POSITIEVE PSYCHOLOGIE
Inhoud
LES 1: Inleiding........................................................................................................................................2
LES 2: Hoop en optimisme......................................................................................................................4
LES 3: verwachtingen van de eigen effectiviteit + zelfrespect + positieve emoties.................................7
Les 4: veerkracht en geluk....................................................................................................................13
Les 5: groeimindset + dankbaarheid + flow..........................................................................................18
Les 6: verbondenheid en overige familieleden Neurowetenschap en positieve psychologie...............23
Les 7: Probleemgerichte vs oplossingsgerichte psychotherapie...........................................................27
Les 8: de psychotherapeut + kinderen..................................................................................................35
Les 9: Ouderen en werk........................................................................................................................38
LES 10: van stress naar veerkracht........................................................................................................42
LES 11: van stress naar veerkracht en stressmanagement....................................................................48
1
,LES 1: Inleiding
Het Nikki-principe
- Voorloper: William Grant study (1937)
- Grondlegger: Martin Seligman
- Focus op sterke kanten ipv op zwakke kanten!
- Psychologie: even veel aandacht voor wat mensen gelukkig maakt als voor wat mensen
ongelukkig maakt.
Wat is positi eve psychologie
Uitgangspunt: Geluk is niet het gevolg van alleen de juiste genen of toeval, maar het is te vinden door
het identificeren en gebruik te maken van de sterke kanten die iemand al bezit.
- PP wil de bestaande theorieën niet vervangen, maar wil ze aanvullen en komen tot een beter
balans in aandacht voor pieken en dalen in menselijk bestaan
- Gezondheid ≠ afwezigheid van ziekte
- Gezondheid = aanwezigheid van welbevinden
Vroeger vooral bezig met problemen, klachten en symptomen en hoe deze verminderd konden
worden. = weerspiegeling tijdsgeest, waarin aandacht ging naar problemen en beperkingen. Sinds
jaren ’90 richten ze zich op krachten, ipv klachten. Men heeft aandacht voor de momenten waarop
klachten minder of niet voorkomen en hoe de cliënt hierin slaagt.
Basisvraag: hoe kunnen we het beste uit onszelf en de ander halen?
- Focus: wat gaat er goed?
- Nadruk op de factoren die de draagkracht van de cliënt kunnen bevorderen
- Belangrijke namen: Seligman en Csikszentmihalyi, Fredrickson
- Opkomst: eind jaren ‘90
Sterke kanten en zelfvertrouwen
= geloven in jouw eigen kunnen: waar je goed in bent
= positieve focus op sterktes en talenten kan zelfvertrouwen doen groeien
Uitgangspunten sterkekantenbenadering
- Mogelijkheden voor individuele en professionele ontwikkeling => focus op successen,
persoonlijke kwaliteiten en sterke kanten van mensen om verandering mogelijk te maken.
- Iedereen heeft sterke kanten
- Start vanuit goede eigenschappen
o Motivatie stijgt
o Groei wordt bevorderd
Classifi cati e
- Geen algemeen geaccepteerd classificatiesysteem
- Wel methoden om sterke kanten te identificeren:
o VIA Signature Strengths Test
Seligman
24 sterke kanten, ingedeeld in 5 deugden (of ‘karakterkrachten’)
Doel: universeel classificatiesysteem van deugden en sterke kanten
Resultaat: 5 sterke kanten gerangschikt van meest naar minst op jou van
toepassing
2
, o StrengthsFinder
Doel: ontdekken wat je talenten zijn en hoe je deze bewuster kan gebruiken
in je werk.
Iedereen heeft een unieke combinatie van 34 talenten.
Resultaat: jouw 5 meest ontwikkelbare talenten
o R2 Strengths Profiler
60 sterke kanten of ‘persoonlijkheidskrachten’ in 3 dimensies: competentie,
energie en het gebruik.
