Onderzoek dat ik heb gedaan naar: Wat de verpleegkundigen nodig hebben om laaggeletterdheid te signaleren bij patiënten binnen de afdeling?
Het volledige onderzoek incl. bijlagen en literatuurlijst.
Begeleiders Esther Kruitwagen-
Peters &
Margot de Vries
Opdrachtgever Vera Davidson
Descelles
vdavidsondescelles@r
ijnstate.nl
088-005 6290
Examinator Mirjam Pijnenburg
(Rijksoverheid, 2019)
Aantal woorden 3253
Samenvatting 299
Docentbegeleider Nanette Haze
,SAMENVATTING
TITEL
Beïnvloedende factoren om laaggeletterdheid te signaleren.
INLEIDING
Van de Nederlandse bevolking is 18% laaggeletterd. Laaggeletterden kunnen beperkt lezen
en schrijven, hierbij bezitten zij het minimale niveau om mee te kunnen doen in de
samenleving. Doordat schaamte en taboe een rol spelen is het voor twee derde van de
Nederlanders moeilijk om een laaggeletterde te herkennen. De aanpak van laaggeletterdheid
krijgt nog te weinig aandacht. Hierdoor wordt met name het herkennen en bespreken hiervan
onvoldoende gedaan door de Nederlanders.
DOEL/ONDERZOEKSVRAAG
Met het onderzoek is inzichtelijk gemaakt wat verpleegkundigen nodig hebben om
laaggeletterdheid te signaleren bij patiënten die opgenomen zijn binnen het Rijnstate
Ziekenhuis op de afdeling Interne Geneeskunde. Hierbij wordt de volgende onderzoeksvraag
gesteld: “Welke factoren zijn van invloed op de verpleegkundigen van de afdeling Interne
Geneeskunde om bij patiënten laaggeletterdheid te kunnen signaleren?”
METHODE
Gekozen is voor een kwalitatief onderzoek waarbij data is verkregen door
semigestructureerde interviews.
RESULTAAT
Uit de resultaten blijkt met name dat kennistekort en bewustwording de meest beïnvloedende
factoren zijn. Hieruit is er behoefte aan scholing over laaggeletterdheid in het algemeen en
de signalen om laaggeletterdheid te herkennen. Daarnaast willen verpleegkundigen graag
weten welke interventies er ingezet kunnen worden op beter te kunnen omgaan met
laaggeletterden. Bovendien zorgt werkdruk binnen de afdeling ervoor dat er minder tijd en
aandacht wordt besteed aan een juiste benadering van laaggeletterden.
CONCLUSIE
De conclusie is dat kennistekort, (verminderde) bewustwording en handelingsverlegenheid
de voornaamste reden zijn waardoor door de verpleegkundigen van de afdeling Interne
Geneeskunde/Nefrologie laaggeletterdheid niet signaleren.
AANBEVELINGEN
Het advies is om een klinische les te geven om zo in te spelen op het kennistekort en
(verminderde) bewustwording. Verder wordt er door de onderzoeker gekeken naar
interventies die specifiek voor de afdeling ingezet kunnen worden die aansluiten bij de
campagne van het Rijnstate Ziekenhuis. Daarnaast wordt een vervolgonderzoek
geadviseerd.
,INLEIDING
In Nederland hebben 2,5 miljoen mensen van 16 jaar en ouder moeite met lezen, schrijven
en/of rekenen. Dat is 18% van de Nederlandse bevolking (Stichting Lezen en Schrijven,
z.d.). Het is niet voor iedereen vanzelfsprekend om mee te kunnen doen in de samenleving.
De Rijksoverheid (2019) geeft aan: “om mee te kunnen doen in deze samenleving, zijn deze
vaardigheden wél nodig”. Laaggeletterdheid staat voor moeite hebben met lezen, schrijven
en/of rekenen. Er is een groot verschil tussen laaggeletterdheid en analfabetisme.
