Samenvatting
Samenvatting Kwalitatieve Onderzoeksmethoden
414 keer bekeken
18 keer verkocht
Samenvatting van het vak Kwalitatieve Onderzoeksmethoden aan de hand van het handboek, de slides en eigen notities
[Meer zien]
Voorbeeld 8 van de 134 pagina's
Heel boek samengevat?
Ja
Geupload op
22 december 2017
Aantal pagina's
134
Geschreven in
2017/2018
Type
Samenvatting
Door: karlijnemma • 6 jaar geleden
Door: sulecoco • 5 jaar geleden
Er is wel een structuur, maar de uitleg is niet volledig, de slides zijn letterlijk getypt zonder extra informatie
Door: dieterclaes • 6 jaar geleden
Door: sige • 6 jaar geleden
€7,99
Ook beschikbaar in voordeelbundel v.a. €25,49
100% tevredenheidsgarantie
Direct beschikbaar na betaling
Zowel online als in PDF
Je zit nergens aan vast
Ook beschikbaar in voordeelbundel (1)
1. Samenvatting - Samenvatting filmstudies
2. Samenvatting - Samenvatting kwalitatieve onderzoeksmethoden
3. Samenvatting - Samenvatting media-economie
4. Samenvatting - Samenvatting maatschappijgeschiedenis (deel 2 en 3)
5. Samenvatting - Samenvatting smart cities
Meer zien
KWALITATIEVE
ONDERZOEKSMETHODEN
SAMENVATTING
JULIE DE COCK
2017-2018
,0.
UITGANGSPUNTEN
(H1&2)
8
0.1
WAT
IS
KWALITATIEF
ONDERZOEK?
8
0.2
KENMERKEN
KWALITATIEF
ONDERZOEK
8
0.2.1
DOEL
EN
VRAAGSTELLING
9
0.2.2
ONDERZOEKSDESIGN
9
0.2.2.1
Voorbeeld
van
2
onderzoeksdesigns
in
1
studie:
TELEON
project
(2007-‐2009)
9
0.2.3
DATAVERZAMELINGSMETHODE
10
0.2.4
ANALYSE
10
0.2.4.1
Hoe
analyseren?
Procedures
10
0.2.5
RAPPORTERING
10
0.3
=/
OF
=
KWANTITATIEF
ONDERZOEK?
10
0.3.1
METHODENSTRIJD:
KLASSIEKE
VERWIJTEN
11
0.3.2
KWALITATIEF
ONDERZOEK
IS
BETER
EN
DIEPGAANDER?
11
0.3.2.1
Voorbeeld:
televisiekijken
12
0.4
MIXED
METHOD
12
0.4.1
COMBINEREN
VAN
KWALITATIEF
EN
KWANTITATIEF
12
0.5
GESCHIEDENIS
VAN
KWALITATIEF
ONDERZOEK
12
0.5.1
KLASSIEKE
PERIODE
(1900-‐1945)
13
0.5.2
VERDRUKKING
EN
DE
KIEMEN
VAN
VERNIEUWING
(JAREN
’50-‐’70)
14
0.5.2.1
Focusgroepen
15
0.5.2.2
“Ontdekking”
Grounded
Theory
15
0.5.3
HEROPSTANDING
(JAREN
’70-‐’80)
16
0.5.3.1
Cultural
Studies
17
0.5.3.2
Tijd
van
nieuwe
stromingen
en
hernieuwde
methodestrijd
17
0.5.4
POSTMODERNISME
EN
CONSOLIDATIE
(JAREN
’90)
17
0.5.4.1
Postmodernisme
in
sociale
wetenschappen
17
0.5.4.2
Consolidatie
van
kwalitatief
onderzoek
18
0.5.5
3E
WEG:
MIXED
METHODS
ONDERZOEK
18
0.5.5.1
Positie
1:
geen
filosofisch
probleem
18
0.5.5.2
Positie
2:
Mixed
methods
onmogelijk
18
0.5.5.3
Positie
3:
Paradigma’s
blijven
strikt
gescheiden
in
mixed
methods
19
0.5.5.4
Positie
4:
Mixed
methods
=
apart
paradigma
(Pragmatisme)
19
0.5.5.5
Positie
5:
Dialectische
verhouding
tussen
paradigma’s
19
0.5.5.6
Positie
6:
meerdere
paradigma’s
in
sociale
wetenschappen
19
1.
