Basiskinesitherapie 1
H1: Inleiding tot het kinesitherapeutisch handelen
Het zorgverleningsproces
- Kinesitherapeut = is expert in bewegend functioneren en met name in het
bewegend dysfunctioneren
- Systematische aanpak -> zorgverleningsproces
- START: aanmelding / verwijzing door arts TOT eindevaluatie
Op verwijzing van arts of niet?
- In België: meestal op verwijzing v/d huisarts
- In Nederland: ‘directe toegangkelijkheid’
- Groot belang relevante onderliggende aandoeningen te detecteren en te
rapporteren
- Bij verwijzing kunnen volgende gegevens aangeleverd w:
o Gestelde medische diagnose
o Achtergrondinformatie over pat, zoals informatie over andere
aandoeningen (co-morbiditeit), voorgaande behandelingen en
onderzoeken
o Gevraagd oz/beh. door kiné
o Aantal en freq vn behandeling
- DOEL van screening is NIET het stellen v/e diagnose, wel onderliggende
aandoeningen aanwezig zijn die verder oz/beh. nodig hebben
A. Screeningsproces
- In geval van directe toegang
- Onderdelen
o Aanmelding -> geïnformeerd over procedure screening + basis- en
administratieve gegevens noteren
1
, o Hulpvraag -> gevraagd naar belangrijkste klachten in functioneren
en van ervaren beperking, polsen naar DS en verwachtingen v pat
o Pluis/ niet-pluis -> is klachtenpatroon herkenbaar, ev. van tekenen
ernstig onderliggende pathologie
o Informeren/ adviseren -> pat geïnformeerd over eerste bevindingen
en over volgende stappen, informatie goed gefundeerd
B. Diagnostisch proces
- Na screeningsproces
- Indien geen screeningsproces: verwijzing en aanmelding
- Onderdelen:
o Anamnese: gericht informatie gezocht over gezondheidsprobleem ->
verdere sturing, vereist inzicht in pathofysiologie – sympt herkend
en in verband gebracht – patroon in geformuleerde klachten te
herkennen - onderdelen
Hulpvraag = reden van komst?
Functioneringsproblemen = bevragen van bewegend
dysfunctioneren – correcte manier te benoemen en te
inventariseren
Beloop = evolutie v/d klacht of functioneringsprob doorheen
tijd – inschatting normaal/afwijkend – elke klacht heeft
natuurlijk beloop -> spontane evolutie in tijd – tragere
evolutie = afwijkend beloop;
Beïnvloedende fact = door interne of externe fact – wat is
provocerend of reducerend? - contextuele fact:
Wijze van omgang
Mening patiënt
Woonomgeving / -situatie en thuissit.
Gebruikte hulpmiddelen
Opleidingsniveau
Levenstijl
Biopsychosociale benadering
Pat. centraal
Multi-causaliteit
Samenwerkingsrelatie, therapeut - coach
o Onderzoek: klinisch oz = BO, TO; specifiek kinesitherapeutisch oz is
noodzakelijk omdat eenzelfde medische diagnose bij versch. pers.
aanleiding kan geven tot verschillende functionele stoornissen en
versch. behandelbare grootheden
BO: voorlopig inventariserend oz, aantal selectief gekozen
onderzoeksverrichtingen uitgevoerd, vb: inspectie, palpatie,
aantal functietests, meetinstrumenten, inschatting maken
functioneringsprobleem (aard en ernst)
TO: doel= voorlopige bevindingen uit BO
bevestigen/ontkennen
Spier(krach)tests: objectief weergegeven a.d.h.v.
Schaal van Lowett
Spierlengtetests: opsporen van verkortingen
Neurologische tests: PZS en CZS – op specifieke manier
getest
2
, Ligamentaire tests: integriteit en gevoeligheid van
ligament -> tractie/translatie
Goniometrisch oz: visueel waargenomen tekorten /
laxiteit in het /a/ en /p/ oz in objectieve waarden
omgezet; niet limitatief;
o Kinesitherapeutische analyse: verkregen informatie verzamelen en
interpreteren formuleren volgens classificatie, voor interpretatie
dient men gezondheidsprofiel op te stellen RPS (Rehabilitation
Problem Solving) formulier
Daarop volgend: indicatiestelling
Is klacht een indicatie voor kinesitherapie?
Ben ik de juiste
therapeut?
Therapeutisch proces
Behandelplan =
doelen vooropgesteld
(SMART geformuleerd)
en middelen (hoe?)
Behandeling = in
dossier – inhoud en
evolutie noteren
Evaluatie = metingen
voor en na beh. te
vergelijken; Zijn
bereikte DS bereikt?
o Indien ja: afronden
o Indien neen: waarom niet?
Afsluiting = niet behalen van DS – aanleiding geven tot
bijkomende beh.
H2: osteokinematische aspecten en terminologie
Anatomische positie
= 0° - stand
= nulstand; stand w gebruikt als uitgangshouding om richtingen, houdingen,
bewegingen en spierwerk te beschrijven
Aspecten v/h lichaam
- Anterior / ventraal = voorzijde
- Posterior / dorsaal = achterzijde
- Hand: palmaire / dorsale zijde
- Mediaal / lateraal = gerelateerd aan middenlijn
o Laterale zijde: buitenkant
o Mediale zijde: binnenkant
- Superior / craniaal / cephalic = bovenste gedeelte
- Inferior / caudaal = onderste gedeelte
- Proximaal / distaal = dichtbij / ver weg
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ranyvandendorpe. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.