Analfabetisme betekend dat iemand helemaal niet kan lezen en schrijven. Bij
laaggeletterdheid kan dat wel, maar beperkt (Stichting Lezen en Schrijven, 2022). Hierdoor
beheersen zij niet het minimale niveau om mee te kunnen doen in de samenleving (Stichting
Lezen en Schrijven, 2018). Twee derde van de Nederlanders geeft aan zelf geen
laaggeletterde te kennen. Dat blijkt uit een enquête van Stichting Lezen en Schrijven (2021).
Schaamte en taboe spelen mogelijk een grote rol. Laaggeletterden houden het vaak
jarenlang geheim, ook voor familie, vrienden en collega’s. Laaggeletterdheid raakt meerdere
levensdomeinen zoals werk, geld, gezondheid en gezin. Als je niet goed kunt lezen en
schrijven ben je in veel opzichten minder zelfredzaam (Stichting Lezen en Schrijven, 2018).
Het is niet voor iedereen vanzelfsprekend om informatie over hun gezondheid te vinden,
begrijpen, beoordelen en gebruiken. Doordat laaggeletterden hier moeite mee hebben,
spreekt men van beperkte gezondheidsvaardigheden (Pharos, 2022). Mensen die
laaggeletterdheid zijn voelen zich vaak minder gezond dan niet-laaggeletterden (Stichting
Lezen en Schrijven, 2018).
Uit onderzoek van Martens & Hesseling (2014) blijkt dat de aanpak van laaggeletterdheid
nog te weinig aandacht krijgt. Dit onderzoek toont aan dat zorgverleners kennis bezitten over
laaggeletterdheid, maar herkenning en het bespreken hiervan wordt niet voldoende gedaan.
In de beroepscode van Verpleegkundigen en Verzorgenden staat bij punt 2.9 beschreven dat
de verpleegkundige/verzorgende zorg draagt dat de zorgvrager (en/of zijn
vertegenwoordiger) de informatie krijgt, die hij/zij nodig heeft. Dit doet een
verpleegkundige/verzorgende door de zorgvrager in voor hem begrijpelijke taal te informeren
over de zorgverlening en de (be)handelingen die worden uitgevoerd, tenzij de zorgvrager
geen informatie wil krijgen en wordt er nagegaan of de zorgvrager de informatie gekregen en
begrepen heeft (V&VN, 2015).
De onderzoeker heeft informatie verzameld binnen de afdeling Interne Geneeskunde van het
Rijnstate Ziekenhuis bij verpleegkundigen over het signaleren en omgaan met
laaggeletterdheid. De verpleegkundigen geven aan zich niet te herinneren voor iemand
gezorgd te hebben die laaggeletterd is. Wanneer de onderzoeker met hen de bovenstaande
cijfers bespreekt, wordt er geschokt gereageerd. Dit uit zich bij de verpleegkundigen door
verdieping te vragen en gelijk naar een oplossing te willen zoeken, door handvaten te willen
ontvangen. Vanuit de praktijk kan mogelijk worden geconcludeerd dat laaggeletterdheid niet
word gesignaleerd, met als gevolg dat de patiënt geen passende zorg krijgt.
Door bovenstaande is de volgende probleemstelling tot stand gekomen, “Verpleegkundigen
binnen de Interne Geneeskunde van het Rijnstate ziekenhuis kunnen patiënten met
laaggeletterdheid onvoldoende signaleren en ondersteunen bij hun beperkte
gezondheidsvaardigheden”.
DOELSTELLING:
Met het onderzoek is inzichtelijk gemaakt wat verpleegkundigen nodig hebben om
laaggeletterdheid te signaleren bij patiënten die opgenomen zijn binnen het Rijnstate
Ziekenhuis op de afdeling Interne Geneeskunde.
ONDERZOEKSVRAAG:
Welke factoren zijn van invloed op de verpleegkundigen van de afdeling Interne
Geneeskunde om bij patiënten laaggeletterdheid te kunnen signaleren?
