uitgebreide samenvatting van drugsfenomenen, met de partims van alle proffen inbegrepen, net zoals alle gastcolleges. De samenvatting bestaat uit lesnotities en pwp's.
DRUGSFENOMENEN
HET BELGISCH DRUGSBELEID – EEN INTRODUCTIE
HET DRUGSFENOMEEN
MULTIDEMENSIONAAL
Het drugsfenomein heeft impact op 4 verschillende dimensies:
(1) Gezondheid: druggebruik heeft zowel een impact op het individu als op de samenleving (bv. gebruikte
naalden kan gevaar veroorzaken voor HIV → gevaar voor een epidemie → gevaar volksgezondheid).
(2) Economische dimensie gedreven door economische wetmatigheden: de drugsmarkt is …
- Legale economie (farma-industrie, alcohol- en tabak industrie
- Illegale economie (narco-economieën)
- Verwevenheid: zwart geld wordt witgewassen wanneer het bij ons op de markt komt (bv. een illegale
cannabisplantage die gebruik maakt van elektriciteit van het legale net → illegale handel heeft impact
op legale samenleving).
(3) Sociale dimensie en sociale consequenties:
- Sociaal functioneren van individu (bv. cocaine dat prestatiebevorderend wordt gebruikt)
- Sociale impact
(4) Veiligheidsdimensie
- Druggerelateerde criminaliteit (link drug-crime: link tussen druggebruik/handel &
criminaliteit/geweld)
o Overtredingen drugswetgeving (bv. je mag geen drugs bezitten)
o Systemische criminaliteit (bv. druggeweld)
o Verwervingscriminaliteit (bv. mensen die feiten plegen om in hun gebruik wordt voorzien)
o Psychofarmacologische criminaliteit (bv. feiten plegen onder invloed)
- Zowel voor aanbodszijde, als voor vraagzijde
- Illegale drugseconomie heeft linken met
o Georganiseerde criminaliteit, terrorisme, militaire conflicten,…
- Middelengebruik in het verkeer, druggerelateerde overlast
→ interactie tussen verschillende dimensies: druggerelateerde overlast, niet alleen aanpakken via politie maar
ook het sociaal beleid is belangrijk en het inzetten van jeugdwerkers.
,MULTI-LEVEL
= zowel voor aanbodszijde als voor vraagzijde
(1) Internationaal (globalisering): bv. productie illegale middelen zoals cocaïne, heroïne, hasj
(aanbodzijde); Drugstoerisme (vraagzijde), een voorbeeld hiervan is naar de Nederlandse coffeeshops
gaan om drugs te gebruiken of in te slaan.
(2) Nationaal
(3) Regionaal (bv. tussenhandel)
(4) Lokaal (bv. detailhandel = straatdealen)
→ het drugsfenomeen is complex en veelzijdig
INTEGRAAL EN GEÏNTEGREERD DRUGSBELEID
Geïntegreerd
Intergaal
HET INTERNATIONAAL KARAKTER
INTERNATIONALE VERDRAGEN
- Eerste VN-verdragen (voorlopers)
o Verdrag van Den Haag van 1912
o Verdragen van Genève 1925, 1931 en 1936
- Wereldwijde samenwerking tussen landen geconcretiseerd in drie (meer recente) VN-verdragen:
o Het enkelvoudig verdrag van 30 maart 1961 inzake verdovende middelen en zijn protocol
van 25 maart 1972
▪ Vierdelig lijst verdovende middelen (geen alcohol)
▪ Art. 4: wetgevende en administratieve initiatieven om verdovende middelen te
beperken tot wetenschappelijk en medisch gebruik.
▪ Art. 36: inbreuken in hun wetgeving als strafbaar feit omschrijven
▪ ° INCB
, o Het verdrag van Wenen van 21 februari 1971 inzake psychotrope stoffen
▪ Psychotrope substanties (hallucinogenen, amfetamines, barbituraten,
tranquillizers) → kalmeringsmiddelen & slaapmiddelen.
o Het VN-verdrag van 20 december 1988 tegen de sluikhandel in verdovende middelen en
psychotrope stoffen. Ook het bezit voor persoonlijk gebruik wordt voor de eerste keer
strafbaar.
In de eerste drie verdragen zien we dat er weinig aandacht is voor de vraagzijde, men werkt eerder repressief.
