Samenvatting AFPF | Alle leerdoelen jaar 1 | Blok A, B, C | HBO-V | HU | KT123 |137 pagina's
Complete samenvatting Pathofysiologie jaar 2 periode 3 - Voeding en Diëtetiek HAN
Alles voor dit studieboek (54)
Geschreven voor
Hogeschool Utrecht (HU)
Medische Hulpverlening
AFPF leerjaar 2
Alle documenten voor dit vak (1)
1
beoordeling
Door: annemiasorbi • 4 jaar geleden
Verkoper
Volgen
suzanneponsioen
Ontvangen beoordelingen
Voorbeeld van de inhoud
Leerdoelen AFPF blok 2B: Kwaliteit van zorg
Casus 1 (week 2)
Uitleggen wat het doel is van preoperatee onderzoek en waaruit dit bestaat:
Het doel van preoperatee onderzoek is om de condite van de patint en het anesthesierisico vast te stellen.
Preoperatee onderzoek bestaat uiit5
- Anamnese
- Lichamelijk onderzoek
- Aanvuillend (laboratoriuim) onderzoek (ECG, stolling, kruiisbloed, X-thorax)
- Preoperateve voorlichtng en instruictes
De aandachtspunten van de anamnese bij het preoperateve onderzoek benoemen
Bij de anamnese wordt gevraagd naar bestaande ziekten en aangeboren aewijkingen. Vooral wordt aandacht
besteed aan het hart- en vaatstelsel, de longen, de luichtwegen en stollingsproblemen. In verband met mogelijke
geneesmiddeleninteractes wordt gevraagd naar roken, medicijngebruiik, alcohol en druigs. Er wordt gevraagd naar
allergiein. Patinten die geen lichamelijke inspanning kuinnen verrichten hebben grotere kans op postoperateve
complicates, daarom wordt gevraagd naar huin inspanningstolerante. ok wordt gevraagd naar de reacte op
eerdere anesthesie en op vreemde reactes op anesthesie in de eamilie.
Benoemen welke classifcate wordt gebruikt bij de risico-inschatng
De ASA-classifcate
Uitleggen welke
groepen patinten er aanvullend laboratoriumonderzoek krijgen bij het preoperateve onderzoek
Stollingsonderzoek wordt gedaan bij patinten met stollingsstoornissen oe gebruiik van antstollingsmiddelen.
Wanneer de kans bestaat dat de patint een bloedtranseuisie moet krijgen wordt de bloedgroep en de resuiseactor
bepaald. Een thoraxeoto wordt alleen gemaakt als uiit de anamnese oe het lichamelijk onderzoek verdenking bestaat
op een longziekte, decompensato cordis oe als de operate in de borstholte plaatsvindt. Bij patinten boven de
zestg jaar wordt meestal standaard een ecg gemaakt, omdat een hartnearct ook zonder smmptomen kan verlopen.
Verder wordt een ecg alleen verricht bij patinten met bijvoorbeeld hmpertensie, diabetes mellituis, kortademigheid,
oedeem aan de benen. Wanneer bij het onderzoek aewijkingen zijn gevonden, wordt gekeken oe het wenselijk is de
patint eerst door een medisch specialist te laten onderzoeken, bij ernstg harfalen bijvoorbeeld wordt de
cardioloog geconsuilteerd. Het harfalen moet zo adequiaat mogelijk behandeld worden voordat tot operate wordt
overgegaan.
, De voorbereiding op de operate samenvaaen
Voor de operate moet de patint zich douichen oe wassen. Make-uip, nagellak, piercings, sieraden, gebitsprothesen
en bril moeten verwijderd worden. Voordat de patint naar de operatekamer gaat, is het van belang dat de
verpleegkuindigen ervoor zorgen dat de patint goed (uiit)geplast heef.
Een tot twee uiuir voor de operate krijgt de patint zijn premedicate. Daarna krijgt de patint operatekleding aan.
Meestal is dit een jasje waarbij de achterkant losjes vastzit. Vervolgens wordt hij naar het operatecomplex
gebracht. Bij de voorbereiding in de operatekamer zorgen de chiruirg, arts-assistent en operateassistent dat zij
schone operatekleding aan hebben. Het haar wordt bedekt met een operatemuits en voor het betreden van de
operatekamer wordt een mondkapje voorgedaan. Vervolgens starten zij met het wassen van de handen en
onderarmen. De (steriele) operatehandschoenen worden aangetrokken en de operatejas wordt gesloten met huilp
van de verpleegkuindige. Als de patint op de operateaedeling is gearriveerd, worden de gegevens van de patint en
de ingreep gecontroleerd. Zo ook aan welke zijde, links oe rechts, de patint geopereerd wordt. De patint wordt
aangesloten aan de standaardbewaking5 ecg, puilsoximeter en bloeddruikmeter. De uiitgangswaarden worden
vastgelegd. Het gebied waar de operate plaats gaat vinden, wordt gedesineecteerd, de rest van het lichaam van de
patint wordt met steriele doeken aegedekt. Nui kan de ingreep beginnen. De anesthesist oe anesthesiemedewerker
bevindt zich aan het hooedeinde van de patint. De chiruirg opereert samen met een assistent. Een tweede assistent
houidt de operatewond open.
