AANVANKELIJK EN TECHNISCH LEZEN
Samenvatting H1, 2, 3, 4, 5, 6 en 9
, 1
H1 Onderwijs in lezen
1.1 Het belang van leren lezen
- Lezen = Functionele vaardigheid Functionele analfabeten niet goed genoeg lezen.
- Onderscheid: Lezen functionele / ondersteunende taalactiviteit
Functioneel: Leesvaardigheid toepassen.
Ondersteunende: Met als doel de leesvaardigheid vergroten.
1.2 Vormen van lezen
- Technisch lezen = Geschreven taal omzetten in gesproken Decoderen van klanken.
- Herkennen van clusters, versnellen + automatiseren van woorden
- Geoefend door kinderen hardop tekst lezen (direct controleren)
- Kleuters: lettermuur/ letter van de week.
- Begrijpend + structurerend lezen = Het achterhalen van de betekenis.
- Vlot decoderen = voorwaarde voor het begrijpen van een tekst
Veel kennis + actief lezen makkelijker begrijpen.
- Begrijpen Deelvaardigheden:
* Woord(groepen) bepalen
* Relaties in de tekst leggen
* Relaties buiten de tekst
* Structuur tekst herkennen
* Tekstsoort herkennen
* Thema van de tekst bepalen
* Doel van de tekst vaststellen
* Beoordelen van de tekst
- Studerend lezen = Vastleggen van de tekst in schema/ samenvatting = toepassing begrijpend lezen
studietechnieken (bv. markeren).
- Belevend lezen = Emotionele betrokkenheid lezer centraal bij teksten.
- Leesbevordering (inleven + meenemen in gebeurtenissen)
- Bevorderen door: drama expressie/ creatief schrijven verwerking.
- Onderscheiden verschillende vormen specifieke doelen + je instructie afstemmen.
- Expressief lezen/ voordracht lezen = Als de nadruk ligt op natuurlijke manier van lezen van de tekst.
- Goede uitspraak, zinsmelodie, juiste afwisseling leestempo.
- Herkennen van de woorden moet geautomatiseerd zijn.
- Vloeiend lezen = Vaardigheid snel + accuraat met begrip + expressie te kunnen lezen dus: tegelijkertijd
decoderen + begrijpen (fluency).
- Niet automatiseren maar: expressief voorlezen op basis van het begrijpen van de tekst.
1.3 Fasen in het leesonderwijs
- Voorbereidend lezen (1,2 / beginnende geletterdheid) = Kinderen lezen niet zelf maar wel bezig met lezen,
voorbereiding op alle vormen van lezen (voorlezen, letters, poster)
- Beginnende geletterdheid = Spontane belangstelling voor geschreven taal.
- Aanvankelijk lezen (3) = Eigen maken van de leestechniek (letters-methode)
- Voortgezet lezen = Als kinderen alle letters kennen: technisch + begrijpend + belevend.
- Voortgezet technisch lezen = Vergroten leestempo, automatiseren van de leesstrategieën + realiseren van een
goede voordracht
- Meeste aandacht bij het begrijpend lezen.
, 2
1.4 Fasen in geletterdheid
= Belangstelling geschreven woord + inzichten in functies Mondelinge + schriftelijke taalontwikkeling verwerven.
1. Ontluikende geletterdheid (0-4)
- Leren omgaan met geschreven taal + mondelinge taalontwikkeling.
- Orde invloed opvoeders verschillen geletterdheid.
- Ontwikkeling geletterdheid eerste jaren niet los zien van de mondelinge taalontwikkeling.
2. Beginnende geletterdheid (1-3)
- Ervaringen opdoen met boeken + Letters.
- Deze fase omvat ook het aanvankelijk lezen.
3. Gevorderde geletterdheid (3+)
- Omvat: Voorgezet lezen, stellen en schrijven.
- Kinderen steeds sneller woorden herkennen + aandacht richten op de betekenis + bedoeling van een tekst.
- Verschillende soorten teksten + strategieën.
1.5 Werkvormen en groepsvorming bij leesonderwijs
Werkvormen:
- Stillezen = Voorbereiding op hardop lezen van een tekst, leesproblemen tekst herkennen (steun hardop
verklanken nodig dus hardop lezen.)
- Hardop lezen = Nadruk voordracht, meer stillezen groter belang deze vaardigheid wel nodig om inzicht te
krijgen in vaardigheid in technisch lezen.
Groepswerkvormen:
ndividueel, tweetallen, kleine groepen: vrij lezen, duo lezen, groepjes lezen, niveaulezen Leeskring (individu) +
forum lezen (groep).
1.6 Visies op leesonderwijs
- Verschillende opvattingen over hoe onderwijs in technisch lezen (methode)
1. Ondersteunend/ Functioneel.
2. Methodisch/ niet-methodisch.
3. Geïsoleerd/ geïntegreerd.
4. Sturend/ Kind volgend.
1. Ondersteunend/ Functioneel
- Aanvankelijk ondersteunend: veel aandacht aanleren letters, oefeningen, analyseren van woorden, leestechniek
(minder met functie)
- Technisch ondersteunend: Leesstrategieën + automatiseren.
- Functionele taalactiviteit: Doel: Functionele toepassing technisch voorlezen van een tekst + duidelijke functie +
betekenisvol Nadruk: werkvormen + aantrekkelijke teksten.
2. Methodisch/ niet-methodisch
- Verschil methodes aanvankelijk lezen: Letters aanbieden die nog niet eerder behandeld zijn? Basiswoord (alle
letters?)
- Niet-methodisch leesonderwijs: Aansluiten op natuurlijke leesonderwijs Beginnen als kind eraan toe is.
- Functioneel leren lezen Dit aspect voorop.
- Mening: lezen methodisch aangeleerd (achterstand)
3. Geïsoleerd/ Geïntegreerd
- Geïsoleerd = Decoderen belangrijk aanleren leestechniek.
- Geïntegreerd = Verschillende aspecten tegelijk (spellen, begrijpen etc./ In praktijk: veel aandacht letters
geïntegreerde methode eenzijdig gebruiken.
- Technisch lezen geïsoleerd. Methoden nadruk: leestechnieken, bijna geen relatie andere leesvaardigheden.
- Technisch lezen integreren door: teksten zaakvakken of spellingscategorieën.