PARADIGMA’S
IN
HET
KWALITATIEF
ONDERZOEK
(H3)
20
1.1
KLASSIEKE
TWEEDELING:
POSITIVISME
OF
INTERPRETIVISME
20
1.1.1
POSITIVISME
20
1.1.2
INTERPRETIVISME
21
1.1.3
POSTPOSITIVISME
21
1.1.4
CONSTRUCTIVISME
22
1.1.5
CONSTRUCTIVISTISCHE
STROMINGEN
22
1.1.5.1
Symbolisch
interactionisme
22
1.1.5.2
Fenomenologie
23
1.1.5.3
Etnomethodologie
en
conversatie
analyse
24
1.1.6
KRITISCHE
THEORIE
EN
AANVERWANTE
25
2
,2.
KWALITATIEVE
PROBLEEMFORMULERING
(H4)
26
2.1
SOORTEN
ONDERZOEKSVRAGEN
26
2.2
BEPALEN
VAN
ONDERZOEKSDOEL
27
2.2.1
WAAROM
DOE
IK
DIT
ONDERZOEK?
27
2.2.2
WAAROM
IS
DIT
ONDERZOEK
BELANGRIJK?
28
2.2.2.1
Exploratief
onderzoek
28
2.2.2.2
Verklarend
onderzoek
28
2.2.2.3
Beschrijvend
onderzoek
28
2.2.2.4
Emancipatorisch
onderzoek
29
2.2.3
VOOR
WIE
IS
HET
ONDERZOEK
BEDOELD?
29
2.2.3.1
Wetenschappelijke
gemeenschap
29
2.2.3.2
Beleidsmakers
29
2.2.3.3
Praktische
relevantie
30
2.3
ONDERZOEKSVRAAG
30
2.3.1
1E
AANZET
30
2.3.1.1
Theoretische
evaluatie
1:
welk
type
onderzoeksvraag?
30
2.3.1.2
Theoretische
evaluatie
2:
beperkingen
van
onderzoek
31
2.3.1.3
Praktische
evaluatie
1:
is
probleemstelling
onderzoekbaar?
31
2.3.1.4
Praktische
evaluatie
2:
is
onderzoek
haalbaar?
31
2.3.2
LITERATUURONDERZOEK
EN
CONCEPTUEEL
KADER
32
2.3.3
KOMEN
TOT
LITERATUUROVERZICHT
32
2.4
UITSCHRIJVEN
VAN
PROBLEEMSTELLING
33
2.4.1
ALGEMENE
STRUCTUUR
EN
INHOUD
33
3.
ETHIEK
VAN
HET
ONDERZOEK
(H6)
33
3.1
BELANG
VAN
ETHIEK
IN
ONDERZOEK
33
3.2
PROCEDURELE
ETHIEK
33
3.2.1
INFORMED
CONSENT
34
3.2.2
BESCHERMING
VAN
PRIVACY
35
3.2.3
BRENG
GEEN
SCHADE
TOE
35
3.2.4
VERBORGEN
ONDERZOEK
EN
MISLEIDING
36
3.3
SITUATIONELE
ETHIEK
36
3.4
RELATIONELE
ETHIEK
36
4.
ANALYSE
VAN
KWALITATIEVE
DATA
(H12)
37
4.1
BENADERINGEN
IN
KWALITATIEVE
ANALYSE
37
4.2
ANALYSE
IN
GROUNDED
THEORY
BENADERING
38
4.2.1
KERNELEMENTEN
VAN
GROUNDED
THEORY
BENADERING
38
4.2.1.1
Fasering
van
analyse:
theorie
en
praktijk
39
4.3
KWALITATIEF
DATABEHEER
42
4.4
EERSTE
KENNISMAKING
MET
MATERIAAL
42
4.5
ANALYSE-‐INSTRUMENTEN
DOORHEEN
HELE
PROCES
43
4.5.1
MEMO’S
43
4.5.2
GRAFISCHE
VOORSTELLINGEN
43
4.6
OPEN
CODEREN
44
4.6.1
WAT
ZIJN
CODES?
44
4.6.2
VEEL
OF
WEINIG
CODEREN?
44
4.6.2.1
Coderen
als
mentaal
proces
44
4.6.2.2
Diepgang
bereiken
in
coderen
44
4.6.2.3
Hoeveelheid
codes
en
diepgang
van
coderen
45
3
,4.6.3
ZIJN
ER
SOORTEN
CODES?
