Inleiding tot modellen in de klinische psychologie: inleiding
1. Klinische psychologie
Vroeger was psychologie eigenlijk een wetenschappelijke discipline en vond het
behandelen van mentale stoornissen eerder plaats in de geneeskunde
Klinische psychologie als studie van indiv door observatie of experimenten, met de
intentie veranderingen te bewerkstellen
Vandaag: veel verschillende dingen, doelen, doelgroepen
Tak van de psychologie die mensen met psychische problemen of stoornissen
bestudeerd, diagnosticeert en behandeld
APA: wetenschap, theorie en praktijk combineren om disfuncties, beperkingen,
onconforabelheden te begrijpen, voorspellen en verlicht + promoten van adaptatie,
aanpassing en persoonlijke ontwikkeling
2. Basiscompetenties
Zelfde beroep over verschillende landen zelfde betekenis en kwaliteitseisen
European federation of psychologist’s association (EFPA)
Doel praktijkuitoefening = ontwikkeling en toepassing van psychologische principes,
kennis, modellen en methodes (op ethische en wetenschappelijk manier)
Competenties obv kennis, inzicht, vaardigheden in praktijk op ethische wijze
Primaire competenties: psychologische inhoud vh praktijkproces (assesment,
interventies ontwikkelen, plannen, uitvoeren, evauleren, communiceren)
Secundaire competentie: stellen psycholoog in staat om effectief diensten te verlenen
(beroepsrelaties, praktijkmanagement, zelfrefelctie,…)
3. Situering binnen klinische programma
Competentie kubus
o Functionele competenties (diagnose, consultatie, onderzoek, interventies,…)
o Fundamentele competities (zelfreflectie, ethiek, eigen relaties , cultuur,
kennis,… in rekening houden + weten hoe dit je beïnvloed tijdens HV)
intellectuele en interpersoonlijke basis voor functionele competenties
o Stadiums van professionele ontwikkeling: stage, ervaring,…
Vakgroep experimentele klinische en gezondheidspsychologie
o Ontwikkelingsstoornissen
o Psychopathologie en affectieve neurowetenschap
o Gezondheid psychologie
o Relatie- en gezinsstudies
o Leren en impliciete processen
, 7 kernvragen over elke theorie
o Visie op mens
o Visie op normaliteit
o Visie op etiologie en veerkracht
o Kernconcepten van het model
o Helpende/belemmerende factoren voor verandering
o Processen van verandering
o Rol van context
4. het werkveld van de klinische psychologie
mental health ≠ afwezigheid van een mentale ziekte
= staat van welzijn waarin elke individu zijn of haar potentieel realiseert, om kan gaan met
de normale levensstress, kan werken en een bijdrage leveren aan de mp
relevante punten
o wetenschap: obv theorieën
o enerzijds gericht op reduceren van ongewenste condities (stress, problemen,
beperkingen,…)
o anderzijds: gericht op verbeter van gewenste condities (welbevinden,
persoonlijke groei)
o integratief: kijken naar geheel van functioneren naast alleen de
psychologische component
positie van de klinische psychologie zorgen voor lijdende mens
o psycholoog
psychische processen
cognitie, emotie, gedrag
praten
o psychiater
medische visie (biologisch)
ernstige pathologie
o alternatief
zorg voor ziel: religie, yoga, spiritualiteit,…
klinische psychologie
o biopsychosociaal model => multidisciplinair werken
bv mp werker, ergo, verpleegkundige, psychiater
o recente verandering in wetgeving ->Wettelijke bescherming van psycholoog
en psychotherapeut
Duidelijker statuut
Terugbetaling (?) (hierdoor wrsch nog 6e jaar: jaar duaal leren)
Vereisten (bv diploma)
, Verschil psycholoog en psychotherapeut
o Klinisch psycholoog
Breed takenpakket (diagnostiek, preventie en behandeling)
Wetenschappelijk onderbouwt klinisch referentiekader
o Psychotherapeut
Voor iemand die beroepsmatig een methode toepast ter genezing
van lichamelijke of geestelijke gezondheidsproblemen
Focus op behandeling
Obv psychotherapeutische referentiekader
Meer specialistische opleiding (dit nog studeren na opleiding Ψ)
Beter voor ernstige problemen
, Hoofdstuk 2: basismodellen en wetenschappelijk onderzoek
1. Wetenschappelijk benadering
Plaats wetenschap in klinische psychologie (voorbeeld Jolanda (conformatiebias en placebo-
effecten, spirituele healing)
a) Basismodel: Evidence-based practice (EBP) model
HV continu reageren adhv de stand van de huidige wetenschap (in functie van
noden van de client)
Cliënten informeren obv beschikbare onderzoek evidentie over de verschillende
methoden van preventie, behandeling en diagnostiek
Samenspel tussen
o Klinische competentie (gesprekvaardigheden,…)
o Voorkeur patiënt
o Onderzoek kennis
McFall’s Manifesto for a Science of Clinical Psychology
o Enigste legitieme vorm van klinische psychologie is obv wetenschap
o Voor klinisch psycholoog kunnen worden, eerst wetenschapper worden
o Enkel behandelingen die voldoen aan volgende criteria
Duidelijk beschreven hoe behandeling zal gaan
Weten claims omtrent positieve effecten
Deze positieve effecten aangetoond door wetenschappelijk
onderzoek
Negatieve bijeffecten moeten onderzocht zijn (soms praten over
problemen kan negatieve effecten hebben bv.treinramp)
Kritiek op EBP
o Groepsdata niet toepassen op individu
o Problemen cliënten nog niet altijd onderzocht + niet wachten tot er
onderzoek is
o individu = unieke constellatie van ervaringen, cultuur en sociale context
niet te begrijpen door algemene psychologische wetmatigheden
o Klinische ervaring en intuïtie relevanter dan wetenschap
Gedachten experimenten onderzoek
o Treinramp, vlak na ongeval geeft Ψ therapie + positieve feedback van Cl
Mensen die aanvankelijk weinig klachten hadden: geen invloed
wel of geen interventie
Mensen met wel klachten
- Geen interventie: Na 4 maanden op zelfde niveau als
mensen zonder klachten
- Wel interventie: veel meer impact treinongeval