8.1 Controle van extracellulaire osmolaliteit
De controle van osmolaliteit gebeurt door osmoreceptoren in de hypothalamus. Hieruit vertrekken
signalen naar de hersenen voor controle van het dorstgevoel en productie + vrijzetting van
antidiuretisch hormoon (ADH = AVP = vasopressine).
eenvoudig systeem waardoor snelle aanpassingen mogelijk zijn
Afwijking in de Na-concentratie is een indicatie voor een probleem in watertransport.
8.1.1 Synthese en vrijzetting van antidiuretisch hormoon (AVP)
Synthese van AVP: neuro-endocriene cellen in de supraoptische en paraventriculaire kernen van de
hypothalamus.
Stockage en vrijzetting AVP: zenuwuiteinden in de neurohypofyse (achterkwab).
Controle van vrijzetting AVP: osmoreceptoren in de hippocampus.
Afbraak AVP: in de lever en nieren.
Voornaamste prikkels:
o Osmolaliteit (belangrijkste!!)
o Volume en druk in bloedvatenstelsel
Andere prikkels die stimuleren:
o Misselijkheid
o Angiotensine II
o Nicotine
Andere prikkels die inhiberen: urinevolume stijgt
o ANP
o Alcohol
Noot 1: AVP wordt samen met neurophysine en co-peptine vrijgezet
co-peptine bepaling wordt gebruikt als maat voor AVP-vrijzetting
Noot 2: AVP is verwant aan oxytocine
AVP-secreterende neuronen zitten vooral in de supra-optische kern
oxytocine-secreterende neuronen zitten in de paraventriculaire kern
39
, 8.1.2 Osmosensoren
Osmosensoren zitten in het CZS, buiten de hersen-bloed-barriere (BBB).
Osmosensitieve neuronen reageren op een verandering in plasma-osmolaliteit met een
verandering in AP frequentie en een verandering in vrijzetting van AVP.
Zeer gevoelig: 1% verandering heeft al een groot effect op AVP secretie
Effectieve osmolieten voor osmosensoren (obv toniciteit):
o Na+, Cl-, mannitol (plantaardige suiker, die niet gemetaboliseerd wordt, maar kan wel
osmolaliteit aanpassen)
Ineffectieve osmolieten voor osmosensoren (obv toniciteit):
o Ureum, glucose (behalve bij diabetes)
Regeling van lichaamsosmolaliteit:
Stijging van osmolaliteit
osmosensoren zorgen voor stijging van de ADH-vrijzetting + stimulatie dorstcentrum
Stijging van bloedvolume
volumesensoren inhiberen het osmo-regulatiecentrum daling van de ADH-vrijzetting
Een lage ADH spiegel enkel invloed op het watertransport.
Een hoge ADH spiegel systemische vasoconstrictie (vandaar vasopressine)
Voorbeeld: groot bloedverlies
Systemische vasocontrictie (hoge ADH)
Lagere osmolaliteit wordt toegelaten om zo het volume (bloeddruk) te herstellen
40
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper KN27. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,09. Je zit daarna nergens aan vast.