Regionale anesthesie:
Bij regionale anesthesie wordt erop gelet oe eht gevoel in de benen teruigkomt. Er wordt ook gekeken naar de ligging
van de benen (de patint heef er immers geen gevoel in), zodat tjdig begonnen kan worden met pijnbestrijding als
eht gevoel teruigkomt.
De belangrijkste redenen uitleggen om premedicate te geven
- verminderen van angst
- sedate
- amnesie
- verminderen van preoperateve pijn
- verminderen van de kans op aspirate van zuire maaginhouid
De verschillende groepen geneesmiddelen die worden gebruikt als premedicate benoemen
Inname 30-90 minuiten voor operate5
- Benzodiazepinen5 diazepam, lorazepam, midazolam
- piaten
- Antcholinergica5 atropine, scopolamine
- Medicijnen tegen aspirate (maagzuiuirremmers oe maagontlediging)
De efecten van benzodiazepinen samenvaaen
De efecten van benzodiazepinen zijn5
- Angstreduicte (onder andere door remming van het limbisch smsteem)
- Kalmerende werking (sedate)
- Amnesie5 de herinnering aan de (onaangename) ingreep gaat verloren
- Ant-epileptsche eigenschappen
- Enige spierverslapping
De operates en aandoeningen met een verhoogde kans op diepveneuze trombose benoemen
- Grote abdominale operates - hartnearct, decompensato cordis
- rthopedische operates - Bmpassoperateeklepoperates
- Hoge leefijd
- Vetzuicht (obesitas)
- Spataderen (varicosis)
- Kwaadaardige tuimoren
- Voorgeschiedenis met trombose
- Kraambed
- Trauima
De verschillende vormen van anesthesie benoemen en de efecten op het lichaam
- Algehele anesthesie (narcose): het hele lichaam is verdooed, de patint is in diepe slaap zodat hij van de
ingreep niets merkt, daarna kan hij zich van de operate niets herinneren
- Plaatselijke anesthesie: een gedeelte van het lichaam wordt gevoelloos gemaakt, de patint blijf wakker.
Het operategebied wordt meestal aegeschermd met een scherm oe doeken, zodat de patint de
operatehandelingen niet ziet. Als de patint ertegen opziet om de operate bewuist mee te maken, kan hij
een slaapmiddel krijgen. De plaatselijke anesthesie wordt ingedeeld in regionale (‘ruiggenprik’ oe
zenuiwblokkade) en lokale anesthesie (alleen de operateplek wordt verdooed).
De effecten van anesthesie op het lichaam:
- nderdruikken van de pijnprikkels
- ntspannen van de spieren
- Verminderen van het bewuistzijn
- Beheersen van bewuiste en onbewuiste refexen
Uitleggen waarom patinten nuchter moeten zijn
Nuichter blijven is vooral een veiligheidsmaatregel. Als tjdens de anesthesie de patint overgeef, kan zuire
maaginhouid in zijn longen komen (aspirate) en is er kans op een longontsteking.
Uitleggen wat het nadeel is van inhalateanesthesie
Inhalateanesthesie is minder goed te stuiren en in het kader van milieui en veilige werkomgeving heef deze vorm
van anesthesie niet de voorkeuir.
Complicates van epidurale anesthesie:
- Pereoreren van het harde hersenvlies
- Totaal spinaal blok
- Massale uiitbreiding van de verdoving
- Ritmestoornissen, epileptsche trekkingen en shock
- Bloeding in de epiduirale ruiimte
- ptreden van ineecte
- Verplaatsen van de katheter buiiten de epiduirale ruiimte, afreken, knikken van de katheter
- Urineretente in de postoperateve ease
De symptomen van een chirurgische stressrespons samenvaaen
- Temperatuurverhoging (38-39 °C): Bijna alle patinten die een grote operate ondergaan hebben en die
geen ontstekingsremmende medicijnen hebben gehad, ontwikkelen koorts, de helf boven 38 ºC. De koorts
ontstaat door een verhoogde stoewisseling, afraak en opbouiw van weeesels;
- Pijn met versnelde pols en ademhaling: De pijn na de operate treedt op als gevolg van de
weeeselbeschadiging door het chiruirgisch trauima. De patint kan oppervlakkige pijn hebben ten gevolge
van de huiidincisie, somatsche pijn ten gevolge van beschadiging van bot- en spierweeesel en viscerale pijn
afkomstg van het buiikvlies dat de inwendige organen omgeef.