In 1998 maakt de ‘balanced approach’ zijn intrede: ook aandacht voor preventie, hulpverlening en meer
evenwicht in het beleid.
DE EUROPESE UNIE
- De overeenkomst van 19 juni 1990 ter uitvoering van het Schengenakkoord van 14 juni 1985 inzake
de geleidelijke afschaffing van controles aan de gemeenschappelijke grenzen.
o Art. 71: bestuurlijk en strafrechtelijk tegengaan van illegale uitvoer, verkoop, verstrekking en
afleveren van verdovende middelen
o Art. 76: Goed nabuurschap = bij lidstaten die verschillende types van beleid hebben, is het
belangrijk dat de lidstaat met het softer beleid er voor zorgt dat dit beleid voor geen overlast
zorgt in andere lidstaten.
▪ Vb. Frankrijk, België Nederland (drugstoerisme)
- Verdrag van Europese Unie van Maastricht (1992)
- Verdrag van Amsterdam (1997): vraagzijde aanpakken
- Opzet Early Warning System (1997): wanneer een gevaarlijke substantie wordt gevonden gaan er
alerts uitgestuurd worden naar andere landen.
- EU-actieplannen (sinds 1996): beleidsplannen op EU-niveau
EU Drugs strategie 2020-2025 (EU Actieplan 2020-2025):
(1) Terugdringen vraagzijde: prevention, hulpverlening en zorg
(2) Terugdringen aanbodzijde: versterk de veiligheid
(3) Aandacht voor druggerelateerde schade: ook schade wanneer je voor drugsgerelateerde feiten in de
gevangenis beland.
(4) Coördinatie
(5) Internationale samenwerking
(6) Informatie, onderzoek, monitoring en evaluatie → beleid op maat
HISTORIEK VAN HET BELGISCH DRUGSBELEID
DRUGSWET VAN 1921
1921: drugs zijn geen groot issue
De basiswet van 24 februari 1921, sterk gewijzigd door de wet van 9 juli 1975
, - Context:
o Opiumverdrag De Haag geratificeerd in 1914
o Drugsprobleem in België vrij minieme impact, gebruik min of meer beperkt tot geïsoleerde
gevallen in medische en paramedische kringen en veldapotheken
o Minister van Justitie E. Vandevelde: Alcoholwetten. (= alleen alcohol kopen voor zeer dure
prijzen).
o Positivisme ~ Louis Vervaeck: ‘er is nog geen probleem, maar dat kan er wel nog komen’)
- Kaderwet:
o De ‘Regering’ (sinds 3 mei 2003 de ‘Koning’) is gemachtigd om de voorwaarden te bepalen
waaronder bedoelde stoffen moeten worden verhandeld en hoe daarop toezicht wordt
gehouden
=> strafbepalingen verdeeld tussen wet en koninklijk besluit
o Reglementeert twee verschillende materies in dezelfde wet:
▪ Slaap- en verdovende middelen
▪ Gifstoffen, ontsmettingsstoffen en antiseptica
o Wordt aangevuld in:
▪ 1975: ‘psychotrope stoffen’
▪ 2003: ‘stoffen die kunnen gebruikt worden voor de illegale vervaardiging van
verdovende middelen en psychotrope stoffen’
o Inschrijven in het internationaal drugsbeleid
ONTWIKKELINGEN 1921-1975
Wet van 9 juli 1975 (grondige aanpassing van wet 1921)
- Context
o Conservatieve tegenbeweging t.a.v. de golden sixties
o Groeiende internationale ongerustheid om drugshandel
▪ Enkelvoudige Verdrag van New York
▪ Conventie van Wenen
o Groter aanbod dan louter klassieke drugs
- Wet:
o Geen onderscheid tussen cannabis en cocaïne en opiaten
o Invoer enkele nieuwe bestraffingen en verzwarende omstandigheden
o Invoer van een verklikkingsclausule (= verschoningsgrond)
- Werd in 2003 en 2014 opnieuw aangepast
JAREN ’90: EEN EFFECTIEF DRUGSBELEID
In de jaren ‘80 was het drugsproblematiek geen politiek thema
Begin jaren ‘90: prioritair op de politieke agenda → bouwstenen drugsbeleid sensu lato
- Eerste helft jaren ‘90: verschillende beleidsinitiatieven zonder betrokkenheid voltallige regering of
afstemming.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper vanwijmeerschnaomi. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,99. Je zit daarna nergens aan vast.