Julie Destobere
[ONTWIKKELINGSPSYCHOLOGIE]
H1: Geschiedenis, Theorie & Onderzoeksstrategieën
Hoe ontwikkelingspsychologische theorieën met elkaar vergelijken?
Belangrijkste klassieke & meer hedendaagse ontwikkelingstheorieën?
Welke methodes gehanteerd om ontwikkelingspsychologische processen te
bestuderen?
1: Defi niëring ontwikkelingspsychologie
= wetenschap die stabiliteit & verandering v/ gedrag wil begrijpen over de levensloop
- ≠ domeinen: fysiek, perceptueel, cognitief, emotioneel, sociaal
- interesse voor beïnvloedende factoren voor ontwikkeling
toegepast (belang praktijk) + interdisciplinair (gecombineerde inspanningen uit vele
wetensch.)
growth mindset = verbeteren is mogelijk, inspanning doen, durven experimenteren,
geen faalangst
fixed mindset = capaciteiten zijn bepaald bij geboorte, niets aan te doen
mensen met growth mindset betere prestaties, flexibeler, kunnen tegen stootje
”elke vaardigheid ih. leven kan je trainen als je moeite
doet”
impliciete theorieën over persoonlijkheid & intelligentie
interventies om v/ mindset te veranderen (info over veranderbaarheid v/h brein &
groepsdiscussies)
brein verandert werkelijk (neuroplasticiteit)
theorie = geordend, samenhangend geheel v/ uitspraken dat gedrag beschrijft, verklaart
& voorspelt
complexe realiteit & menselijke levensloop beter begrijpen*, onderlinge samenhang
beter zien
basis voor praktijk
behoefte aan wetenschappelijke bevestiging (belang v/ replicatie)
*begrijpen = richting & betekenis geven aan wat we zien
bv. hechting:
- ontwikkeling v/ hechtingsrelatie in 1e jaar (beschrijven)
- waarom ontwikkelt band zich? (verklaren)
- gevolg voor latere hechtingsrelaties? (voorspellen)
“theorie is beperkend & normatief” = verkeerde mindset!
2: Structurele kenmerken v/d ontwikkelingspsychologie
» 2.1 Conti nue disconti nue ontwikkeling
continue verandering = kwantitatief, uitbreiden v/ bestaande vaardigheden (bv. lengte,
taalkennis, …)
discontinue verandering = kwalitatief, nieuwe manier v/ reageren in specifieke
periodes,
nieuw inzicht, andere wending, crisis (bv. ziekte, overlijden
geliefde, …)
discontinue verandering kan voor continue verandering zorgen
(bv. door ziekte neemt fysiek geleidelijk af)
, Julie Destobere
[ONTWIKKELINGSPSYCHOLOGIE]
soms schijnbare discontinue ontwikkeling, maar eigenlijk continu (metafoor
wolkenformatie)
(bv. eerste stappen kindje)
» 2.2 Eén verloop meerdere verlopen
vroeger: aanhangers stadiatheorieën (bv. Piaget, Kohlberg)
- zelfde sequentie v/ ontwikkeling (we kunnen leeftijd plakken op bep. ontwikkelingen)
- universeel + unidimensioneel (enkel vooruitgang, voorwaarts bewegen)
nu: meerdere ontwikkelingsvormen door unieke combinaties v/ persoonlijke kenmerken
&
omgevingskenmerken (≠ levenslopen tss
mensen)
- ook stagneren/achteruitgang (door druk in omgeving, op
fysiek/psych vlak)
» 2.3 Erfelijkheid milieu
erfelijkheid (nature): aangeboren biologische
eigenschappen
- ontwikkeling is endogeen = v/ binnenuit
gestuurd
- stabiliteit & belang erfelijkheid
- omgeving belangrijk bij vroege ervaring
- kracht v/ biologie & genetica
milieu (nurture): fysieke & sociale invloeden uit
context
- ontwikkeling is exogeen = v/ buitenuit
gestuurd
- plasticiteit/veranderbaarheid
- omgeving ganse leven door belangrijk
tegenwoordig achterhaalde discussie want
erfelijkheid
& omgeving spelen op complexe manier op
elkaar in
onderzoek – interactie mishandeling &
5HTT-gen
in voorspelling v/ depressie
kans op depressie hoogst wnr mishandeling
(nurture) & 5HTT-gen (nature) samen
optreden
, Julie Destobere
[ONTWIKKELINGSPSYCHOLOGIE]
onderzoek – 2 groepen adoptiekinderen (met
& zonder genetisch risico op antisociaal gedrag)
autoritaire, kritische opvoeding (nurture)
verhoogt antisociaal gedrag (nature)
» 2.4 Een gebalanceerd levensperspecti ef: levensloopperspecti ef
extreem kiezen balans = levensloopperspectief
focus op senioren: niet alles is stabiel na adolescentie, dynamische generatie,
levenslange ontwikkeling
(bv. reizen, eeuwig leren, trends volgen,
…)
- belangrijke vertegenwoordiger v/
dynamische systeembenadering
- gegroeid uit onderzoek naar
volwassenen & ouderen
- ontwikkeling: (1) levenslang
(2) multidimensioneel
& veelvormig
(3) plastisch
(4) ingebed in ≠
contexten
levenslang
Freud, Piaget, Kohlberg: geen ontwikkelingsfasen na adolescentie
volwassenheid = (levenslange) ontwikkeling v/ vele mogelijkheden
3 domeinen: - fysiek
- cognitief
- emotioneel & sociaal
multidimensioneel & -directioneel
multidimensioneel = elke vorm v/
ontwikkeling valt uit elkaar in ≠ subdimensies met eigen timing
bepaald door complex samenspel v/ biopsychosociale factoren
(bv. taal – ontwikkeling woordenschat vs. ontwikkeling grammatica)