- Moeheid: Bij matge tot zware operates heef ongeveer 30% van de patinten een gevoel van moeheid, tot
maanden na de ingreep. De mate van moeheid hangt samen met de zwaarte van de operate;
- Dorst en verminderde urineproducte: Dit als gevolg van bloed- en vochtverlies via de wond;
- Gestoorde orgaanfuncte: Na een darmoperate ontstaat een paralmtsche ileuis. Na een operate aan de
onderbuiik treedt soms uirineretente op. Blaasretente kan optreden bij patinten die al moeite hadden met
het plassen (prostaatvergrotng), maar kan ook refectoir optreden ten gevolge van pijn na bijvoorbeeld een
liesbreuikoperate. Een andere oorzaak is een ontstekingsproces in het gebied van de blaas met verlamming
van de blaasspier.
, De risicoeactoren voor het ontstaan van complicates rond een operate benoemen
- Leefijd
- Hart- en vaataandoeningen (angina pectoris, decompensato cordis, ritmestoornissen)
- DM
- CVAeTIA
- Longaandoeningen (C PD en roken)
- Niereuinctestoornissen
- Vetzuicht oe ondervoeding
De meest voorkomende postoperateve complicates uitleggen
- Shock5 Kort na de operate, vaak in de nacht erna, kuinnen (na)bloedingen optreden. Dit kan leiden tot een
verbloedingsshock. Bij patinten met een laag hartminuiuitvoluime kuinnen geringe verstoringen in het
evenwicht (hemoglobine, lichte onder- oe overvuilling) leiden tot decompensato cordis en een cardiale
shock;
- Diepveneuze trombose5 40% van de patinten die geopereerd worden, ontwikkelt in de aders van been oe
bekken een kleine oe grote trombuis.
- Wondinfecte5 dit treedt op in 1,5% van de ‘schone wonden’. De ineecte wordt zichtbaar tuissen de vijede
en tende dag na de operate met koorts, pijn, roodheid en zwelling van het operategebied. De kans op een
ineecte is verhoogd bij ophoping van wondvocht (seroom) oe bloed (hematoom). Soms ontstaat een abces.;
- Pneumonie5 De anesthesie vermindert de hoestrefex en trilhaareuincte. Al deze eactoren leiden tot een
verminderde ventlate van de onderste longvelden.
- Urineweginfecte5
- Wonddehiscente5 Dit is het uiiteenwijken van alle lagen van de wond, het openspringen van de wond. Is
een verse operatewond in de buiikwand opengesprongen, dan wordt gesproken van Platzbauich . Het is
vooral riskant bij een buiikwond na een vaatoperate en bij buiikwonden waarbij de darminhouid naar buiiten
uiitpuiilt. Er zijn veel eactoren die kuinnen leiden tot het ontstaan van wonddehiscente, zoals lokale (ineecte,
bloeduiitstortng, slechte vaatvoorziening) en algemene eactoren (verminderde weerstand). Natuiuirlijk kan
wonddehiscente ook optreden bij een slechte hechtechiek oe -materiaal;
- Naadlekkage5 Na een darmoperate kan lekkage van de darminhouid in de buiikholte ontstaan. Bij ongeveer
5% van de patinten die aan de dikke darm worden geopereerd, ontstaat een naadlekkage. Gemiddeld
genomen vindt het op de vijede dag postoperatee plaats. Dezelede eactoren als bij het ontstaan van
wonddehiscente spelen een rol. Er ontstaat een ineecte met grote kans op het ontwikkelen van sepsis.
pnieuiw opereren is noodzakelijk;
- Decubitus5
- Delier5 Verwardheid en desoriintate komen bij ongeveer 1% van de chiruirgische patinten voor ten
gevolge van zuiuirstofekort en verminderde doorbloeding van de hersenen, maar ook door ontrekking van
benzodiazepinen oe alcohol. Vooral bij ouide patinten die aan de heuip (colluimeractuiuir) geopereerd
worden, komt het postoperatee delier vaak voor;
- Hartaandoeningen5 Tijdens en na de operate verplaatst zich vocht naar de intersttile ruiimte. De tweede
en derde dag na de operate verplaatst dit vocht zich weer naar de bloedbaan. Bij goede hart- en
niereuincte wordt dit vocht uiitgeplast, maar bij slechte hartwerking oe nierinsuifciinte ontstaat overvuilling
met decompensato cordis als gevolg. Bij ongeveer 1% van de patinten die een grote operate ondergaan,
ontstaat een hartnearct, waarvan 25% dodelijk. ok ritmestoornissen komen vaak voor, zoals
boezemfbrilleren. Dit wijst vaak op het bestaan van andere problemen, zoals ondervuilling ten gevolge van
bloeding oe sepsis oe juiist overvuilling;
- Nierinsufcicnte5 Postoperatee is de oorzaak vaak prerenaal gelegen. De oorzaak kan hmpotensie zijn door
bloeding, uiitdroging oe sepsis, maar het kan ook liggen aan een verlaagd hartminuiuitvoluime oe aan een laag
albuiminegehalte in het bloed.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper suzanneponsioen. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.