Onderscheid in ‘potentiële (unrealised)’ en ‘manifeste (realised)’ sterke
kanten
o Talentenwijzer
Ontwikkeld voor hoger onderwijs
Zo kan een stimulerend leerklimaat gecreëerd worden waarin studenten het
beste uit zichzelf kunnen halen.
Onderzoek
- Linley, Nilsen, Gillet en Biswas-Diener (2010)
o Mensen die meer gebruik maken van hun sterke kanten
Meer zelfvertrouwen en welbevinden
Hogere ervaren competentie
Meer realisatie van doelen
- Seligman en Csikszentmihalyi (2000)
o Sterke kanten fungeren als buffer tegen psychische stoornissen
- Sheldon, Jose, Kashdan en Jarden (2015):
o 10 belangrijkste sterke kanten bij bereiken van doelen en welbevinden:
Nieuwsgierigheid - Idee van controle over goede en slechte gebeurtenissen -
Aanwezigheid van zingeving – Volharding – Dankbaarheid - Gebruik van
sterke kanten - Neiging tot plezier maken - Neiging tot betrokkenheid -
Neiging tot zingeving - Genieten van het moment
Samenhang
- Combinatie van twee sterke kanten verkleint risico op suïcide
(Kleiman, Adams, Kashdan en Riskind, 2013):
Volwassenen: volharding en dankbaarheid
- Zelfdeterminatietheorie (Ryan & Deci, 2001)
o Behoefte aan competentie
o Behoefte aan autonomie
o Behoefte aan verbondenheid en acceptatie
Samenvattende vragen:
Leg in eigen woorden uit wat de kern is van positieve psychologie.
Welke methoden kunnen gebruikt worden om sterke kanten te identificeren?
Welke persoonlijkheidseigenschappen zijn buffers tegen ziekte?
3
, LES 2: Hoop en optimisme
Hoofdstuk 2: optimisme
Opti misme is te leren
Seligman: onderzoek naar depressie
- Aangeleerde hulpeloosheid
o Experimenten met honden: blootstelling aan oncontroleerbare schokken zorgden
ervoor dat honden passief werden en symptomen ontwikkelde die leken op
depressie
o Ook bij mensen: mensen ontwikkelen verwachtingen over het optreden van
tegenslagen in hun leven, deze verwachtingen zijn goede voorspellers van gedrag
o Verwachting dat tegenslag gaat aanhouden en dat je er niets tegen kan doen zorgt
voor angst, passiviteit, depressie, … <-> verwachtingen van controle zorgen voor
volhouding en veerkracht
- Wat we verwachten, bepaalt voor een deel wat er met ons gebeurt
de gedachte van controle of niet gaat bepalend zijn voor ons gedrag
gevoel van controle: we zijn veerkrachtiger en komen krachtiger uit situatie
- Aangeleerd optimisme: sommige honden bleven zoeken naar uitweg en werden niet
depressief
Opti misme: att ributi esti jlen
= factoren waaraan mensen goede en slechte gebeurtenissen toeschrijven en welke verklaringen ze
ervoor geven.
Attributiestijl:
Tijdelijk, specifiek en extern
Stabiel, globaal en intern
Manieren om naar gebeurtenissen te kijken:
- Negatieve gebeurtenissen
o Pessimistisch: stabiel, globaal, intern
‘ik ben niet goed in wiskunde, ik snap het nooit’
o Optimistisch: tijdelijk, specifiek, extern
‘de test lukte niet, omdat die veel te moeilijk was’
- Positieve gebeurtenissen
o Pessimistisch: tijdelijk, specifiek, extern
‘gewoon geluk gehad’
o Optimistisch: stabiel, globaal, intern
‘gelukkig ben ik zo goed in wiskunde’
Pessimistische denkstijl leidt tot verwachtingen van hulpeloosheid
Wat bepaalt of iemand een optimistische of pessimistische instelling heeft?
25% genetische aanleg
Succes- en faalervaringen + reacties van ouders + leeftijdsgenoten hierop
Hechting
Duurzame, affectieve relaties hoger optimisme
Traumatische ervaringen lager optimisme
4