45
4.6.4
DEFINITIE
VAN
FRAGMENT
45
4.6.5
VALSTRIKKEN
BIJ
CODEREN
46
4.6.6
BESCHRIJVENDE
MATRIX
AANLEGGEN
46
4.7
AXIAAL
CODEREN
47
4.7.1
CODEERSCHEMA
GEBRUIKEN?
48
4.7.2
HULPMIDDELEN
BIJ
(AXIAAL)
CODEREN
49
4.8
SELECTIEF
CODEREN
50
4.8.1
KERNCATEGORIE
ZOEKEN
EN
UITWERKEN
51
4.8.2
METHODEN
VAN
SELECTIEF
CODEREN
51
4.8.2.1
Verhalend
werken
51
4.8.2.2
(Pijlen)schema’s
51
4.8.2.3
Matrices
52
4.8.2.4
Metaforen
52
4.8.2.5
Typologieën
53
4.8.3
RELATIES
CONTROLEREN
53
4.9
FOCUSGROEPEN
ANALYSEREN
54
5.
OBSERVEREN
(H9)
55
5.1
OBSERVATIES
55
5.1.1
SOORTEN
OBSERVATOREN
55
5.1.1.1
Secretaris
55
5.1.1.2
Fotograaf
55
5.1.1.3
Bandopnemer
56
5.1.1.4
Klasseerder
56
5.1.1.5
Metronoom
56
5.1.1.6
Abstraheerder
56
5.1.1.7
Interactionist
57
5.1.1.8
Spiegelaar
57
5.1.2
WAT
OBSERVEREN?
57
5.1.3
FASES
BIJ
OBSERVEREN
58
5.1.4
OBSERVEREN
EN
THICK
DESCRIPTION
58
5.1.5
AANDACHTSPUNTEN
BIJ
OBSERVEREN
59
5.2
PARTICIPEREN
59
5.2.1
ROLLEN
IN
ONDERZOEKSPROCES
59
5.2.1.1
Volledige
participant
59
5.2.1.2
Participant
als
observator
59
5.2.1.3
Observator
als
participant
60
5.2.1.4
Volledige
observator
60
5.2.2
SETTINGS
60
5.2.2.1
Toegang
krijgen
tot
setting
61
5.2.2.2
Intrede
in
setting
61
5.2.3
INFORMANTEN
61
5.2.3.1
Types
van
informanten
62
5.2.4
UITTREDEN
UIT
VELD
63
5.3
VOOR-‐
EN
NADELEN
OBSERVATIEMETHODEN
63
5.3.1
VOORDELEN
63
5.3.2
NADELEN
(HB
P327-‐331)
63
5.4
VELDNOTA’S
64
5.4.1
UITGESTELDE
REGISTRATIE
64
5.4.2
TAAL
EN
STIJL
VAN
VELDNOTA’S
64
4
,5.4.3
SOORTEN
VELDNOTA’S
65
6.
KWALITEITSVEREISTEN
BIJ
KWALITATIEF
ONDERZOEK
(H13)
66
6.1
DEBAT
OVER
‘KWALITEIT’
IN
KWALITATIEF
ONDERZOEK
66
6.2
KWALITEITSVEREISTEN
BIJ
KWANTITATIEF
ONDERZOEK
66
6.2.1
HOUDING
VAN
KWALITATIEF
ONDERZOEK
TOV
KWALITEITSEISEN
IN
KWANTITATIEF
67
6.3
KWALITEITSVEREISTEN
BIJ
KWALITATIEF
ONDERZOEK
68
7.
KWALITATIEF
ONDERZOEK
OPZETTEN
(H5)
71
7.1
KIEZEN
VOOR
ONDERZOEKSVORM
71
7.1.1
KWALITATIEVE
SURVEY
72
7.1.1.1
Kwalitatieve
survey
met
diepte-‐interviews
72
7.1.1.2
Focusgroepen
72
7.1.2
PARTICIPERENDE
OBSERVATIE/
ETNOGRAFISCHE
STUDIE
73
7.1.3
CASESTUDY
74
7.1.3.1
Andere
casestudies
76
7.1.4
INHOUDSANALYSE
76
7.2
KWALITATIEVE
STEEKPROEF
79
7.2.1
ONDERZOEKSPOPULATIE
EN
STEEKPROEFKADER
79
7.2.2
VERSCHILLENDE
KWALITATIEVE
STEEKPROEFMETHODEN
80
7.2.2.1
Geen
selectie
80
7.2.2.2
Typische
case
80
7.2.2.3
Heterogeniteit
of
maximale
variatie
80
7.2.2.4
Homogeniteit
81
7.2.2.5
Kritische
case
81
7.2.2.6
Bevestigende
en
ontkennende
cases
81
7.2.2.7
Sneeuwbalsteekproef
81
7.2.2.8
Extreme/afwijkende
cases
81
7.2.2.9
Intensiteit
82
7.2.2.10
Random
doelgericht
82
7.2.2.11
Gestratificeerd
doelgericht
82
7.2.2.12
Criterium-‐gebaseerd
82
7.2.2.13
Opportunistisch
83
7.2.2.14
Pragmatisch
83
7.2.3
THEORETISCHE
STEEKPROEF
83
7.2.4
OMVANG
STEEKPROEF
84
7.3
FOCUSGROEPEN
SAMENSTELLEN
85
7.3.1
WIE
ZIT
ER
IN
DE
FOCUSGROEP?
