Architectuurgeschiedenis:
Inleiding
Grootste deel architectuur evolutie: West-Europa
➔ In navolging van ontwikkelingen in Mesopotamië en Egypte
➔ Elke regio had een eigen bodemgesteldheid en klimaat, waardoor per streek verschillende
grondstoffen werden aangewend voor de ontwikkeling van bouwmaterialen
- Kalksteen en marmer: Oude Grieken
- Hout: Scandinavische landen
- Zuiden van Alpen: Steenbouw in vlakke daken en dikke muren
Noorden: bescherming te bieden tegen koude, regen, sneeuw en nadelige winden.
Zuiden: zochten meer kwaliteiten in open circulatie met zuilengalerijen en atriums, nodig voor
schaduw en verkoeling.
De oude Grieken noemden een bouwmeester een “oer-schepper:
ARHITECTUUR:
➔ Basisbehoefte aan veiligheid:
- Bescherming tegen wilde dieren
- Beschutting
➔ Psychische behoeften
- Eigen huis van een mens, met eigen behoeften, alleen voor hem bestemd
- Bouwen verandert buitenruimte bv. Boerderij, stad maken buit op natuur
Architectuur is zoals geschiedenis, een proces vol toevalligheden, waarin allerlei
omstandigheden elkaar beïnvloeden om een resultaat te verkrijgen. Architectuur is ook een
kunstvorm, die representatief is voor de maatschappij en de wezenlijke en symbolische
afbeelding van zichzelf.
STIJL:
- Oorsprong Latijn: Stilus (handschrift, manier van uitdrukken, wijze hoe iemand schrijft)
- 18de eeuw: woord “stijl verscheen in de kunstwetenschap
- 19de eeuw: stijl als doel van de kunstzinnige productie
Stijl is de samenvatting van alle voor een bepaalde tijd karakteristieke bijzonderheden of
kenmerken. En is kenmerkend voor
- Bepaald tijdperk
- Bepaalde school
- Bepaalde kunstenaar
1
, Bouwstijl: het geheel van kenmerken waardoor gebouwen van een bepaald tijdvak, volk of architect
zich van anderen onderscheiden.
Bouwstijl hangt af van
- Periode of tijd.
- Macht en geld: politiek machthebbers of religieuze geestdrift.
- Klimaat: dit laat zich bv. vertolken in de dakvorm en de grootte van vensteropeningen.
- Regio: ontginning van materiaal, bv. natuursteen,
- Constructieve gewoonten, traditie en gebruiken in bv. baksteen of hout.
- Individuele kunstenaar, kunstenaarsrichting, stroming of “school”.
- Functie van het gebouw, zoals bv.: belfort, stadhuis, gerechtshal = basilica, treinstation,
- Typologie van het gebouw, bv.: kloosters, militair of verdedigend karakter bij burchten,
PREHISTORIE
Oude steentijd vooral naar gekeken in prehistorie 600 v.C.
Ook een bronstijd en ijzertijd, megalieten (reusachtige stenen)
Megalithische tempels op Malta:
Ggantija op Gozo (Malta) (3600-2500 v.C.)
- Aaneenschakeling van hoefijzervormige structuren
(apsissen)
- Gebouwd door “giganten” en is een cultusplaats
Opbouw:
- 2 tempelconstructies ommuurd met stenen wal
- Klaverbladvormig grondplan
- Muren: binnenin blokken opgevuld met kleine stenen
- Centrale gang met halfronde apsisvormige omgangen
Grondplan: zuidelijke tempel (3600 v.C.)
- 5 grote apsissen verbonden door centrale gang
- D grootte apsis 23 m
Grondplan: Noordelijke tempel
- Bevat 4 apsissen ipv 5 apsis gewoon een nis
- Buitenmuur bevat orthostaten (recht opstaande
stenen platen versierd met reliëfs)
- Gericht naar zuidoosten en er waren hier
dierenoffers
2
, Megalithische tempels van Tarxien (3600 – 2500
v.C.)
