voortplanting 3
voortplantingscyclus - terminologie
- folliculaire fase: follikels groeien en produceren oestrogeen
- luteale fase: aanwezigheid van corpus luteum dat progesteron produceert
- oestrale cyclus: normale cyclus waarvan bepaalde periode het dier bronstig is
- menstruatiecyclus: komt enkel voor bij primaten
→ dan heb je ook geen bronstige periode
- anoestrus: geen cyclus bezig op dat moment
oestrale cyclus
- poly-oestraal: opeenvolgende cyclussen doorheen het jaar
→ ze kunnen het hele jaar door gedekt worden en bevallen
→ koe, kat, zeug en knaagdieren
- seizoensgebonden poly-oestraal: seizoenskwekers
→ paard word gedekt in voorjaar
→ schaap, geit en hert worden gedekt in het najaar
→ ze bevallen allemaal wel in het voorjaar omdat er dan meer eten
aanwezig is
- mono-oestraal: 1 cyclus per jaar
→ wolf, vos, beer en wild zwijn
→ een hond heeft 3 cycli per 2 jaar
, - oestrus: er is een oestrogeen piek die de GnRH gaat stimuleren tot een LH
piek
→ je krijgt een ovulatie
→ dekking wordt toegelaten
- metestrus: overschot van follikel wordt corpus hermorrhagicum en vormt een corpus
luteum
- diestrus: progesteron is maximaal voor mogelijke dracht
→ progesteron wordt geproduceerd door corpus luteum
→ op einde van diestrus breken de prostaglandines het corpus luteum af
(bij primaten krijg je dan menstruatie)
- proestrus: overgangsperiode waarbij progesteron weer daalt en oestrogeen
stijgt dus er is weer FSH en LH
→ dan heb je gedragsveranderingen dus laten geen dekking toe
→ inhibine stuurt negatieve feedback naar FSH en zorgt ervoor dat er nog
geen LH en FSH piek is
voortplantingscyclus - terminologie
- folliculaire fase: follikels groeien en produceren oestrogeen
- luteale fase: aanwezigheid van corpus luteum dat progesteron produceert
- oestrale cyclus: normale cyclus waarvan bepaalde periode het dier bronstig is
- menstruatiecyclus: komt enkel voor bij primaten
→ dan heb je ook geen bronstige periode
- anoestrus: geen cyclus bezig op dat moment
oestrale cyclus
- poly-oestraal: opeenvolgende cyclussen doorheen het jaar
→ ze kunnen het hele jaar door gedekt worden en bevallen
→ koe, kat, zeug en knaagdieren
- seizoensgebonden poly-oestraal: seizoenskwekers
→ paard word gedekt in voorjaar
→ schaap, geit en hert worden gedekt in het najaar
→ ze bevallen allemaal wel in het voorjaar omdat er dan meer eten
aanwezig is
- mono-oestraal: 1 cyclus per jaar
→ wolf, vos, beer en wild zwijn
→ een hond heeft 3 cycli per 2 jaar
, - oestrus: er is een oestrogeen piek die de GnRH gaat stimuleren tot een LH
piek
→ je krijgt een ovulatie
→ dekking wordt toegelaten
- metestrus: overschot van follikel wordt corpus hermorrhagicum en vormt een corpus
luteum
- diestrus: progesteron is maximaal voor mogelijke dracht
→ progesteron wordt geproduceerd door corpus luteum
→ op einde van diestrus breken de prostaglandines het corpus luteum af
(bij primaten krijg je dan menstruatie)
- proestrus: overgangsperiode waarbij progesteron weer daalt en oestrogeen
stijgt dus er is weer FSH en LH
→ dan heb je gedragsveranderingen dus laten geen dekking toe
→ inhibine stuurt negatieve feedback naar FSH en zorgt ervoor dat er nog
geen LH en FSH piek is