Arleen Pruis, 591251
Zorginnovatie in de praktijk
, METHODE
DESIGN
Dit praktijkonderzoek is een kwalitatief onderzoek. Hierbij wordt ingegaan op de beleving,
ervaringen of verwachtingen van de participanten. Hierdoor past dit onderzoeksdesign het
best bij onderzoeksvraag, omdat er hiermee opzoek gegaan wordt naar attitudes en
achterliggende oorzaken. Eén van de manieren van gegevensverzameling in een kwalitatief
onderzoek is interviews houden (Bakker & van Buuren, 2014). Het praktijkonderzoek heeft
een beschrijvende vorm doordat er wordt gekeken naar hoe huidige processen op de
werkvloer verlopen. Het doel van deze onderzoeksfunctie is het ‘in kaart brengen van…’, dit
sluit aan bij de doelstelling van dit praktijkonderzoek (Van der Donk & Van Lanen, 2011, p.
35-36).
PARTICIPANTEN EN SELECTIEPROCEDURE
De feitelijke onderzoekspopulatie betreft 23 verpleegkundigen, één verzorgende-IG en vier
helpende die werkzaam zijn op de afdeling Interne Geneeskunde binnen het Rijnstate
Ziekenhuis. De werkervaring ligt tussen één jaar tot meer dan 20 jaar met de leeftijd van 22
tot 63 jaar oud.
Er is gekozen voor de gelegenheidssteekproef, hierbij worden de participanten die toevallig
aanwezig zijn bevraagd(Bakker & van Buuren, 2014, p. 81). De reden hiervoor is dat de
populatie werkt met een onregelmatig rooster. Daarbij zal deze steekproef de
geloofwaardigheid vergroten. Personen in de ziektewet of met zwangerschapsverlof zijn
worden als enige geëxcludeerd van de feitelijke onderzoekspopulatie. Met de
gelegenheidssteekproef kan er een weerspiegeling van karakteristieken komen van de
feitelijke populatie.
De participanten zijn geïnformeerd middels een informatiebrief over deelname aan het
praktijkonderzoek. Doordat er kenbaar is gemaakt aan hun dat deelname bijdraagt aan de
uitkomsten van het onderzoek, zijn de participanten gemotiveerd om deel te nemen aan het
onderzoek. Hierdoor hebben zij een bijdrage aan het verbeteren van kwaliteit van zorg.
Uit de gelegenheidssteekproef zijn er negen participanten overgebleven die de uiteindelijke
onderzoekspopulatie vormen. De participanten zijn mondeling of schriftelijk benaderd om
deel te nemen aan het onderzoek. Er is met de participanten samen gekeken naar een tijd
en datum waardoor de kans op aanwezigheid vergroot wordt.
DATAVERZAMELING
De data is verzameld door middel van semigestructureerde interviews. Hiermee liggen de
onderwerpen van te voren vast, echter zijn er geen gestructureerde antwoordcategorieën
(Bakker & van Buuren, p.92, 2014). Een semigestructureerd interview geeft voldoende
ruimte voor de participanten om eigen antwoordmogelijkheden te hebben. Daarnaast leveren
openvragen ruimte tot een gesprek zodat doorgevraagd kan worden (Verhoef et al., 2019).
Ter ondersteuning aan de interviews is er een topiclijst waarmee er tijdens het interview kan
worden nagegaan of alle onderwerpen zijn besproken. De topiclijst is samengesteld vanuit
de inleiding en probleemstelling. Er is gekeken naar welke informatie nodig is om antwoord
te krijgen op de onderzoeksvraag (Merkus, 2021). De volgende topics zijn aan bod gekomen:
kennis, tijd, bewustwording en organisatie. De topics zijn omgezet naar thema’s. Door
gebruik te maken van expert validiteit m.b.v. docentbegeleider, werkbegeleiders en peer-
groepen bij het opstellen van de interviewvragen, is de geloofwaardigheid verhoogd (Verhoef
et al., 2019). Hiermee worden de interpretaties van de onderzoeker gecontroleerd.
Tegelijkertijd is hierdoor gebruik gemaakt van onderzoekstriangulatie (Van der Donk & van
Lanen, 2021).
Arleen Pruis, 591251
Zorginnovatie in de praktijk
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper AAPP. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €10,49. Je zit daarna nergens aan vast.