- Vermoedelijk religieuze en economische
centrum van de Maltese megalietencultuur
- Mogelijk meerdere tempels die in hun
geheel een ‘tempelstad’ vormen
- overal telkens een centrale as en parallelle paren
apissen
- Vroegste tempel (Tijdens Ggantija-fase) had 5
apsissen met een doorgang in de midden
- De andere (tijdens Tarxien-fase)
- Opgebouwd uit binennmuren van ope lkaar
gestapelde stenen met daartussen steenmateriaal
opgevuld
HUNEBEDDEN:
Veel soorten hunebedden, overal waar prehistorische mens leefde
= een van grootste hunebedden, bestaat uit wandstenen, sluitstenen aan uiteinden
en afgedekt met dekstenen daartussen werd het opgevuld met stopstenen en de
vloer met keien
Men had een inkomhal met daarrond een rij kransstenen daarna bedekt met aarde
en men hield een heuvel over
Hunebedden in noorden gemaakt van zwerfstenen of keien en deze samenstelling
is vergelijkbaar met rotsen in noord Scandinavië en tijdens ijstijden samen met ijs
meegesleurd werden tot over heel Scandinavië na smelten ij bleef al het puin liggen
In België en Frankrijk meestal lokale steen
Een hunebed (v. huin = reus), is een uit grote stenen gebouwd voorhistorisch grafmonument, bedoeld
als collectieve begraafplaats.
- Werd gebruikt als gemeenschappelijke grafkelder
- Hier werden doden over verschillende eeuwen begraven
Bouwwijze:
3
, - Stenen werden aangevoerd met rollers of een slee (winter) en tegen een aarden dam
aangebracht
- Er werd een heuveltje van zand gemaakt met daartegen dan een rij stenen
- Daarna werd tegen die stenen een helling van zand gemaakt
- Hier sleepten ze grote platte stenen over heen (dak)
- Zand in de midden werd weggehaald en de buitenkanten nog met aarde bedekt
De toegang bevindt zich in het midden van een lange zijde en
wordt veelal gevormd door een korte gang die aansluit op een
krans van stenen, waarmee de heuvel die oorspronkelijk het
gehele monument bedekte, was omringd De hunebedden zijn
globaal oost-west gericht met een ingang aan de zuidzijde.
- Tegenwoordig alleen nog skelet zichtbaar, vroeger was
dit nog opgevuld en met aarde afgedekt
- Hunebedden werden vroeger meestal gesloopt en de stenen werden gebruikt voor kerken
STEENCIRKELS:
Stonehenge (2950-1600 v.c.)
Een Henge is een prehistorisch monument bestaande uit een ovale of cirkelvormige wal met
daarbinnen een gracht en één of twee (tegenover elkaar gelegen) toegangen
verschillende bouwfases Stonehenge
➔ FASE I:
- Ringwal met daarbuiten gelegen een gracht en een
daarbinnen gelegen krans van 56 kuilen (Aubrey-Holes)
- Wal en Gracht bezitten een opening in het Noordoosten
waar een grote steen (heel stone) werd geplaatst
➔ Fase II:
- Bestaat uit een aantal wijzigingen en aanvullingen
- Verschuiving van de ingang
- Aanvulling van 4 station stones (stenen die evenwijdig
aan de as staan
- Een 2,7 km lange avenue aangelegd die leidt naar een
riviertje
- Een cirkelvormig monument (d=25m) uit bluestones
(vandaag alleen funderingskuilen over)
➔ Fase III(A):
- Cirkel van sarsens word gebouwd Grote steenconstructie worden gebouwd in een cirkel met
diameter 32m worden 30 rechtopstaande stenen gezet (elk ong. 5m lang en wegen 26 ton)
- Hierop werden liggende stenen van 3m geplaatst en wogen 7 ton
- Binnenin was er een hoefijzer van 5 trilithons (deze stenen zou moeten worden aangevoerd
geweest van 30 km ten noorden)
➔ Fase III(B):
4