lOMoAR cPSD| 10137069
Hoofdstuk 1: Prokaryoten
Hoofdstuk 2: diversiteit: protisten, wieren, planten en schimmels (Eukaryoten)
Hoofdstuk 3: structuur, groei en ontwikkeling van planten (Unit 6, H35)
0.Inleiding
- Hiërarchie organen, weefsels en cellen
- Meristemen
- Primaire groei
- Secundaire groei
- Groei, morfogenese en differentiatie
1. Intro: Plasticiteit
Niveau: INDIVIDU = PLASTICITEIT
= de mogelijkheid van een organisme om zichzelf te moduleren als reactie op lokale
omgevingsomstandigheden.
- Plasticiteit gevolg van het sedentair leven van planten (=vastgesetteld, knn niet bewegen)
- Laat acclimatisatie toe
• Aanpassen vd plant aan omstandigheden die heersen (individu)
• Bv winter en zomervacht
- voorbeeld: bladvorm onder water: geveerde bladvorm= minimale
weerstand in stromend water boven water: eirond = drijven om bloeiwijze Genetisch identiek!
droog te houden
Niveau: POPULATIE/species = NATUURLIJKE SELECTIE
- onder de vorm van adaptaties
• adaptatie vd soort om te knn acclimatiseren.
- doel: overleven en reproductief succes in extreme omstandigheden
- gevolg: ontstaan van morfologische karakteristieken
2. Hiërarchie organen, weefsels en cellen (Fig. pg. 817)
ORGANEN
orgaan = groep van verschillende weefsels met een specifieke functie
De wortel
Functie: - opname water en mineralen
- vasthechting
- opslag voedingselementen
, lOMoAR cPSD| 10137069
Type:
- hoofdwortel/penwortel
- adventiefwortels
- zijwortels: meercellig, vertakking vd wortel
- wortelharen: ééncellig, uitstulping van een epidermiscel
Soorten:
- dicotylen (= tweezaadlobbig): hoofdwortel/penwortel + zijwortels
- monocotylen (= éénzaadlobbig):
• adventiefwortels = ontstaan uit stengel
• rhizomen = horizontale wortels
aangepaste wortels:
- doel: voortplanten
- voorbeelden: verhoging vasthechting, verhoging absorptieoppervlak, opslag
(nutriënten,water, zuurstof)
- Bv: sommige planten hebben een hele dunne voedingslaag en die bezitten dan proportels die voor
extra ondersteuning zorgen.
- Pneumatophores= luchtwortels
De stengel Structuur:
- noden (2): het punt waarop bladeren zich hechten
- internoden (4) - groeipunten:
• terminale/apicale knoppen (1) ( hier gebeurt de primaire groei)
• zijknoppen/ axillaire knoppen (5)
- apicale dominantie! (zie verder)
• apicale knop is dominant op de zijknop
Functie: transport zuurstof en water (zie verder)
aangepaste stengels: - doel:
voortplanting - voorbeelden:
• gemodificeerde stengels = rhizomen wortelknollen, stolonen: uitlopers (denk aan aardbeien)
• Gemodificeerde scheut/bladeren = bollen
Het blad
Functie: fotosynthese
Structuur: 2 vormen:
2
, lOMoAR cPSD| 10137069
dicotylen monocotylen
- Bladschijf - Bladschijf
• Bladmoes • Bladmoes
• Nerven • Nerven (parallel)
- Bladsteel/petiool - Geen periool
Blad zit rond de stengel
Opbouw dicotyl blad
Enkelvoudig blad
Samengesteld blad
Dubbel samengesteld blad
Aangepaste/ gemodificeerde organen
Gemodificeerde stengels= ranken (voor ondersteuning en vasthechting)
gemodificeerde bladeren: ranken, doornen, bracteeën (=schutblad), vlezige bladeren
WEEFSELS = groep van cellen met een identieke functie
Dermaal weefsel
Functie: bescherming
Soorten:
- epidermis
- peridermis: bij houtige planten, oudere regio’s van wortels en stengels
Vasculair weefsel = geleidingsweefsel
Functie: - transport van stoffen doorheen de plant
mechanisch transport
Soorten:
- Xyleem: transport van water en opgeloste mineralen van de wortel (beneden) naar de
stengel/bladeren (boven)
, lOMoAR cPSD| 10137069
- Floëem: transport van suikers en producten v/d fotosynthese van plaats van productie (vaak bladeren)
naar de plaats waar ze nodig zijn (vaak wortelen groeipunten zoals ontwikkelende bladeren of
vruchten)
Grondweefsel
Functie: ondersteuning
Soorten:
- Merg: grondweefsel dat zich in het vasculair weefsel bevindt
- cortex: grondweefsel dat zich buiten het vasculair weefsel bevindt
CELLEN
Soorten: (VERBAND STRUCTUUR EN FUNCTIE!)
GRONDWEEFSEL
Parenchymcellen (“stamcellen”)
- Functie: regelen metabolische functies productie en opslag van
organische producten
- Structuur: geen secundaire celwand, dunne primaire celwand= heel flexibel (diff.)
• kunnen differentiëren tot andere soorten cellen
• mogelijk om plant te groeien met 1 Parenchymcel
Collenchymcellen
- Functie: helpt jonge delen van de plant met groeien
- Structuur: geen secundaire celwand, enkel “dikke” primaire celwand= flexibel
- Levend weefsel
Sclerenchymcellen
- Functie: steun geven
- Structuur: bevat veel lignine= productie secundaire celwand
- is dood weefsel
geleidingsweefsel
- xyleem
• functie: transport van water en opgeloste mineralen
• opwaarts transport
• Primair en secundair
- Floeëm
• Functie: transport van assimilaten vd fotosynthese
• Neerwaarts transport
4