85
7.3.2
GROOTTE
VAN
DE
GROEPEN
86
7.3.2.1
Kleinere
focusgroepen
86
7.3.2.2
Grotere
focusgroepen
87
7.3.3
AANTAL
GROEPEN
87
7.4
KEUZE
VAN
ONDERZOEKSSETTING
87
7.4.1
ZICHTBAAR
OF
ONZICHTBAAR
87
7.4.2
OPEN
OF
GESLOTEN
SETTING
88
7.4.3
MACHT(SVERHOUDINGEN)
88
7.5
SINGLE
CASE
OF
MULTIPLE
CASES?
89
7.5.1
SINGLE
CASES
89
7.5.2
MULTIPLE
CASES
89
7.5.3
CASE
CONTAMINATIE
90
7.6
VOORBEREIDEN
VAN
VELDWERK
90
5
,7.6.1
STEEKPROEFMATRIX
90
7.6.2
AFSTEMMEN
VAN
ONDERZOEKSTEAMS
91
7.6.3
PILOOTSTUDIE
91
8.
INTERVIEWS
(H8)
92
8.1
8.1
WAT
IS
EEN
INTERVIEW
92
8.1.1
8.1.1
SOORTEN
KWALITATIEVE
INTERVIEWS
92
8.1.2
8.1.2
KENMERKEN
VAN
HET
KWALITATIEVE
INTERVIEW
93
8.2
DE
KWALITATIEVE
INTERVIEWER
94
8.3
HET
INTERVIEW
VOORBEREIDEN
96
8.3.1
VRAGENPROTOCOLLEN
EN
TOPICLIJSTEN
96
8.3.1.1
Vragenlijsten
in
kwalitatief
onderzoek
96
8.3.1.2
Theoretische
steekproeven
en
de
kwalitatieve
vragenlijst
97
8.3.1.3
Kernelementen
in
een
kwalitatieve
vragenlijst
99
8.3.1.4
De
volgorde
van
vragen
100
8.3.2
SOORTEN
VRAGEN
IN
HET
INTERVIEW
101
8.3.2.1
De
inhoud
van
vragen
101
8.3.2.2
Vraagvormen
102
8.3.3
TOESTEMMING
KRIJGEN
VOOR
HET
INTERVIEW
103
8.3.4
DE
RUIMTELIJKE
ORGANISATIE
VAN
EEN
INTERVIEW
104
8.3.5
VOORBEELDEN
VAN
VRAGENLIJSTEN
104
8.3.5.1
Een
vragenprotocol
104
8.3.5.2
Een
topiclijst
(versie
1)
105
8.3.5.3
Een
extreme
topiclijst
105
8.3.5.4
Een
drop-‐off
105
8.4
HET
INTERVIEW
UITVOEREN
105
8.4.1
DE
INTRODUCTIE
VAN
EEN
INTERVIEW
105
8.4.2
INTERVIEWEN
IS
MEER
DAN
VRAGEN
STELLEN
ALLEEN
105
8.4.2.1
Paralinguïstisch
gedrag
105
8.4.2.2
Non-‐verbaal
gedrag
106
8.4.3
HET
EVALUEREN
VAN
ANTWOORDEN
107
8.4.3.1
Evaluatie
op
validiteit
107
8.4.3.2
Evaluatie
op
volledigheid
108
8.4.3.3
Evaluatie
op
relevantie
108
8.4.3.4
Evaluatie
op
duidelijkheid
108
8.4.3.5
Evalueren
van
non-‐verbaal
gedrag
108
8.4.4
DOORVRAGEN
110
8.4.4.1
Directe
doorvraagtechnieken
110
8.4.4.2
Non-‐directieve
doorvraagtechnieken
111
8.4.5
MOGELIJKE
VALSTRIKKEN
TIJDENS
INTERVIEW
112
8.4.5.1
Valkuilen
bij
stellen
van
vragen
112
8.4.5.2
Valstrikken
bij
interactie
in
interview
113
8.5
NA
HET
INTERVIEW
115
8.5.1
SAMENVATTENDE
FORMULIER
OF
METHODOLOGISCHE
VERSLAG
115
8.5.2
INTERVIEWTRANSCRIPTS
116
8.6
BIJZONDERE
INTERVIEWVORMEN
117
8.6.1
KINDEREN
INTERVIEWEN
117
8.6.1.1
Elite-‐interview
118
8.6.2
ONLINE
INTERVIEWEN
119
6
,9.
