100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting - Economie (QJ) €8,99
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting - Economie (QJ)

 43 keer bekeken  3 keer verkocht

Dit bestand bestaat uit een volledige samenvatting van het OPO 'Economie'. Je kunt hier begrippen, formules, voorbeelden vinden die gerangschikt staan per hoofdstuk. De samenvatting bestaat uit bijna 60 pagina's. Dit is dus een heel uitgebreide samenvatting, alle geziene leerstof kun je hier uitgeb...

[Meer zien]

Voorbeeld 4 van de 58  pagina's

  • 20 december 2023
  • 58
  • 2023/2024
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (5)
avatar-seller
esmeraldasanchezt
ECONOMIE
MODULE 1

INLEIDING


Definitie economie
= de wetenschap die de mens bestudeert wanneer hij probeert zoveel mogelijk behoeften te bevredigen met
schaarse middelen
= de studie van de manier waarop de maatschappij haar schaarse middelen beheert


BEHOEFTEN EN SCHAARSE MIDDELEN




Behoeften
= wat je wilt
-> het aanvoelen van een tekort en een verlangen om dit tekort weg te werken

Indeling behoeften:

▪ Primaire behoeften
= levensnoodzakelijke behoeften, basisbehoeften
bv kleding, voedsel, huisvesting
▪ Secundaire behoeften
= niet noodzakelijk maar vervolledigen het leven
bv onderwijs, theater, sport, bibliotheek, gsm, laptop, wegen
▪ Tertiaire behoeften
= luxebehoeften
bv vakantie naar Spanje, eigen zwembad, airconditioning, e-bike


Behoeften zijn niet altijd van materiële aard (tastbaar). Ze kunnen ook immaterieel zijn; onderwijs,
ontspanning, geneeskundige verzorging,…

Ook zijn ze niet altijd individueel van aard.
Er zijn ook collectieve gemeenschappelijke behoeften = behoeften voor een hele gemeenschap, worden
meestal door de overheid voorzien. Bv rusthuis, bibliotheek, scholen, sporthal, wegen,…




1

,Schaarse middelen / economische middelen
= G&D waarover de consument beschikt om zijn behoeften te bevredigen en die maar in beperkte mate
beschikbaar zijn (als het gratis zou zijn, zou er niet voldoende voorradig van zijn) = G&D waarvoor je moet betalen
= beperkt beschikbare middelen
-> natuurlijke hulpbronnen, tijd, geld, en andere dingen die mensen nodig hebben, zijn beperkt. Omdat ze niet
onbeperkt beschikbaar zijn, moeten mensen beslissingen nemen over hoe ze deze middelen het beste kunnen
gebruiken om aan hun behoeften te voldoen. Dit concept staat bekend als schaarste en is fundamenteel in de
economie.

▪ Vrije goederen
-> goederen waarvoor je niet moet betalen, het is gratis
bv lucht, zonlicht, water, wind,…
Hier blijkt echter dat schaarste een relatief begrip is naargelang tijd en omstandigheden (industriële
ontwikkeling, toename verkeer).
!! Lucht is immers in ruime mate aanwezig maar zuivere lucht is duidelijk schaars.

▪ Economische goederen
-> goederen waarvoor je moet betalen
❖ Investeringsgoederen
= goederen die gebruikt worden om andere goederen te produceren
( de andere goederen zijn consumptiegoederen of andere investeringsgoederen )
→ Vlottende investeringsgoederen
= worden tijdens het produceren volledig opgebruikt
= niet-duurzaam
bv de producten die je gebruikt om ijs te maken, grondstoffen, hulpmaterialen, elektriciteit
→ Kapitaalgoederen
= worden gedurende minstens 1 jaar gebruikt
= duurzaam
bv het ijsmachine, machines, uitrusting,…

❖ Consumptiegoederen
= dienen voor de onmiddellijke consumptie door gezinnen
= de goederen die consumenten gebruiken om hun behoeften te bevredigen
→ Verbruiksgoederen
= goederen die maar één keer gebruikt kunnen worden
= niet-duurzaam
bv flesje water, benzine,…
→ Gebruiksgoederen
= goederen die meermaals kunnen gebruikt worden
= duurzaam
bv gsm, stofzuiger, auto,…




Vrije goederen hebben slechts 1 kenmerk: ze hebben enkel een nut. Schaarse goederen daarentegen hebben
altijd 2 kenmerken: ze hebben naast een nut ook steeds een prijs.

