Functieleer
Hoorcollege 1: 27/09/2023
Functies vb. waarneming, geheugen, aandacht…
Cursustekst ‘functieleer deel 1’ via cursusdienst (niet acco)!!! (in hoorcolleges illustraties en
vb)
Hoofdstuk 1: situering van psychologie als
wetenschap en functieleer als basisdomein
1.1 Oorspronkelijke definitie van psychologie vanuit traditionele
opvattingen over het geest-lichaam probleem
Oorsprong psychologie: samenvoeging Griekse begrippen ‘psyche’ (= ziel / geest) en ‘logos’ (=
woord / verhandeling kennis / kunde)
Psychologie = zielkunde / wetenschap van de geest
Opm ziel / geest: = vaag Engels: mind
Plato: vrije wil is onderhevig aan de geest / ziel, er is samenhang tussen geest en lichaam
“mind-body problem”
Descartes (1596-1650): dualisme (= geest en lichaam zijn gescheiden)
“res cogitans” vs “res extensa” (= denkvermogen vs lichaam)
Interactie tussen geest en lichaam gebeurd in pijnappelklier (=epifyse) (centraal in brein
tussen de 2 hersenhelften)
Eigenlijk melatonineproductie door epifyse theorie fout
Afb 1 dia 41 pijn is een gevoel veroorzaakt door stimulatie huid die naar de hersenen
gevoerd wordt (= samenwerking lichaam – geest)
Afb 2 dia 41 Waarneming: prikkel wordt door hersenen omgezet in een waarneming
dan pas kan een respons gebeuren
Pupilgrootte slide 42:
- Reflexmatige controle hoeveelheid lichtinval = puur lichamelijk verschijnsel, volgt fysische
wetten (vb voor spiegel in donker, dan licht aan eerst klein, dan groot)
- Of afhankelijk van interesse = mentaal fenomeen, heeft psychologische aspecten (interactie
tussen beeld en persoon) wordt ook gebruikt in reclame (vrouwen in vb auto reclame:
grote pupillen zodat man zich begeerd voelt) (Vb Mondriaan schilderij)
Monisme: geest en lichaam zijn 2 aspecten van 1 entiteit
2 versies:
- Materialisme:
- * ontologisch = materialisme: alleen het fysische bestaat echt
- * epistemologisch = reductionisme: alleen het fysische kunnen we bestuderen, kennen en
begrijpen
, - Idealisme
- * ontologisch = panpsychisme: alles in de natuur heeft een ziel
- * epistemologisch (extreme variant: idealisme solipsisme): we kennen de werkelijkheid
enkel via onze zintuigen en ons denken
Fechner (1801-1887) = grondlegger psychofysica
Verwerpt cartisiaans dualisme van lichaam en geest
Aanhanger panpsychisme
Geest en lichaam 2 fasetten van hetzelfde = monistische visie op relatie van het fysische en
psychische (vb tegelijk hol (vanbinnen uit) en bol (vanbuiten uit) bij bal)
Psychofysica = relatie tussen psychische en fysische, de exacte wetenschap van de functionele
relatie tussen lichaam en geest
Boek “Elemente der Psychophysik” (1860) = start psychofysica en mijlpaal in de ontwikkeling
van de psychologie als wetenschap
1.2 Hedendaagse definitie van psychologie vanuit de visie op
complexiteit van de psychologie
Hedendaagse opvatting:
- Mentale processen gebonden aan fysische systemen, maar niet te reduceren tot fysische
processen
- Psychologie = de wetenschap van het gedrag en de factoren die het gedrag beïnvloeden (zgn.
gedragsdeterminanten)
Zowel fysisch als mentaal
Zowel zichtbaar als verborgen (“black box”)
Vaak meerdere factoren
Vaak complexe wisselwerking (interacties, dynamiek)
Dia 53: quote Ivan Pavlov: “Don’t become a mere of facts, but try to penetrate the mystery of their
origin” alleen observeren van gedrag is niet genoeg om het te begrijpen
Voorbeelden van studies:
1. Roschach (1884-1922): inktvlekkentest iets zien in een inktvlek waardoor je iets over een
persoon kan afleiden, persoon projecteert elementen van zijn persoonlijkheid in zijn
antwoorden
Elke betekenisloze prikkel moet komen van de persoon zelf
Wat doet de inktvlekken werken?:
- Vlekken geen afbeelding van bestaande dingen, maar zijn niet totaal vormloos
- Grafische elementen vb. vorm, symmetrie, beweging, achtergrond, kleur, schaduw
Vorm:
Moeten voldoende vaag zijn om meerdere interpretaties toe te laten, maar niet te
vaag anders gewoon inktvlek
quote dia 62: we zoeken in onze hersenen een geheugenbeeld dat een overeenkomst
vertoont met de inktvlek ‘duurt enkele sec) interpretatie komt tot stand)
Bevat gehele afzonderlijke componenten en kleine details
Pareidolia: gezichten of dieren herkennen in bv wolken vb duivel in rookwolk twin-
towers
Symmetrie:
, Vernietigd indruk van toeval
Makkelijk te interpreteren door geïnhibeerde personen = mensen die niet durven
zeggen wat ze zien, die bang zijn om hun ziel bloot te leggen (leiden tot sym fig zoals
vlinders, vleermuizen…)
Andere aspecten:
Beweging (M response)
Figuur-achtergrond, witruimte
Kleur vb rood: bloed en geweld “color shock”: meer emotionele responses
- Bespreking:
De interpretatie van een onduidelijke prikkel wordt door meerdere processen beïnvloedt:
Verwerking van “input” beeld
Geheugen (oproepen beelden gekende voorwerpen)
Emotionele reacties
Interpretaties ifv persoonlijkheid, verlangens, onbewuste drijfveren…
Psychologie is nomothetisch of ideografisch (klinisch vooral ideografisch)
Nomothetisch: algemene wetten (voor iedereen hetzelfde)
Ideografisch: specifieke factoren (individueel verschillend)
2. Hawthorne onderzoek (Plaats in VS, 1920) (arbeiderspsychologie)
Hoe arbeiders meer doen produceren?
