Hoofdstuk 1: vermogensrechten: persoonlijke en zakelijke rechten
Belang onderscheid persoonlijk en zakelijke rechten:
- Verjaringsregime: Pers. R. verjaren na 10 jaar (art. 2262bis Oud BW) ↔ Zak. R.
verjaren na 30 jaar. (art. 2262 Oud BW)
- Territoriale bev.regeling: Pers. R voor rechter van de woonplaats van de verweerder
↔ onroerende zakelijke rechtsvordering: exclusieve bev. rechter van de plaats waar
het goed gelegen is.
- Verschillend publiciteit mechanisme: enkel zakelijke rechten moeten worden
bekendgemaakt → grote tegenwerpelijkheid + absolute gelding zakelijke rechten
Klassieke leer: een scherpe tweedeling
Obj criterium:
● Persoonlijke rechten: rechtsverhouding tussen subject-subject
● Zakelijke rechten: rechtsverhouding tussen subject-object
→ Eco. termen: zakelijke rechten kunnen betrekking hebben op goederen, terwijl
persoonlijke rechten betrekking hebben op diensten.
→ Kritiek:
“Ze vergelijken appels met peren.”
Ook persoonlijke rechten kunnen betrekking hebben op goederen. Vb. als ik een goed
uitleen, verkrijgt de ontlener een persoonlijk recht op dat goed.
+ Dematerialisering goederenrecht: zakelijke rechten rusten meer en meer op
onlichamelijke goederen (waaronder dus persoonlijke rechten).
De leer van het personalisme
↳ Kritiek op klassieke leer ⇨ subjectivering van zakelijke rechten. Zakelijke rechten worden
meer gezien als subject-subject.
Personalisme (Planiol) stelt dat rechtsverhouding enkel kan bestaan tussen rechtssubjecten,
niet tussen rechtssubject en een goed.
↳ Eerste keer idee dat zakelijke rechten kunnen een verbintenisrechtelijke band doen
ontstaan.
● Persoonlijk recht doet verb. ontstaan ten laste van 1 bepaalde persoon → relatief
recht
● Zakelijk recht vorm complement van universele passieve verb.: verplichting om zich
te onthouden van een inbreuk op zakelijk recht → absoluut recht
→ Kritiek:
Personalisme heeft ten onrechte de interne kenmerken (bev.) met de externe kenmerken
(tegenwerpelijkheid) met elkaar vermengd.
1
,Derden hebben de verplichting om geen inbreuken te plegen op persoonlijke rechten
waarvan ze kennis hebben → derde- medeplichtigheid (art. 1382 Oud BW)
Zakelijke rechten zijn tegenwerpelijk aan derden door de publiciteit maatregel, terwijl
persoonlijke rechten enkel tegenwerpelijk zijn aan derden die kennis hebben van het
bestaan van die rechten.
→ onroerend eigendom is meer tegenwerpelijk aan derden dan roerende eigendom (door
publiciteit systeem van onroerend eigendom).
Leer van het neopersonalisme: onderscheid eigendom en beperkte vermogensrechten
Eigendomsrecht overstijgt indeling zakelijke en persoonlijke rechten. Zakelijke rechten
worden omschreven als verb.:
- Persoonlijk recht → persoonlijke verb.
- Beperkt zakelijk recht → kwalitatieve verb. (= verb. die iemand aangaat in bepaalde
hoedanigheid, vaak die van eigenaar).
● Beperkt zakelijk recht = bundeling van bev. die door eigenaar moeten worden
geëerbiedigd omwille van zijn hoedanigheid als eigenaar.
→ rechtsopvolger onder bijzondere titel is gehouden tot nakoming.
↔ Persoonlijke rechten gaan niet over op rechtsopvolger ten bijzondere titel.
De relativiteit zorgt ervoor dat persoonlijke rechten enkel overgaan op
algemene rechtsopvolgers en rechtsopvolgers onder algemene titel.
⇒ SA van zakelijk recht staat in voor verb. met een goed.
SA van persoonlijk recht is gehouden als titularis van zijn vermogen.
Numerus clausus-beginsel als formeel afbakening mechanisme
Numerus clausus-beginsel bij zakelijke rechten. = Vermogensrechten kunnen slechts
zakelijke rechten zijn zover dit door de wet wordt erkend.
→ Onder oud recht niet unaniem aangenomen (verwijzing naar arrest Blieck van 16
september 1966).
→ Nieuwe recht: art. 3.3 BW
● Externe dimensie: geen andere zakelijke rechten dan door de wetgever zijn
benoemd. → streng
● Interne dimensie: Bij vestiging zakelijke rechten, moeten de kenmerken van de
betrokken zakelijke rechten geëerbiedigd worden. → soepeler (art. 3.1 BW)
Zakelijke rechten, 4 categorieën:
- Eigendomsrecht → fiduciaire eigendom tot zekerheid: overdracht van eigendom tot
zekerheid en voorbehouden eigendom tot zekerheid. (art. 69 e.v. Pandwet)
- Mede-eigendom
- Zakelijke gebruiksrechten = zakelijke rechten die de titularis ervan een gebruiks- en
genotsrecht verleent mbt. een bepaald goed.
● Erfdienstbaarheden
● Vruchtgebruik
● Erfpacht
● Recht van opstal
- Zakelijke zekerheden = zakelijke rechten die hoofdzakelijk tot doel hebben de
nakoming van een schuldvordering te voldoen.
2
, ● Retentierecht
● Pand
● Hypotheek
Kernelementen van zakelijke rechten zijn beperkt tot definities (art. 3.1 BW), waardoor de
wilsautonomie bewegingsvrijheid krijgt.
