Handel
1. Hoofdstuk
1.1 Wereldhandel
1.1.1 Spreiding
Azië heeft de snelste export groei
Export groei Afrika daalt.
Import stijgt globaal
Merchandise export/import is globaal gestegen.
Europese handelsevolutie is sterk gestegen.
1.1.2 Handelsbalans België.
10de plaats op merchandise export.
12de plaats op merchandise import
16de plaats op import
16de plaats op export
De handelsbalans van België is min of meer gelijk.
1.2 Statistiek buitenlandse handel
Meer dan 60% komt uit Vlaanderen.
Vlaanderen is verantwoordelijk voor de grootste uitvoer.
Waals gewest heeft nog geen ¼ van Vlaanderen maar dit is altijd al zo geweest.
1.3 Belgische handel 2012 derde kwartaal.
Uitvoer in 2011 gestegen met 11,4%.
Belangrijkste handelspartners van België: Duitsland, Fr, NL en VK.
Export daalde naar: Spanje, Griekenland en Portugal.
Export naar Estland, Luxemburg en Slovenië steeg.
Export naar Landen buiten de EU steeg.
Chemische producten worden het meest in en uit gevoerd.
1.4 Termen
EEG: Europese Economische Gemeenschap (sinds 1958)
EG: Europese Gemeenschap (1967)
EU: Europese Unie, 27 landen + Kroatië in 2013 (sinds 1993)
EMU: Economische en Monetaire unie (1991)
Europa: Werelddeel
Eurozone: Verzamelnaam van alle landen die de Euro als munt hebben.
1.5 Wereldhandel
+: Meer keuze, betere prijzen, jobs, groei
Opheffen handelsbarrières
Zodat de handel goedkoper wordt.
Handel is ook: gezondheid, milieu, sociale welvaart en ontwikkeling
,1.6 WTO
World Trade Organisation
Wil vrijhandel bekomen door:
Bevorderen van de Internationale handel
Opheffen handelsbarrières
Beslissen over tarieven, producten…
Het opleggen van neutrale regels
Controleert de naleving van de afspraken
184 leden (landen)
Niet elk land heeft een even goede onderhandelingspositie
1.7 Jamaica en Oeganda
Welk probleem wordt er in Jamaica aangehaald?
Koeien -> opbrengst melk, doel om het op plaatselijke markt aan te bieden maar er is concurrentie
door de internationale markt, invoer uit andere Europese landen van poedermelk. Binnen EU krijgen
boeren subsidies op elke liter melk, meer productie dan we kunnen gebruiken, en hierdoor w
melkpoeder door subsidies uitgevoerd naar ander landen. Jamaicaanse boeren geraken niet op tegen
goedkope melkpoeder en verkopen hierdoor niet waardoor daar armoede ontstaat.
Welke oplossing stelt de overheid voor?
Overheid wil bevolking steunen door belastingen, invoerrechten te heffen zodat de ingevoerde melk
of poeder even duur wordt als de Jamaicaanse. Maar door allerlei wetgeving mag dit niet. WTO zou
kunnen helpen.
Welk probleem wordt er in Oeganda aangehaald?
Oeganda wil handelspositie verbeteren, uitvoer naar westerse markt, lukt niet. Markten blijven
gesloten omdat ze kwaliteitseisen stellen waaraan ze niet kunnen voldoen. Hierdoor ontstaat
werkloosheid. Weinig begrip van grote handelspartners. Kleine landen worden benadeeld. Zijn vaak
afhankelijk van ontwikkelingshulp en moeten vaak toegeven op beslissingen om deze niet te verliezen.
1.8 Globalisering
Interactie tussen landen
Het toenemen van verwevenheid van economieën
1.8.1 TNC
Transnationaal Corporation
Ondernemingen die werken in meer dan één land
Meestal grote merken: Nike, Coca-cola, Nestle, Schweppes
1.8.2 Nadelen globalisering
Slavernij
Kinderarbeid
Sweatshops (Arbeiders werken veel uren voor weinig geld)
, 2. Hoofdstuk
2.1 Terminologie
Reder Eigenaar van één of meerdere schepen onder dezelfde naam.
Shortsea-rederij Het vervoer van goederen/passagiers over een traject dat
ten minste voor een deel uit zee/oceaan bestaat, maar
waarbij de oceaan niet wordt gekruist
TEU Twenty feet Equivalent Unit, aanduiding voor de afmetingen
van de containers, 1 ETU= 6,1 meter lang = container van 20 voet
lang, 8 voet breed en meestal 8,5 voet hoog.
Terminaloperator Dit is een bedrijf die de terminals in de haven uitbaat.
Multimodaal transport Transport waarbij meerdere vormen van transport
worden gebruikt. Grootste deel per spoor, zee of
binnenvaart, voor-en natransport gebeurt over de
weg.
2.2 Tussenpersonen
Expediteur
o Brengt de goederen van A naar B tegen de voordeligste prijs
o Advies geven over snelste en meeste ecologische wijze van vervoer
o Groepeert de zendingen
o Zorgt ervoor dat de goederen efficiënt gestapeld worden.
o Brengt formaliteiten in orde (vb vervoers- en douanedocumenten)
o Zorgen voor (eventuele) tijdelijke opslag
Goederenbehandelaar
o Zorgen voor de opslag van de goederen en staan in voor het laden en lossen ervan.
o Meten, wegen
o Kwaliteit controleren
o Bewaken
o Stouwen of stuwen = Goed stapelen
o Vb. terminal operators
Natie
o Oorsprong: 16e eeuw, Antwerpen
o Toen: verenigingen van personen die dezelfde beroepsactiviteit uitoefenden en
die door onderlinge samenwerking de gemeenschappelijke belangen van hun
leden behartigden
o Nu: Zelfde taken als goederenbehandelaars
o Vb.: Katoennatie, nu actief in 28 landen
Scheepsagent
o Zorgt voor de sleepboten, ligplaatsen, brandstof, scheepsproviand voor
binnenkomende schepen.
o Behartigen belangen van buitenlandse rederijen die geen eigen
vertegenwoordigingskantoren hebben in de havens die ze aandoen.
o Komt voor bij lijnvaart (geregelde vaart)
Scheepsmakelaar
o Tussenpersoon voor het bevrachten van schepen
o Betrokken bij de ‘wilde vaart’ waarbij schepen goederen vervoeren op aanvraag.
o Probeert lading te vinden of zoekt scheepsruimte
Luchtvaartagent