Hypothese: verbeterde werkomstandigheden verhoogde arbeidstevredenheid
verhoogde productie
Dia 69: werkomstandigheden (externe factor), arbeidstevredenheid (relatie, schakel),
productiviteit (factor in gedrag)
Na verbeterde werkomstandigheden inderdaad verhoogde productie
Na terug schrappen goede werkomstandigheden toch goede productiviteit
Door deelnemen aan onderzoek arbeiders ondervonden waardering / erkenning
verhoogde productiviteit
Oorzaak verhoogde productiviteit was niet de verbeterde werkomstandigheden, maar de
erkenning / waardering
WC-DiP = wetenschappelijk correct denken in de psychologie
Plausibele (= waarschijnlijke / aannemelijke) verklaring niet altijd juist
Altijd controle nodig
Vaak meerdere verklaringen mogelijk
“Popper’s falsification” = niet enkel zoeken naar bevestiging van hypothese, ook proberen om
hypothese te weerleggen
Hoorcollege 2: 28/09/2023
Inschrijven werkcolleges!
, S = structuur
3. Betula studie: Zweedse studie over achterhalen welke factoren bepalend zijn voor “succesvol
ouder worden” (vroegtijdig opsporen dimentie)
Grootschalig populatie onderzoek
Longitudinaal = zelfde mensen worden onderzocht op meerdere tijdstippen
Cross-sectioneel = onderzoekers onderzoeken op 1 bepaald tijdstip 1 aspect
Dia 9: T = tijdstip, S = steekproef
Cognitieve variabelen taken ivb met geheugen
Niet-cognitieve variabelen lichaamsfuncties (vb. stress, hormonen)
Variabelen tussen cognitief en niet-cognitief (vb. opleidingsniveau, sociaal leven)
Resultaten:
Stroke = hersenbloeding bij succesvolle ouderen niemand hersenbloeding, hoe minder
succesvol hoe meer ouderen een hersenbloeding
Vrouwen worden gemiddeld succesvoller ouder
Hoe beter opgeleid, hoe succesvoller ouder worden
Kans op succesvol ouder worden hangt af van eigen tanden hebben (MAAR: nog tanden
hebben kan samenhangen met financiële middelen hangt samen met jaren gestudeerd)
Mensen die gestudeerd hebben leven gemiddeld gezonder worden succesvoller ouder =
correlaties
WC-Dip:
Complexe samenhang tussen onafhankelijke en afhankelijke variabelen = correlatie
Correlatie is niet gelijk aan causatie (oorzakelijke verbanden)
Vuistregel: “Ocam’s razer” een eenvoudige verklaring met zo weinig mogelijk factoren is
meestal de beste
Dilthey (1833-1911):
- Onderscheid natuurwetenschappen en menswetenschappen
- Natuurwetenschappen: gericht op verklaren (= erklären) van wetmatigheden in de natuur
(krachten van buitenaf vb zwaartekracht)
Natuurfenomenen te erklären doordat externe krachten die van buitenaf op levenloze
materie inwerken onveranderlijk zijn
Laat herhaling in laboratoriumomstandigheden toe waardoor wetmatigheid achterhaald kan
worden
- Menswetenschappen / geesteswetenschappen: gericht op begrijpen van de mens en zijn
geschiedenis (geen vaste wetten ondergaan evolutie)
Geen product van krachten, maar voortbrengsel van langdurige samenwerking tussen
mensen
Levende systemen met interacties tussen mensen onderling en de complexe systemen die ze
voortbrengen
- Besluit: natuurwetenschappelijke benadering ongeschikt voor bestuderen menselijke
werkelijkheid
- Implicaties psychologie:
Totale ervaring moet tot onderwerp komen, niet ervaring beperkt tot aantal factoren in labo