Wilsautonomie bij persoonlijke rechten
Numerus clausus-beginsel ↔ wilsautonomie in verbintenissenrecht
- Benoemd contract → vaak suppletief
Contracten die zakelijke rechten instellen, mogen niet raken aan de essentie v/d
zakelijke rechten (zoals in de definitie)
- Onbenoemd contract → algemeen verbintenissenrecht toepassen, naar analogie
- Gemengd contract: sui-generis (eigen regels), combinatie van alle regels of
absorptietheorie (= regel van het meest dominante contracttype zijn van toepassing).
In principe bestaat het zakelijk recht dus uit een gesloten systeem. Nuance: partijen
hebben mogelijkheid om invulling aan zakelijk recht te geven, conform de wezenlijke
kenmerken. Wetgever voorziet een aanvullend systeem indien partijen iets niet hebben
geregeld.
Dit suppletieve karakter is vooral bij recht van opstal en erfpacht, vruchtgebruik en
mede-eigendom. Minder bij erfdienstbaarheden, eigendom en zakelijke zekerheden.
Persoonlijke rechten kennen in principe een open systeem. Nuance: regels van openbare
orde en dwingend recht worden talrijker.
Hoofdstuk 2: bijzondere kenmerken van zakelijke rechten
1. Bescherming tegen insolvabiliteit
Zakelijke rechten zijn uitgerust met een ‘recht van voorrang’. = zakelijk recht wordt niet
aangetast door samenloop die ontstaat in geval van insolvabiliteit van degene die het goed
onder zich heeft.
Rangorde tussen dezelfde zakelijke rechten op eenzelfde goed: anterioriteitsbeginsel. → art.
3.4 BW
Voorbeeld casus: A is eigenaar Smart, deze wordt in onderhoud gegeven aan garage B.
Dag erna wilt A smart gaan halen, maar B is failliet.
A kan persoonlijk recht laten gelden. Maar persoonlijke SE komen pas in aanmerking voor
terugbetaling na de bevoorrechte SE (persoonlijke SE zullen dus mogelijks niet veel
terugkrijgen).
MAAR A kan een eigendomsvordering instellen → Smart blijft buiten boedel. = Recht van
voorrang.
Zakelijke rechten verlenen geen recht van voorrang in de boedel, ze blijven buiten de
boedel. (Enkel bij pand en hypotheek is er daadwerkelijk recht van voorrang: art. 3.5 BW).
2. Volgrecht
= derde-verkrijger van een goed is van rechtswege gebonden door de zakelijke rechten die
op het goed rusten. (art. 3.4, lid 2 BW)
3
, → zakelijke rechten zijn dus tegenwerpelijk aan derde-verkrijger.
Ook hier geldt het anterioriteitsbeginsel: als iemand een goed aankoopt (eigendomsrecht)
dat bezwaard is met een zakelijk recht, heeft het ouder zakelijk recht steeds voorrang op het
recht van de derde-verkrijger, dat het jongere zakelijke recht is (eigendomsrecht).
Persoonlijke verplichtingen gaan in principe niet automatisch mee over op derde-verkrijger.
Volgrecht is zonder uitz. van toepassing voor onroerende zakelijke rechten die
bekendgemaakt zijn in de hypothecaire registers.
Uitz. 1: bij roerende goederen wordt het volgrecht uitgeschakeld tot de derde-bezitter te
goeder trouw. → art. 3.28 BW en art. 2279 Oud BW
Uitz. 2: Uitzonderlijk ook persoonlijke rechten met een volgrecht, zoals huurrecht. Art. 1743
oud BW
3. Het voorwerp van zakelijke rechten:
● Specialiteitsbeginsel
Zakelijk recht kan niet gevestigd worden op een ‘abstracte waarde’ (zonder dat
aangeduid wordt in welk goed deze ‘waarde’ gelokaliseerd is). Zakelijk recht op een
geldsom is dus niet mogelijk.
Zakelijk recht kan wel worden gevestigd op een feitelijke of juridische universaliteit (=
dit is het geheel van goederen dat aan een afzonderlijk zakenrechtelijk statuut
onderworpen is, zoals handelszaak).
Vermenging doet het eigendomsrecht niet teniet. Maar er kan een
mede-eigendomsrecht ontstaan tussen de oorspronkelijk exclusieve eigenaars van
de vermengde goederen. → Art. 3.12 BW
● Eenheid
Zakelijk recht kan enkel worden gevestigd op een autonoom vermogensbestanddeel
(een autonoom, zelfstandig goed) en dus niet op een inherent bestanddeel v/e
vermogensbestanddeel. Art. 3.8 BW
→ Vb. Men kan geen recht van vruchtgebruik toestaan op de verf van een auto.
⇒ Natrekking = wanneer een bestanddeel wordt toegevoegd aan hoofdgoed, wordt
eigenaar hoofdgoed ook eigenaar van dat bestanddeel. Vb. Bouwstenen op grond
buur
⇒ Incorporatie: voortbestaan van geregistreerd recht wanneer een bestanddeel of
roerend goed geïncorporeerd is in een ander onroerend goed.
↳ Geen conventionele afwijkingen mogelijk, TENZIJ wettelijke grondslag
Dus uitz.: opstalrecht: art. 3.47 BW
● Zakelijke subrogatie
= zaakvervanging
= Het zakelijk recht gaat bij verlies of waardevermindering van het oorspronkelijke
object over op een vermogensbestanddeel dat in de plaats van het oorspronkelijke
object is getreden. → Art. 3.10 BW
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper linlommatzsch. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €11,99. Je zit daarna nergens aan vast.