FOCUSGROEPEN
(H10)
120
9.1
WAT
IS
EEN
FOCUSGROEP?
120
9.2
DE
MODERATOR
121
9.3
FOCUSGROEP
VOORBEREIDEN
123
9.3.1
SOORTEN
VRAGEN
VOOR
FOCUSGROEP
123
9.3.1.1
Actieve
technieken
123
9.3.1.2
Projectieve
technieken
125
9.3.1.3
Groepstechnieken
126
9.3.2
TYPES
VAN
DEELNEMERS
126
9.3.3
TOESTEMMING
KRIJGEN
VOOR
FOCUSGROEP
129
9.3.3.1
Ruimtelijke
organisatie
van
focusgroep
129
9.4
FOCUSGROEP
UITVOEREN
130
9.4.1
INTRODUCTIE
VAN
GESPREK
130
9.4.1.1
Introductiepraatje
130
9.4.1.2
Starten
van
gesprek
131
9.4.2
MODERATORTECHNIEKEN
TIJDENS
GESPREK
131
9.4.2.1
Stiltes
in
groep
131
9.4.2.2
Doorvragen
131
9.4.2.3
Luisteren
132
9.4.2.4
Samenvatten
132
9.4.3
KWESTIE
VAN
INVLOED
EN
BEÏNVLOEDING
132
9.4.4
MOGELIJKE
VALSTRIKKEN
TIJDENS
FOCUSGROEP
133
9.4.4.1
Oneerbiedige
opmerkingen/
persoonlijke
aanvallen
134
9.4.4.2
Onjuiste
en
schadelijke
informatie
134
9.4.4.3
Persoonlijke
onthullingen
134
7
, 0. Uitgangspunten
(H1&2)
0.1 Wat
is
kwalitatief
onderzoek?
- ‘Iets
zonder
cijfers...’
- ‘(...)
any
type
of
research
that
produces
findings
not
arrived
at
by
any
statistical
procedures
or
other
means
of
quantification.’
(Strauss
&
Corbin,
1998)
- Klassieke
verklaringen
Ø Verwijzing
naar
soort
gegevens
waarmee
men
werkt
Cijfers
=
kwantitatief
Niet-‐cijfermatige;
woorden
=
kwalitatief?
Ø Verwijzing
naar
schaal
van
onderzoek
Grootschalig
en/of
representatief
=
kwantitatief
Kleinschalig
=
kwalitatief?
Ø Verwijzing
naar
welbepaalde
technieken
van
dataverzameling
Diepte-‐interviews;
focusgroep-‐interviews;
participatieve
observaties;
analyse
van
persoonlijke
documenten;
etc.
- !
niet
aanpak,
maar
WAT
Ø ‘(...)
kwalitatieve
onderzoeksmethoden
worden
gebruikt
om
de
aard
van
sociale
verschijnselen
te
onderzoeken.
Dit
houdt
in
dat
kwalitatief
onderzoek
zich
voornamelijk
bezighoudt
met
de
eigenschappen,
de
gesteldheid
en
het
karakter
van
verschijnselen
als
interacties,
situaties,
groeperingen,
problemen
etc.'
(Maso,
1987:11;
eigen
klemtoon)
Ø Verschil
kwantitatief
&
kwalitatief niet
louter
hoe
je
zaken
onderzoekt,
maar
ook
van
wat
je
onderzoekt
0.2 Kenmerken
kwalitatief
onderzoek
- Doel
en
vraagstelling
onderzoek
- Onderzoeksdesign
- Dataverzamelingsmethode
- Analyse
- Rapportering
8