TW: Namenlijst
NAAM THEORIE
H1: DISCOURS ALS COMMUNICATIE
De Saussure Formele generatieve taalkunde
Taal als tekensysteem
Tweeledig: langue – parole
> taalkunde moet zicht uitsluitend bezig houden met
de langue
> de relatie tussen een (taal)vorm en zijn betekenis
is volledig willekeurig (en niet logisch)
Bühler Drieledige tekenrelatie
> contextuele factoren: zender – object – ontvanger
3 functies van tekens
> symptoom, symbool, signaal
=> betekenis wordt bepaald door emotionele
toestand van zender en verwachte acties van de
ontvanger
Peirce Tekenrelatie: drieledige relatie
> representamen, object, interpretant
Types van tekens
> icoon, index, symbool
=> relatie vorm-betekenis wordt bepaald door
cognitieve processen
Morris Driedeling van de semiotiek
> syntaxis, semantiek, pragmatiek
=> kijken hoe teken functioneert in communicatieve
context
<-> logisch positivisme (reduceert taal tot logische
relaties tussen abstracte symbolen)
Austin & Searle Locutie, illocutie, perlocutie
Focault Politieke, institutionele en culturele aspecten van
betekenisconstitutie
Shannon & Weaver Klassieke zendermodellen
> mechanisch model obv codering en decodering
> informatiebron, boodschap, zender, signaal,
communicatiekanaal, ontvangen signaal, ontvanger,
boodschap, bestemming
Herbert Clark Common ground
1
, Using Language > initial common ground, current state of the joint
activity, public events so far
Brown & Levinson Beleefdheidstheorie, face
3 contextuele factoren die beleefdheid uitdrukken
> sociale afstand, machtsafstand, mate van
impositie
Lasswell Mediatheorie
> communicator, boodschap, medium, publiek,
effect
> analyses: control, content, media, audience, effect
Roman Jakobson Context + code
> zender, boodschap, medium, bestemmeling,
functies, context, code
> functies: expressief, poëtisch, fatisch, conatief,
referentieel, metalinguïstisch
> verschillende tekstsoorten onderscheiden
naargelang welk aspect het meest prominent
aanwezig is
H2: DISCOURS ALS TEKST EN CONTEXT
Harris Structuralistische discoursanalyse
> als inspiratie voor 7 criteria voor teksten
> cohesie (<-> coherentie)
Bloomfield Structuralisme
> een formalistische methodologie leidt tot
efficiëntere taalbeschrijving
De Beaugrande, Dressler het cognitieve project van de tekstlinguïstiek:
Introduction to text > 7 criteria voor teksten
linguistics > cohesie, coherentie, informativiteit,
intentionaliteit, aanvaardbaarheid,
situatiegebondenheid, intertextualiteit
Halliday Systemisch functionele grammatica
Sociaal-semiotisch discoursproject
> koppelt aspecten van communicatieve context
aan talige, tekstuele eigenschappen van teksten
> semiotisch systeem + context + functionele
taalkunde
> 3 metafuncties van taal en tekst
> ideationeel (field), interpersoonlijk (tenor),
2