Dit document bevat nota's van alle lessen gedoceerd door professor Maresceau (4 van de 10 lessen) voor het vak verdiepend vennootschapsrecht. De nota's bevinden zich telkens onder de bijbehorende dia wat zorgt voor een redelijk uitgebreid document qua pagina's.
Nieuwe vennootschapsrecht = fundamentele omwenteling
- WVV : belangrijke wijzigingen in verschillende vennootschapsvormen
Voornaamste doel: België over zeer flexibel modern vennootschapsrecht beschikken
=> vennootschap boetseren naar mate van eigen behoeften (niet dwingende/
efficiënte regels) => maatwerk
Zowel voor vennootschappen, verenigingen en stichtingen
Reeds enkele wijzigingen, 28 april 2002 (voornamelijk van belang voor de genoteerde
vennootschappen zie gastcolleges ) + wet van 29 maart 2023: nieuwe wetgeving die
specifiek van belang is voor de grensoverschrijdende structureringen van
vennootschappen => vennootschapsrecht is aan veel wijzigingen onderhevig
6
, Kernpunten hervorming vennootschapsrecht
Deel 5: EU-
vormen
(c) F. Hellemans
7
Nieuwe vennootschapsrecht focus op BV (=standaardvorm van vennootschappen,
voorganger bvba) – zou dienstig moeten zijn voor meeste ondernemingen in dit land
=> zeer flexibel (heel snel oprichten met weinig kosten, heel veel vrijheid om
aandeelhoudersafspraken, uitkeringen mogelijk maken) in BV geen maatschappelijk
kapitaal => heel wat wettelijke gedragsregels op vlak van uitkeringen, oprichtingen,
minimumkapitaal (dit dus niet bij BV, wel NV)
7
, Met “reductie” van aantal vennootschapsvormen
tot gevolg
8
Flexibiliteit leidt ertoe dat er aantal vennootschapsvormen onder de oude wetgeving werden afgeschaft, maar met korreltje zout nemen
Bestaande vennootschapsvormen
- maatschap (= zuiver contract, niet meer niet minder- 2 ondernemers die samenwerken aan gemeenschappelijk doel, winst proberen maken en
uitkeren aan de maten, zonder rechtspersoonlijkheid = zeer flexibel, wijziging mits unanimiteit (deelnemers in de maatschap))
= onbeperkt aansprakelijk
- VOF (= vennootschap onder firma)
= maatschap met rechtspersoonlijkheid verkregen door de oprichtingsakte neer te leggen op de griffie van de ondernemingsrechtbank (voordeel
RPH: VOF als zelfstandige activiteit in het rechtsverkeer)
Soms VOF boven BV voor fiscale doeleinden: RPH – alle inkomsten door vennootschap gegenereerd worden onder de vennootschapsbelasting
belast (25%, onder bepaalde voorwaarden 20% = veel interessanter om laten te belasten onder vennootschapsbelasting en dan dividenduitkering)
- commanditaire vennootschap
Vergelijken met VOF die een bijkomend soort aandeelhouder heeft omdat men in die comm. V. onderscheid maakt tussen stille en beherende
vennoten (beherende: treden naar buiten toe op als zaakvoerder, zijn onbeperkt aansprakelijk voor de schulden van de comm. V. = zelfde situatie
als aandeelhouder/ vennoot in VOF, maar naast beherende ook stille: participeren enkel in de Comm. V. (aandelen) zonder operationeel actief te
zijn (zijn slechts beperkt aansprakelijk voor de schulden van de Comm. V. – grootste risico is dat zij hun inbreng verliezen)
=> eerste 3 zijn niet de focus van de cursus, weinig aan te regelen want geen bekommernissen van SE-bescherming. SE – medecontractanten gaan
zich op grond van de goede trouw moeten verhalen op vermogen van vennootschap, voor volledige bedrag gaan verhalen op privé vermogen van
aandeelhouders
Bij beperkte aansprakelijkheid wel bekkommernissen van SE-bescherming (enigste verhaalsobject is vermogen van die vennootschap)
- NV
- BV (vroeger: bvba)
- CV (coöperatieve vennootschap)
Vroeger werd deze heel veel gebruikt in de praktijk, want onder oude recht: CVBA was meest flexibele vennootschapsvorm die je had op dat
ogenblik (vrije intrede en uittrede van aandeelhouders), werd heel vaak gebruikt door vrije beroepers (bv. advocatenkantoren) => nu is BV heel
flexibel geworden (bepaalde kenmerken zijn overgenomen in reglementaire karakter van besloten vennootschap => geen CVBA meer nodig (dus
afschaffen, maar politiek moeilijk). CV – toegang is beperkt, weinig over zien in les: reden? Zelfde regels als BV (grotendeels)
Europese vennootschapsvormen
- SE: Europese vennootschap
- SCE: Europese coöperatieve vennootschap
- EESV: Europees Economisch Samenwerkingsverband
=> wordt niet besproken, komen te weinig voor
In vergelijking met oude vennootschapsrecht: afschaffing
- CVOA
- Comm. VA
-tijdelijke en stille handelsvennootschap
-ESV
=> minder in theorie maar in praktijk kunnen ze geïmplementeerd worden in overblijvende vennootschapsvormen
8
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper MarieVdp. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €9,66. Je zit daarna nergens aan vast.