100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Milieutechnologie Partim. Materialen €3,49
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Milieutechnologie Partim. Materialen

 7 keer bekeken  0 keer verkocht

Millieutechnologie Partim. Materialen

Voorbeeld 5 van de 19  pagina's

  • 12 februari 2024
  • 19
  • 2023/2024
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (5)
avatar-seller
StudentUASEW
Partim. Materiaal
2.1 Capita selecta (verschillende thema’s)
• Het EU en Vlaams beleid m.b.t. materialen en afval is sinds de eerste echte wet (richtlijn) geëvolueerd.
o Het Waste Framework Directive (WFD) of afvalkaderrichtlijn van 1975 schreef de eerste juridische definitie
van een afvalstof in de EU en de eerste grondprincipes (gezondheid & milieu) neer. Deze is in 2008 sterk
aangepast70 en bezit sindsdien volgende belangrijkste principes:
▪ Afvalhiërarchie. De afvalhiërarchie is een fundamenteel concept in de WFD die de prioriteit van
afvalbeheerpraktijken aangeeft, zo zijn er 5 praktijken met hoogste prioriteit eerst. De afvalhiërarchie
is primair bedoeld als tool voor de overheid om instrumenten te ontwikkelen.
• Preventie voor afvalcreatie. Het belangrijkste is handelen voor de afval ontstaat i.e.
aanpassing van productontwerpen (design) met doel minder materiaalgebruik en wetgeving.
• (Voorbereiden voor) hergebruik. De richtlijn zet hergebruik als tweede grootste prioriteit,
nog vóór recyclage. Hergebruik wil zeggen dat het item in haar originele vorm meer dan één
keer gebruikt wordt. Recycleren wil zeggen dat men een product transformeert en diens
materialen gebruikt om een nieuw item te maken. Hergebruik bespaart meer energie en
middelen dan recyclage en vermindert de hoeveelheid afval. Bij potentieel voor hergebruik
zijn er 3 beste handelingen: controleren, repareren (hergebruik), schoonmaken.
• Recyclage. Indien preventie en hergebruik niet mogelijk zijn is recyclage de volgende beste
optie. Recyclage vermindert het gebruik van nieuw materiaal bij de productie van een
product.
• Terugwinning (recovery). Bij recovery ligt de nadruk op het terugwinnen van een deel van
materialen (vs. recyclage) of het recupereren van energie.
• Verwijdering (disposal). De minst geprefereerde optie. Verbranding zonder
energieterugwinning en/of materialen naar de afvalberg sturen.
▪ Uitgebreide producentenverantwoordelijkheid (EPR) ook wel het ‘de vervuiler betaalt principe’71 is
het principe dat probeert te verzekeren dat producenten verantwoordelijk zijn voor de milieu-impact
van hun product(en) doorheen de hele levenscyclus van het product inclusief afvalbeheer (d.w.z. dat
ze moeten betalen voor afval dat niet aan de einde-afvalcriteria voldoen, vide infra). Elke lidstaat en
de unie heeft haar eigen EPR. Automerken moeten zo bv betalen voor de collectie en afvalbeheer van
afgedankte (end-of-life) auto’s, niet enkel de banden (typisch voorbeeld is autobanden omdat ze vaak
vervanging nodig hebben). Automerken huren zo afval en recyclagebedrijven in en heel de verwerking
is voor hun rekening.
▪ Einde-afvalcriteria (end-of-waste criteria). Met het WFD 2008 werd voor het eerst bepaald wanneer
bepaalde types van afval voldoende behandeling hebben ondergaan om niet meer als afval
beschouwt te hoeven worden. Deze criteria zijn: regelmatig gebruikt worden voor specifieke
doeleinden, er moet een markt of marktvraag zijn, moet voldoen aan technische voorschriften, geen
of minimale milieuimpact.
▪ Recyclagestreefcijfers (recycling targets) voor bepaalde materialen in de EU met een gegeven
deadline (daarom ook een richtlijn).
▪ Striktere controle en registratie & meer labelen van gevaarlijke afvalstoffen.
o Het Vlaamse afvalstoffendrecreet van 1981 is het eerste significante beleid omtrent afvalbeheer en
afvalpreventie in Vlaanderen. Ook in Europa waren we hier vroeg bij wat ons eigenlijk een leider maakt op dit
vlak. Het decreet richtte de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM)72, een agentschap deel
van het domein milieu die verantwoordelijk is voor afvalbeheer en bodemsanering. Een van de voornaamste
objectieven van OVAM is dus nieuwe bodemvervuiling behandelen en voorkomen (deze macht kreeg het
vooral met een nieuwe specifieke regeling in 1995). https://ovam.vlaanderen.be/web/bodemkwaliteit/ .
Vanaf dit punt spreekt men van een ‘recycling society’.
o In 1985 werd INDAVER opgericht, een joint venture tussen de Vlaamse overheid en verschillende private
partners met doel van duurzaam niet schadelijke (oorspronkelijk enkel industriële) HA en BA afvalverwerking.

70
De lidstaten kregen beheer- en preventie plannen opgelegd en kregen nieuwe targets voor afval preventie, hergebruik, recyclage en
energierecuperatie. Het concept van life-cycle denken werd ook geïntroduceerd.
71
The polluter pays principle.
72
Public waste Agency of Flanders. Maatschappij = agentschap.
56

, Zo bv het sorteren en persen van PMD (plastic verpakkingen, metalen verpakkingen en plastic/papier
drankkartons). INDAVER bezit hiervoor een hoogtechnologisch sorteercentrum voor PMD in Willebroek
(tussen Antwerpen en Brussel) naast het recyclagepark. Ze behandelen PMD van 3 miljoen inwoners van
Vlaanderen. De grootste installaties van INDAVER bevinden zich in Antwerpen en Doel (grootste installatie)
waar ze niet-recycleerbaar niet-gevaarlijk afval (rest afval, slib) van zowel industrie als huishoudens
verbranden voor energie- en materiaalterugwinning 73.
o In 2008 werd de WFD aangepast waarbij de focus aanvankelijk lag op de aanpassing van de juridische
definitie. Het beleid werd echter ook drastisch aangepast.
▪ Met de financiële crisis werd ook duidelijk dat we vrij afhankelijk zijn van het buitenland voor
materialen.
o De Europa 2020 strategie van 2010 als reactie op de crisis was vooral een duurzame strategie. De
doelstellingen gingen van tewerkstelling tot schoolverlaters tot klimaat (20/20/20 target74, vaak vergeten) etc.
maar ook bv de recyclagestreefcijfers werden verder aangepast naar 50% voor huishoudens en 70% voor
industrie.
▪ Het begrip resource-efficiency werd met de 2020 strategie ook gelanceerd (ingefluisterd aan de EU
door kabinet Leefmilieu van België die toen voorzitterschap had).
▪ De 2020 strategie vertaalde zich naar het Vlaamse actieplan ‘Vlaanderen in Actie! Pact 2020’ in 2011.
Een actieplan is een gedetailleerd plan om doelen te halen. Zo bestond het pact uit 20 objectieven en
13 maatschappelijke thema’s (één daarvan was het materialenthema of programma).
▪ Bij het Vlaamse Materialenprogramma op initiatief van OVAM kwam een groot scala aan organisaties
(OH, bedrijfsleven, onderzoeksinstellingen en middenveld) rond de tafel om alles rond afval te
bespreken en de verschillen naast zich neer te leggen. Hier kwamen Vlaamse concepten uit voort
zoals urban mining (hergebruik en recuperatie van afvalmaterialen en dan vnl. ICT gerief uit stedelijke
omgevingen) en enhanced landfill mining (recupereren van materialen uit oude afvalbergen van de
jaren 8075).
o Zoals vermeld werd de Europese kaderrichtlijn voor afvalbeheer in 2008 sterk aangepast naar de vermelde
principes. In Vlaanderen implementeerde ze dit in 2012 als het materialendecreet (materials decree).
Gedoeld op duurzaam materiaalbeheer omvat ze alle activiteiten gedurende de hele levenscyclus van
materialen, van winning tot verwijdering, en moedigt hergebruik, recyclage en terugwinning van afval aan. De
afvalhiërarchie, de einde-afvalcriteria en anderen werden rechtstreeks overgenomen. Het materialendecreet
maakt ook deel uit van de visie van Vlaanderen om tegen 2050 een circulaire economie te worden. Enkele
bijkomende doelstellingen zijn een asbestregeling en bijkomende EPRs:
▪ Een asbestveilig Vlaanderen tegen 2040. Alle materialen die asbest bevatten met een risicoprofiel
moeten verwijderd worden tegen 2040. Eigenaars worden hiervoor vergoed wanneer ze stappen
zetten om dit te verwijderen. Het decreet stipuleert ook dat alle eigenaars van huizen en
infrastructuur die gebouwd werden vóór 2001 een lijst moet maken van alle materialen dat asbest
kunnen bevatten zoals daken, isolatie en tegels. Ook moeten eigenaars van huizen die gebouwd zijn
vóór 2001 steeds kopers en huurders informeren van de aanwezigheid van asbest.
▪ Introductie van batterij collectie en recyclage (EPR).
▪ Ook een EPR voor oude matrassen. De producent moet deze ophalen.
o In 2015 werd het concept van circulaire economie gepopulariseerd en concreet gemaakt door Frans
Timmermans (Europees commissaris voor de Green Deal en klimaatactie). Hierdoor werd de WFD nog eens
aangepast in 2018 nog eens aan met als doel een recyclagestreefcijfer van 65% (recyclage + compostering)
tegen 2035.
o In 2019 komt de Green Deal die als overkoepelend doel heeft Europa het eerste klimaatneutrale continent te
maken tegen 2050. Dit had indirect zeer grote effecten op het afvalbeleid en circulaire economie.
▪ In 2020 kwam dan ook al het CE Actieplan 2.0 onder de GD waar over strengere maatregelen beslist
werden bv het streefdoel om het restafval76 te halveren (door hergebruik & recyclage) tegen 2030 en

73
Zoals metalen mineralen en stoom.
74
Target voor 20% verbetering in energie-efficiëntie, 20% groter aandeel van energie uit hernieuwbare bron en 20% en verminderen
GHG met 20%. Deze zijn gehaald (GHG met 31%).
75
Wel hoog risico bij ontginning wegens dat in de jaren 80 gevaarlijk materiaal daar ook werd gedumpt. Uiteindelijk was de
recycleerbaarheid niet enorm waardoor het uiteindelijk weinig opbracht. Wel is landfill mining wellicht veel meer toepasselijker bij
landen die vandaag nog veel storten zonder energieterugwinning zoals bv Spanje. Landfill mining is dus een concept uit Vlaanderen.
76
Residual waste (Term nooit gehoord in Engels lol)
57

, het inbouwen van zeer hoge effectieve en efficiënte sortering van afval en zeer precieze verwijdering
van contaminanten van afval.
▪ CE Actieplan 2.0 met de Green Deal heeft zich in Vlaanderen omgezet in “Vlaanderen Circulair”, een
partnerschap tussen verschillende actoren (OH, privé, middenveld) waar meerdere oudere
initiatieven zijn samengebracht. OVAM en de UA zijn hiervan ook ‘partners’.
▪ Vlaanderen heeft in Davos (WEF) de internationale onderscheiding ‘circular economy award’ verdient
in 2016 voor haar afvalbeleid.
• Recyclagegraad per lidstaat is zeer verschillend. In België halen we meer dan 50% recyclage en 43% verbranding met
energieterugwinning. Landen zoals Spanje en Portugal kunnen op dit vlak nog veel leren. Bij EU beleid om betere
streefdoelen te halen worden voor hen steeds uitzonderingen gemaakt.
o Wel bij slechte landen grote verbeteringen in recyclagecijfer de laatste 2 decennia. Bij ons slechts verbetering
van enkele percentagepunten.




58

,• Men kan 4 golven onderscheiden in deze evolutie: risicobeheersing tot Green Deal. Op deze manier moet men de
geschiedenis van het beleid m.b.t. materialen en afval kunnen vertellen (examenvraag).
o Ongecontroleerd.
o Risicobeheersing (1950). Eerste golf, vnl. gericht op risicovermindering en -beheersing. Introductie van
afvalbergen (1940-50) en eerste verbrandingsinstallaties). Men recycleert niet maar men probeert gevaarlijk
en afval met milieu-impact te verwijderen. Huishoudelijk afval wordt gecontroleerd voor gevaarlijk afval.
o ‘Recycling Society’. Tweede golf. Men begint voor het eerst selectief te sorteren (1990-95) en recycleren. Ook
principes afvalhiërarchie met hergebruik en recyclage staan centraal. Energierecuperatie bij
verbrandingsinstallaties (opwekken van stoom).
o Circulaire Economie. Derde golf geïntroduceerd met CE door Frans Timmermans (2015). Hoog hergebruik en
recyclageniveau (vb. chemische recyclage van einde-leven plastiek). Ook groot economisch voordeel met
hergebruik, recyclage en energie-terugwinning. Milieuzaken worden ook uitgebreid zodat ook de
economieminster zwaarder kan wegen (naast milieuminister).
o Green Deal (2020). Beweging naar 2050. De materialen- en afvalkringloop klimaatneutral maken. Of bv bio-
olie uit de lucht in aardgasreservoirs steken.

• De principes van het materialendecreet worden geïmplementeerd door het ‘VLAREMA’77, het uitvoeringsbesluit van
het 2012 materialendecreet dat gedetailleerde voorschriften bevat.
o Art. 3 van het materialendecreet legt uit wat materiaal betekent: elke stof (ontgonnen, verwerkt, etc.), elk
voorwerp (inclusief afgedankt) en de daaruit ontstane afvalstof. Zeer breed. Dit is een Vlaams begrip. Wegens
overlap van bevoegdheden met het federale niveau (producten die op markt gebracht worden is bevoegdheid
federale niveau) heeft OVAM wel niet de bevoegdheid over allen. Het OVAM heeft enkel bevoegdheid over
bijproducten, einde afval en alle andere soorten afval anders wordt het een federale bevoegdheid.
▪ Materialen kunnen dus volgens de brede definitie onderscheidden worden in afvalstoffen en
grondstoffen (bijproducten78 + einde afval79). Einde afval wordt bepaalt door de 4 einde afvalcriteria
(waar marktvraag dus centraal staat, vide supra).
▪ Men maakt ook een onderscheid tussen huishoudelijk afval (HA) en bedrijfsafval (BA), ook wel een
onderscheid in oorsprong. HA maakt in de OECD minder dan 10% van het verbrande of gedumpte
afval uit, bedrijfsafval (industrie, handel, constructie)80 stelt dus 90% van de afvalberg voor. Men
maakt een onderscheid vanwege het ‘de vervuiler betaalt principe’, ook wel EPR (alle producenten
moeten betalen voor hun afvalstoffen).
▪ Penultimaat kan men een onderscheid maken in samenstelling: gevaarlijk afval (verfafval, solventen,
batterijen) en niet-gevaarlijk afval.
▪ Tenslotte is er ook een lijst bijzondere afvalstoffen. Bijzonder afval verwijst in
België meestal naar medisch afval (geneeskundig of diergeneeskundig). In de
bijzondere afvalstoffen maakt men ook een onderscheid tussen risicohoudende
(RMA) en niet-risicohoudend medisch afval. Bij bijzondere afvalstoffen horen
aanvullende bepalingen zoals verzameling in speciale gele containertjes die het
logo van RMA dragen, lengte van bewaring, geen vermenging, verzegeling, etc.




77
Vlaams Reglement voor het duurzaam beheer van afvalstoffen en materiaalkringlopen.
78
Materialen die niet hoofdzaak maar wel integraal zijn in een productieproces en die zonder speciale behandeling rechtstreeks
gebruikt kunnen worden in een ander productieproces (bv delen van vlees die niet voor menselijke consumptie geschikt zijn maar wel
gebruikt kunnen worden als diervoeding).
79
Wanneer afval voldoende behandeling heeft ondergaan om niet meer als afval beschouwd te worden. Afval dat het statuut van
afvalstof verloren heeft bv compost (bv. van digestaat, vorm van slib), ijzer, staal, glas. Indien men echter geen afnemer voor het
compost vindt wordt het einde afval terug een afvalstof.
80
Constructie is de grootste vervuiler met 36% van het afval in de OECD, gevolgd door de industrie (manufacturing) met slechts 10%
en huishoudens met 9%. Slechts 4% kwam van de landbouw, bosbouw en visserij.
59

, • Schema valt te reproduceren (examenvraag).




• Het materialendecreet beschrijft ook de definitie van een afvalstof (is overigens in veel landen dezelfde definitie bv
VK). Een afvalstof is elke stof of voorwerp waarvan de houder zich ontdoet (EoL product /afgedankt product),
voornemens heeft er zich van te ontdoen of van de wetgever moet ontdoen. Ontdoen staat centraal hier, men kijkt
naar het gedrag van de eigenaar. Ontdoen betekent afdanken (ENG: discard) en is inherent niet tegen betaling.

• VLAREMA heeft geen bevoegdheid over afvalwater dat geloosd wordt in een openbare riolering al dan niet
oppervlakte waterlichaam.. Als ze niet via een openbaar riool vervoerd wordt (bv camion) valt afvalwater wel onder
de afvalstoffenwetgeving en wordt bet bestempeld als vloeibare afvalstof.

• Niet alles is mooi onder te verdelen in huishoudelijk afval en bedrijfsafval. Korven op de openbare weg behoren
volgens de wet tot huishoudelijk afval (al kan men hier met argumenten voor het tegendeel komen. De kost komt bij
burgers volgens de vervuiler betaalt81). Echter bij dorpskernen heeft men vooral kleine zaken en minder huizen. Afval
van kleine ondernemers wordt daarom aangeduid als ‘vergelijkbaar bedrijfsafval’. Bedrijfsafval dat in samenstelling
en hoeveelheid vergelijkbaar is met huishoudelijk afval (bv max 60kg restafval per tweewekelijkse inzameling). Het is
dus steeds goed kijken in een dorpskern of het afval nu HA of BA is.
o Er geldt ook het EU principe van zelfvoorziening dat oplegt dat elke lidstaat of regio voldoende capaciteit
moet hebben om het eigen afval te behandelen en verwerken. Dit minder om lokale verantwoordelijkheid te
promoten maar om grensoverschrijdende (cross-border) transporten die mogelijks milieuschade meebrengen
te voorkomen.




81
Komt bij de burgers door een gemeentelijke belasting.
60

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

√  	Verzekerd van kwaliteit door reviews

√ Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper StudentUASEW. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 53340 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€3,49
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd