Kinesitherapeutisch onderzoek: bovenste lidmaat
H1: Kinesiologie van de schoudergordel (grootste bewegingsmogelijkheid)
synoviale gewrichten:
- glenohumerale gewricht
- sternoclaviculaire gewricht
- acromioclaviculaire gewricht
- eerste costovertebrale gewricht
niet-synoviaal gewricht:
- scapulothoracale gewricht
- subdeltoide gewricht (subacromiale ruimte)
1.1 Osteologie: biomechanische aspecten
- clavicula: 20° met frontale vlak naar posterior
- scapula: 35° met frontale vlak naar anterior
- cavitas glenoidalis: licht naar anterior en superior gericht (5°
met verticale as)
- humeruskop: 135° met humerusdiafyse, 30° retroversie en 30° posterieur -> naar mediaal en superior
gericht
1.2 Osteokinematica: bewegingen van de schoudergordel
- anteflexie (180°) - retroflexie (50-60°)
- abductie (180°) - adductie (75°)
- exorotatie (80°) - endorotatie (80°)
- horizontale abductie (30°) - horizontale adductie (130-140°)
- circumductie (multiplanaire beweging)
- scapulaire elevatie
3 vrijheidsgraden:
- rotatie rond laterolaterale as: 180° anteflexie - 60° retroflexie
- rotatie rond dorsoventrale as: 180° abductie - 0°adductie
- enkel mogelijk indien vanaf 90° een exorotatiecomponent wordt uitgevoerd
- hyperadductie (75°) met bijkomende anteflexie- of retroflexiecomponent
- rotatie rond longitudinale as: 150-180° exorotatie - endorotatie
1.3 Functionele biomechanica: bewegingsfasen van de elevatiebeweging
= heffen van de arm; “elevatie” in meerdere vlakken (frontaal, sagittaal, scapulaire, ...)
- Grootste aandeel door glenohumerale en scapulothoracale gewricht
=> scapulohumeraal ritme (2 graden glenohumerale elevatie: 1 graad scapulothoracale rotatie)
- variabel in functie van stand arm (begin en eind 4:1 of midden 1:1)
- Doel: cavitas glenoidalis optimaal positioneren en optimale lengte-spanningsverhouding
- Participatie wervelzuil: aandeel in beweging, voornamelijk bij hogere elevatiegraden
- Eerste fase (0°-60°): vooral in glenohumerale gewricht, scapula = in setting-fase
- Tweede fase (60°-140°): verschuiving in scapulohumerale ritme, met groter aandeel scapulothoracaal
- Derde fase (140°-180°): groter aandeel glenohumerale gewricht en bewegingen wervelzuil (lateroflexie,
extensie of rotatie)
,1.4 Het glenohumeraal gewricht
Nulstand/ anatomische houding:
- metingen en evaluaties met betrekking tot ROM gebeuren in deze stand
- arm afhangend naast het lichaam, neutrale rotatiestand (handpalmen naar voor)
Ruststand/ loose packed position (LPP):
- meer functioneel voor ADL
- spanning op schouderkapsel minimaal
- 40-50° elevatie in scapulaire vlak, neutrale rotatiestand
- 40-50° abductie, 30° horizontale adductie, elleboog 90° flexie
Close packed position (CPP):
- maximale exorotatie in 90° abductie
- antero-inferieure deel kapsel op rek/ op maximale spanning gebracht
schouder in 90° anteflexie + maximale endorotatie -> posterieure deel kapsel op maximale spanning
Kapsulair patroon: Pijn en bewegingsbeperking in richtingen exorotatie > abductie > endorotatie
Concave cavitas glenoidalis (+ labrum glenoidale) + convexe caput humeri:
- translatierichting tegengesteld aan rolrichting:
- bij abductie: humeruskop rolt naar superior en ondergaat translatie naar inferior
,Statische stabilisatoren glenohumeraal gewricht:
- labrum glenoidale
- vergroot fossa glenoidalis
- shock-block functie: verhinderen dat humeruskop van fossa glenoidalis valt
- limited joint volume
- humeruskop wordt in cavitas glenoidalis gezogen door negatieve intra-articulaire druk; voorzien
door omliggende stabiliserende musculatuur
- 3 glenohumerale ligamenten
- superieur - mediaal - inferieur (anterieure band - axillary pouch - posterieure band)
-
- ligamentum coracohumerale: vangt invloed zwaartekracht in rust op
lig. coracohumerale verhindert translatie humeruskop naar inferior in nulstand
lig. glenohumerale sup verhindert translatie humeruskop naar inferior in lage abductie graden (0-45°)
lig. glenohumerale med verhindert translatie humeruskop naar anterior bij exorotatie in middelmatige
abductiestand (45-60°)
lig. glenohumerale inf. - alle vezels: verhindert inferieure translatie tijdens abductie
- anterieure band: verhindert translatie naar anterior tijdens exorotatie in neutrale
stand
- posterieure band: verhindert translatie naar posterior tijdens endorotatie in
neutrale stand, verhindert translatie naar inferior tijdens exorotatie in hogere
abductiestanden (>90°)
Afremmen exorotatie:
- 0°: m. subscapularis, superieur glenohumeraal ligament
- 45° abductie: superieur glenohumeraal ligament
- 90° abductie: anterieure band inferieur glenohumeraal ligament
1.5 Het sternoclaviculaire gewricht
= zadelgewricht: 2x convexiteit en 2x concaviteit
Clavicula: 3 vrijheidsgraden: elevatie-depressie, protractie-retractie, rotatie naar posterior-anterior
, 1.6 Het acromioclaviculaire gewricht
- 2 vlakke gewrichtsvlakken -> geen rol- en glijbewegingen
- opwaartse en neerwaartse rotatie
- translaties naar anterior en posterior
- armelevatie* >90°: opwaartse rotatie nodig
1.7 Het scapulothoracale gewricht
- Bewegingen gekoppeld aan claviculaire bewegingen:
- translatiebewegingen:
- elevatie - depressie scapula
- protractie - retractie scapula
- rotatiebewegingen
- opwaartse* - neerwaartse rotatie (om antero-posterieure/sagitale as)
- posterieure* - anterieure tilt (om latero-laterale/frontale as)
- externe* (laterale) - interne (mediale) rotatie (om cranio-caudale/longitudinale as)
1.8 Spierwerking rond de schouder
- Glenohumeraal: Rotator cuff spieren stabiliseren het glenohumerale gewricht:
- m. supraspinatus, m. infraspinatus, m. subscapularis, m. teres minor
- Bulk - functie: hun spierbuik duwt de humeruskop naar posterior, inferior of anterior
- Contractie zorgt voor approximatie van de humeruskop in de cavitas glenoidalis
(stabilisatie) => transversale krachtenkoppel
- Nauw verbonden met ligamenten zodat contractie ervoor zorgt dat de ligamenten
strakker aangespannen zijn. Bij uitrekking van de ligamenten verstijft de musculatuur.
- resulterende werklijn: schuin naar mediaal en caudaal
- mediale component -> approximatie of drukkracht + rolbeweging in gewricht
- m. supraspinatus
- caudale component -> translatie naar caudaal, vrijwaart subacromiale ruimte van
impingement/ inklemming van de m. supraspinatus tussen humeruskop en acromion
- m. infraspinatus, m. subscapularis, m. teres minor
- m. deltoideus
- elevatie (rotatiecomponent)
- caput humeri naar superior bewegen (fixatiecomponent)
- Scapulothoracaal:
- m. trapezius pars descendens + onderste vezels m. serratus anterior => opwaartse rotatie
- m. trapezius pars descendens: overmatige elevatie
- m. serratus anterior: protractie
- beide gecontroleerd/ gestabiliseerd door m. trapezius ascendens, deze
verandert weinig van lengte tijdens elevatie arm
- m. trapezius + m. serratus anterior => externe rotatie
- m. trapezius pars ascendens + m. serratus anterior => posterieure tilt
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper JolienSVH. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,39. Je zit daarna nergens aan vast.