2

,Keuzeprobleem
-> doordat mensen oneindig veel behoeften hebben maar daarnaast beschikken over beperkte/schaarse
middelen, zijn ze verplicht te kiezen
-> ze willen zoveel mogelijk behoeften bevredigen en hiervoor zo weinig mogelijk middelen gebruiken
Dit geldt voor gezinnen, bedrijven, de overheid,…

Opportuniteitskost / Alternatieve kosten
= alles wat men opgeeft om een bepaald product/dienst te verkrijgen
bv je hebt 2 keuze; a en b -> je kiest keuze a maar daardoor heb je van keuze b niet meer
Stel dat je gaat verder studeren. Het voordeel is dat je veel zal leren en meer kans op een goede job. Maar wat zijn de
kosten? Waarschijnlijk worden kosten zoals inschrijvingsgeld, boeken en kotgeld onmiddellijk genoemd. Maar daarnaast zijn
er nog kosten die vaak over het hoofd worden gezien. Denk maar aan het inkomen wat je zou verdiend hebben als je niet
zou studeren maar gewoon zou gaan werken.
→ de beste keuze is dus wanneer de opportuniteitskost het laagst is


BELANGRIJKE ECONOMISCHE BEGRIPPEN


Consumptie
= het gebruik van G&D door de consumenten of gezinnen
Consumptiegoederen = de goederen die consumenten gebruiken om hun behoeften te bevredigen

Productie
= zorgt voor het tot stand komen van G&D en gebeurt door de bedrijven of producenten
Produceren = activiteiten waarbij G&D tot stand worden gebracht
Productiefactoren = hiermee worden G&D gemaakt
-> kunnen we onderscheiden tussen 3 soorten; arbeid, kapitaal en natuur

Ceteris paribus-clausule
= alle overige omstandigheden worden constant gehouden
Stel dat je de invloed van de prijs van een iPhone wilt nagaan op de gevraagde hoeveelheid van iPhone’s, dan
moet je alle andere factoren (bv. inkomen, prijzen van gelijkaardige producten, voorkeur) die ook de gevraagde
hoeveelheid beïnvloeden constant houden. Op die manier meten we enkel de invloed van de prijs op de
gevraagde hoeveelheid en laten we de invloed van de andere elementen buiten beschouwing.

-> wordt gebruikt om de invloed van één specifieke variabele op een systeem te bestuderen, terwijl alle andere
variabelen constant worden gehouden

Macro-economie
= de wetenschap waarin men de economie van een land bestudeert; inflatie, economische groei,…

Micro-economie
= de wetenschap waarin men het gedrag van gezinnen en bedrijven afzonderlijk bestudeert
-> gedrag van consumenten en producenten bestuderen
-> er wordt hierin gekeken hoe deze economische agenten beslissingen nemen en hoe deze beslissingen van
invloed zijn op de marktwerking.




3

, ECONOMISCHE SYSTEMEN
De economie, zoals die in een bepaald land georganiseerd is, is sterk afhankelijk van de politieke en filosofische
overtuigingen van de huidige en voormalige leiders van dat land.

3 soorten economische systemen;

▪ Liberalisme of vrije markteconomie
-> producenten kiezen zelf wat en hoeveel ze gaan produceren en willen zoveel mogelijk winst
= bottum-up economie
-> De consument onderaan bepaalt grotendeels de economie door producten of diensten wel of niet
af te nemen bij een verkoper. Deze verkoper neemt op zijn beurt weer af van een groothandel. Deze
groothandel neemt weer af van een producent.
= vraaggerichte economie
-> want de consument bepaalt wat er geproduceerd moet worden.

▪ Communisme (socialisme) of planeconomie
-> de overheid bepaald wat en hoeveel er geproduceerd wordt
= top-down economie
-> want op het hoogste niveau van de economie wordt door enkele mensen bepaald, en naar beneden
gepropageerd tot het laagste niveau (de consument). De consument kan het aanbod accepteren of
niet, maar heeft verder geen directe invloed op het proces
= aanbodgerichte economie

Maar streeft naar weinig tot geen inkomensverschil en schaarse middelen worden hier goedkoper
aangeboden OMDAT de overheid vaststelt hoeveel er geproduceerd moet worden en voor welke prijs
verkocht moeten worden

▪ Gemengde economie
-> Planeconomieën en vrije marktsystemen zijn 2 uitersten. Meestal worden ze in zekere mate
gecombineerd in een gemengde economie.
In een gemengde economie komen zowel private als openbare ondernemingen voor.




4

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

√  	Verzekerd van kwaliteit door reviews

√ Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper esmeraldasanchezt. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 52928 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€8,99  3x  verkocht
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd