Begrippenlijst Communicatiewetenschap
Hoofdstuk 1
Materiële tekenvorm Hoe materialiseert een teken zich?
Semiotiek Overkoepelend veld, het leren van tekens,
hoe zijn die tekens op elkaar afgestemd?
Fonologie Interesse voor de kleinste eenheden (vb.
klanken)
Syntaxis Structuren, patronen van een zin
Semantiek Relatie tussen teken & betekenis
Pragmantiek Relatie tussen tekengebruiker en betekenis
Intensie Alle mogelijke criteria waaraan een bepaald
object/voorwerp/persoon moet voldoen
opdat je die term kan toepassen (maw wat
zijn de kenmerken/eigenschappen die iets
moet bezitten opdat je de term zou kunnen
toewijzen aan iets) VB: Romantische
komedie = liefde, romantiek, drama, happy
end, heteroseksuele relatie…
Extensie Alle mogelijke voorwerpen/objecten die
terecht dat label/term kunnen dragen:
klasse/verzameling van zaken die alle
mogelijke eigenschappen van de intensie
hebben voldaan VB: Romantische
komedie = veel films met Hugh Grant
Signifiant/Betekenaar Tekenvorm, de materiële vorm waarin het
teken tot uiting kan komen/drager van
betekenis (wat we waarnemen)
Signifié/Betekende Definitie die je terugvindt op Wikipedia, het
begrip zelf Relatie op afspraak
Referent Fysiek object waarnaar het teken verwijst
(niet elk teken heeft een referent)
Primair betekenisniveau SE, de Wikipediadefinitie
Secundair betekenisniveau Mogelijke connotatie
Evaluatieve lading Negatieve/positieve connotatie?
Referentiële lading Betekenis is variabel van persoon tot
persoon
Tekensystemen Wat zijn de relatie van tekens?
Tekenindelingen Wat bestaat er allemaal van tekens?
Classificatie
Paradigma De verticale relatie, de klasse van tekens die
allemaal bij elkaar horen omwille van
gemeenschappelijke kenmerken (vb. De
man, de vrouw of de bakker?)
Syntagma De horizontale relatie, tekens betekenisvol
1
, combineren met elkaar (vb. De vrouw koopt
een huis)
Feedback De reactie van de ontvanger naar de
communicator
Feedforward Op voorhand anticiperen als communicator
wat je publiek zal doen
Selectie Je laat informatie selectief achterwege
Copresence Is je ontvanger hoorbaar/zichtbaar voor de
communicator?
Externaliseren Omzetten in tekens naar de buitenwereld
Encoderen Externaliseren van vb. “b-o-o-m” door de
communicator
Decoderen Ontcijferen, toekennen van betekenis door
de ontvanger
Dominante/hegemonische decodering De ontvanger kent dezelfde boodschap toe
(=preferred reading) als de communicator het bedoelde
Aberrante decodering (=opposite/ counter- De ontvanger kent een volledig andere
hegemonic reading) betekenis toe dan de communicator het
bedoelde
Onderhandelde decodering (=negotiated De ontvanger gaat grotendeels mee in het
reading) verhaal van de communicator, maar er zijn
altijd zaken die hij niet volgt; hij/zij heeft
een afwijkende interpretatie
Digitale code Een combinatie van letters en cijfers, iets
dat je moet aanleren
Analoge code Beeldende taal, bevat veel betekenissen
naar waar het verwijst
Kanaal Materiële/fysische drager van een signaal
Signaal Bepaald drager van teken
Medium Zorgt ervoor dat je de beperking die een
kanaal heeft kunt overstijgen
Externe ruis Maakt geen deel uit van het
communicatieproces
Interne ruis Maak wel een deel uit van het
communicatieproces
Assimileren van een boodschap Je hoort alleen wat je wilt horen
Auteurs soorten communicatiemodellen Laswell Shannon & Weaver Newcomb
Schramm Gerbner Jacobson
Oomkes
Imbrication Mensen gaan op zoek naar overlap in
interesses/ideologie/smaken/voorkeuren…
hoe meer overlap dat er is, hoe sterker
de relatie
Transactionele visie Vanuit je eigen ervaring ga je een andere
betekenis toekennen aan iets
Psychofysische visie Fysiek proces van waarnemen via de
2
, zintuigen
Communicatiesituatie Fysieke, sociale omgeving waar
communicatie plaatsvindt (vb. op café)
Communicatiecontext Idee dat een boodschap in relatie staat met
andere boodschappen; netwerk een
tekst staat altijd in relatie met een andere
tekst
4 visies van McQuail op communicatie 1. Transmissievisie
(Functionalistische mediatheorie) 2. Rituele visie (expressiemodel)
3. Attentievisie (publiciteitsmodel)
4. Receptievisie (Encoding-Decoding
model)
Instrumentele kijker naar tv Rationeel kijken, wil informatie ontvangen
Rituele kijker naar tv Kijken voor de sociale component,
familieband versterken
Commoditeit Iets dat je kunt kopen/verkopen
Polysemie Open boodschap met verschillende
betekenissen
2 theoretische scholen van John Fiske 1. Processchool
2. Semiotische school
Acts of communication Daad, handeling, iemand die een actie
onderneemt om te communiceren
Works of communication Werken vb. beeldhouwwerken, teksten…
Intrapersoonlijke communicatie Communiceren met jezelf
Reflexiviteit Een individu kan zich inleven in het
standpunt van iemand anders, je kan je
inbeelden wat die persoon zou doen/
zeggen…
Interpersoonlijke communicatie 2 of meer mensen in dezelfde tijd & ruimte
die met elkaar communiceren, er is een
individuele sociale relatie, privaat karakter
Massacommunicatie Vanaf het moment dat je groep te groot
wordt waartoe je naar communiceert & er
geen individuele sociale relatie meer is
Metataal Communiceren over communicatie, hoe
moet je een boodschap interpreteren?
Indexicale informatie Info over de communicator die de
ontvanger non-verbaal meecommuniceert,
hij moet het niet zeggen, maar je kan het
wel uit de boodschap afleiden
Mehrabians regel De boodschap wordt voor 55% bepaald
door non-verbale communicatie, 38% door
tone of voice en maar 7% door effectief
woordgebruik
Verbale incongruentie Het verbale is niet congruent met het non-
verbale
Emotional mimicry Je gaat aan imitatiegedrag doen, je gaat het
3