Voorbeeld het rijk van Karel V
Spanje - Oostenrijkse erflanden… → groothertogdommen Vlaanderen, Holland…
Versnipperd territorium waar karel V verschillende machtsposities heeft
onafh gebieden waar hij als rex romanorum bepaalde kwesties kan proberen in zijn voordeel
te stellen
Oostenrijkse erflanden zorgen voor veel geld
Aanspreking Karel V:
Kaerle, bij der gracien Gods roomsch keijser, altijt vermeerder sRijcx, coninck van Germanien, van
Castillien, van Leon, van Grenade, van Arragon, van Navarre, van Naples, van Secillien, van
Maillorque, van Sardaine, van den eylanden Indien ende vasten der zee Occeane, eertshertoge van
Oisterijck, hertoge van Bourgondien, van Lotharingen, van Brabant, van Lembourg, van Luxembourg,
grave van Vlaendren, van Artois, van Bourgoingnen, palsgrave ende van Hennegouwe, van Hollandt,
van Zeellandt, van Ferrette, van Hagnenault, van Namen, prince van Zwave, marcgrave des heylicx
Rijcx, heere van Vrieslandt, van den stadt, steden ende lande van Utrecht ende Overyssel, van Salins,
van Mechelen, ende dominateur in Asie ende Affricque, allen denghenen die desen onsen brief zullen
zien, saluyt.
= Territoria van karel V
verschillende machtsposities (dominateur, graaf,…)
Voorbeeld Iberische unie (1580 - 1640): Spanje, Portugal en kolonies
geen duidelijke centrum-periferie, MAAR polycentrisch
Filips de 2e heerst over 2 kronen (kronen blijven apart maar onder één man)
→ versch. hoofdkwartieren in 1 staat, versch. centra = meerdere monarchieën
• ‘Politieke multinational’ waarop geen duidelijk centrum-periferie model van toepassing is
• Geen hiërarchisch gezagspatroon in de vorm van bilaterale relaties tussen centrum en
deelstaten
• Wel te begrijpen als polycentrisch: meerdere centra die alle samen bijdragen aan staats-
vorming
• Heerser wordt door de bevolking gezien als legitieme heerser
naast dynastieke staat of erfelijke monarchie, ook nog andere staatsvormen
- electieve vorstendommen: gekozen door keurvorsten ( HRR; alleenrecht om koning te kiezen)
- geestelijke vorstendommen: naast religieus leider, ook wereldlijk (Pauselijke Staat)
- stadstaten en republieken (Venetië, Nederlandse republiek) (monarch overboord gegooid)
1.3. Wat zijn de ingrediënten van staatsvorming in de vroegmoderne periode?
a. dynastieke allianties
bvb. Habsburgse dynastie → hele NT geregeerd door huwelijkspol.
“Gerant bella alii, tu felix Austria nube” - laat de anderen maar oorlog voeren, jij Oostenrijk bent zo
gelukkig om te trouwen (devies Habsburgers)
Dynastie die aan de macht is probeert zichzelf te bestendigen en zoekt naar nuttige
partners
huwelijkspolitiek
b. militaire agressie
• vroegmodern staatsvormingsproces op gang getrokken door zgn. militaire revolutie
10