HS1: Controle van beweging
1. Motorische controle en motorisch leren: definiëring en
domeinbepaling
Motorische controle: processen die een rol spelen om tot een actie/beweging te komen.
Op dit bepaald moment
Motorisch leren: verandering in proces van motorische controle in loop van tijd.
Gestuurd door intrinsieke/extrinsieke factoren
Motorische ontwikkeling is eigenlijk het motorisch leren van baby tot volwassene
2. Motorisch gedrag en motorische controle
2.1 Motorisch gedrag
Gedrag dat tot stand wordt gebracht door het uitoefenen van spierkrachten die inwerken op de
ledematen of andere lichaamsdelen.
Niet per se bewegen, wel spiercontractie als basis van motorisch gedrag (hoofd rechtop houden)
Menselijk motorisch gedrag is adaptief aan omgeving (robotarm lak spuiten)
Menselijk motorisch gedrag is doelgericht, motorisch probleem oplossen (soms deeltaken)
Niet verdeelbaar in deeltaken? -> Elementaire actie
Motorische fit zegt dat het motorisch gedrag aangepast moet worden aan de omstandigheden. In
verschillende omstandigheden, is er een verschillend motorisch gedrag vereist voor dezelfde uitkomst
te behalen.
Motorische fit + adaptief gedrag = motorische equivalentie. (2 bewegingen/spierpatronen/… zijn
equivalent als ze tot hetzelfde resultaat leiden ook al zijn ze verschillend op andere domeinen)
2.2 Vrijwillige en doelgerichte bewegingen
Vrijwillig (motorisch) gedrag: motorisch gedrag dat wordt uitgevoerd met een bewuste intentie om
iets te bereiken. ↔ Onvrijwillig (motorisch) gedrag. (NIET gedwongen gedrag, je beseft wel wat je
doet)
Onvrijwillig motorisch gedrag: reflexmatige bewegingen (bv pupilreflex). Alhoewel pupilreflex
duidelijk doel heeft, beschouwen we de bewegingen van de oogspieren niet als doelgericht. Heeft te
maken met adaptief vermogen en volharding in geval van falen. (Reflexpatronen zijn stereotiep en
niet adaptief, volharding in geval van falen kan alleen als het vrijwillig gebeurt?)
2.3 Controle van vrijwillige en doelgerichte bewegingen
Sensorimotorisch principe: zintuigelijke waarnemingen essentieel voor uitvoeren van doelgerichte
bewegingen! (Gerelateerd aan adaptibiliteit en volharding in geval van falen!)
Perceptie: integratie van verschillende waarnemingen tot betekenisvolle informatie; bepaalt onze
acties!
, 3. Hoe komt beweging tot stand? Historische visie
Geen enkele enige is de juiste, eerder een combinatie van alle bv:
Stimulus – respons theorie (Pavlov): (bewegings)gedrag = reflexmatig. Stimulus lokt respons
uit
Dynamische Systeem Theorie: intrinsieke en extrinsieke factoren spelen een rol in het tot
stand komen van beweging
Centrale Patroon Generatoren: CPGs zijn functionele eenheden van neuronen in CZS die
verantwoordelijk zijn voor cyclische bewegingen (wandelen/lopen/…)
4. Hoe komt beweging tot stand? Geïntegreerde visie
Neuro-mechanisch concept: (doelgerichte) beweging vertrekt vanuit een motivatie/intentie om te
bewegen. -> Zet cascade in gang op neuraal niveau, activatie α-motorneuronen, α-motorneuronen
innerveren skeletspiervezelbundels, contractie spieren, genereren spierkracht.
4.1 Neurale controle
Neurale controle: verwijst naar alle processen die zich afspelen in het zenuwstelsel. (Start in
hersenen).
Hersenen vormen schakelstation tussen input en output.
Afferente banen registreren zintuigelijke info (3)
Prikkels verwerken tot betekenisvolle info (2)
Info wordt geïntegreerd (1)
Leidt tot definitie motorisch probleem (1)
Bewegingsvraag -> actieplan opstellen (2)
Bewegingsuitvoering (3)
-> resulteert in motorische commando’s
Via α-motorneuronen in ruggenmerg naar individuele spieren
CZS: zenuwstelsel omgeven/beschermd door bot (meerderheid v/d neuronen)
PZS: zenuwstelsel niet omgeven door bot
o Autonoom: hartslag, ademhaling, vertering, …
o Somatisch: interactie met buitenwereld (perceptie & actie)
Bouwstenen ZS is neuronen, indelen o.b.v. vorm (unipolair, bipolair of multipolair) of o.b.v. functie
(sensorische neuronen, motorische neuronen of interneuronen). Communiceren via elektrische of
chemische synaps. Neuron gaat signaal afvuren d.m.v. actiepotentialen (depolarisatie membraan).
Exciterende en inhiberende neuronen (zie p.15)
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper noahhoremans. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.