt niet verder dan receptor!
- Enige wat in zenuwstelsel wordt verplaatst is info in vorm van neurale impuls
in woorden:
Het proces waarbij fysische energie, zoals licht- en geluidsgolven, wordt omgezet in neurale
impulsen, noemen we transductie (omvorming). Het begint op het moment dat een
sensorische neuron een fysieke stimulus (zoals de geluidsgolf van een trillende snaar)
opvangt. Als deze stimulus het bijpassende zintuig bereikt (vb oor), activeert het
gespecialiseerde neuronen in dat zintuig, die receptoren worden genoemd. Deze receptoren
zetten hun excitatie of prikkeling om in een zenuwimpuls.
Die zenuwimpuls vervoert sensorische informatie in gecodeerde vorm naar de hersenen,
waar hij verder zal worden verwerkt. Deze met informatie geladen impuls verplaatst zich
over een zenuwbaan naar gebieden in de hersenen die zijn gespecialiseerd in de verwerking
van zintuiglijke indrukken. Uit de neurale impulsen die via de zenuwbanen worden vervoerd,
halen de hersenen informatie over de elementaire kenmerken van de stimulus ( in dit geval
geluidssterkte, toonhoogte, richting van het geluid). Let wel, de stimulus zelf komt dus niet
verder dan de receptor. Het enige wat in het zenuwstelsel wordt verplaatst is informatie in
de vorm van een neurale impuls
1.1Zintuiglijke sensaties
1.1.1 Absolute drempel voor sensaties
= Minimale intensiteit om waargenomen te kunnen worden.
Waarnemen= Selectief proces afhankelijk van:
Bouw en werking zintuigen
Bouw en werking zenuwstelsel
Gerichte aand8
, Fysische prikkels die vallen binnen het interval van prikkels die psychisch kunnen
worden verwerkt tot een sensatie, moeten een bepaalde sterkte of intensiteit
hebben om waargenomen te worden.
Voor een zinvolle waarneming moeten prikkels eerst:
Gedetecteerd worden door zintuigen
Door hersenen omgezet worden in sensaties
1.1.2 Differentiële drempel/ verschildrempel – wet van Weber
Moet bepaald waarneembaar verschil zijn in prikkel om te kunnen waarnemen.
Hoeveelheid verschil in intensiteit tussen 2 prikkels die in 50% van de gevallen nog
net als van elkaar verschillend kunnen waarnemen.
Juiste waarneembare verschil= Kleinste verandering in signaal die nog net
waarneembaar is.
1.1.3 Signaaldetectietheorie
= Stelt dat de onderscheiding van een interessante stimulus tussen oninteressante
stimulus gebaseerd is op een menselijk detectiemechanisme waarin sensitiviteit en
criterium signaaldetectie kunnen beïnvloeden.
Gevoeligheid voor prikkels varieert voortdurend: schommelingen in waarneming
Sensatie= Afhankelijk van de kenmerken van de stimulus en de 8ergrondstimulus en
de detector.
o Kenmerken van de stimulus= Signaal
Responscriterium: zwakke en sterke stimuli
o 8ergrondstimulus= Ruis
Storende achtergrond of op elkaar gelijkende stimuli
o Detector: sensitiviteit, eigenschappen van weernemende persoon, rol van
verw8ing
Sensitiviteit, eigenschappen v/d waarnemende persoon, rol van
verwachting
Geeft meer inzicht in absolute drempels en verschildrempels.
Geldt zowel voor biologische als elektronische sensoren.
1.1.4 Sensorische adaptatie
= Onze gevoligheid neemt af als de prikkels constant blijven en terugkeren.
Zintuigen minder gevoelig maken, voor stimuli die voortdurend komen normaal
beschouwen
Bv.: warmte, muziek in de auto
Richten op wat wel belangrijk is
BEPERKINGEN: extreme/ te intense prikkels vallen altijd op
1.2 Wat is de relatie tussen sensatie en perceptie?
1.2.1 Van sensatie naar perceptie:
Perceptie is geen spiegel van de realiteit!
Taak van perceptie = Sensorische input van omgeving onttrekken en die organiseren
tot stabiele, betekenisvolle percepten.
Percept= Betekenisvolle product van perceptie.
Systeem van perceptuele verwerking= Binnenkomende info vergelijken met
gelijkende info uit geheugen.
1.2.2 Kenmerkdetectoren
= Groepen gespecialiseerde cellen die zijn toegelegd op het detecteren van specifieke
kenmerken van stimulus.
, Bv.: lengte, kleur, lichtinval
o Stukje aan hersenen die zorgen dat we gezichten herkennen
o Gevoelig voor informatie over menselijk gezicht
o Occipitaalkwab= Waar visuele cortex zich bevindt. Cellen die speciaal
gevoelig zijn voor kenmerken van menselijk gezicht.
1.2.3 Bottom-up en top-down verwerking
Bottom-up = perceptuele analyse die de nadruk legt op kenmerken v/d stimulus
verwijst naar de informatiestroom van de receptoren aan de basis (bottom) naar
de hogere hersencentra (up) die verantwoordelijk zijn voor het herkennen en
classificeren van voorwerpen. (Dus alles registreren en dat verwerken tot een
sensatie/gedacht)
Top-down = perceptuele analyse die de nadruk legt op onze verwachtingen,
concepten, herinneringen en andere cognitieve factoren
Informatiestroom van de hogere kenniscentra naar de vroegere stadia van de
verwerking. de zoektocht naar sensorische informatie in de omgeving sturen en
onze waarneming efficiënter maken. (ons brein beslist wat we zien, voelen of
verwerken)
1.3 Perceptuele gewaarwordingen
1.3.1 Perceptuele constantie
Wat we waarnemen beantwoordt niet exact aan zintuiglijke info maar wel aan
werkelijkheid.
Ondanks veranderingen in zintuigelijke info, wordt onze waarnemingswereld
gekenmerkt door een hoge graad van constantie.
Soorten:
Grootteconstantie
Bv.: persoon op verschillende afstanden als even groot waarnemen
Kleurconstantie
Bv.: bloem in daglicht of zonsondergang
Vormconstantie
Bv.: deur die openstaat
Plaatsconstantie
Bv.: in trein lijkt dat alles voorbij flitst, maar je weet dat dat niet zo is
Perceptuele ambiguïteit en vervorming
Doel van perceptie= Accurate waarneming om te overleven, maar wereld is soms
niet gemakkelijk te ‘lezen’.
- Ambiguïteit= Stimuluspatronen die op 2 of meerdere verschillende manieren
kunnen worden geïnterpreteerd.
1.3.2 Perceptuele illusies
o Wat we waarnemen beantwoordt niet aan werkelijkheid en niet aan
zintuigelijke info.
o = Aantoonbare foute ervaring van een stimuluspatroon die wordt gedeeld
door de anderen in dezelfde perceptuele omgeving.
o Treedt op als de receptoren op een ongebruikelijke manier worden
gestimiuleerd verkeerde info naar hersenen
o Kan iets mislopen op niveau van perceptie
Bv.: Verticale lijnen lijken groter dan horizontale lijnen
1.4 Perceptuele structurering (gestalt)
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper maliduerinck4. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €10,49. Je zit daarna nergens aan vast.