College 1
Humphreys, K. L., Nelson, C. A., Fox, N. A., & Zeanah, C. H. (2017). Signs of reactive attachment
disorder and disinhibited social engagement disorder at age 12 years: Effects of institutional care
history and high-quality foster care. Development and Psychopathology, 29(2), 675-684.
Gehechtheid Stoornissen ontstaan in vroege kindertijd bij eerste
vorming gehechtheidsrelatie
Blijven signalen van RHS & OSCS aanwezig als kinderen ouder worden?
Hypothese: Minder signalen van RHS & OSCS op 12 jaar:
– Bij geen institutionele zorg
– Na plaatsing in pleegzorg
– Bij kortere periode in institutionele zorg
– Bij minder verbrekingen van verzorgingsrelatie
Het onderzoek richt zich specifiek op de langetermijneffecten van vroege institutionele zorg op de ontwikkeling
van deze hechtingsstoornissen en onderzoekt of plaatsing in hoogwaardige pleegzorg deze effecten kan
verminderen of verzachten.
N=136 kinderen van gemiddeld 12,7 jaar waarvan 111 in de follow up.
methode: kinderen gevolgd van vroege kindertijd tot 12 jaar.
RAD: reactieve hechtingsstoornis (rhs)
DSED: ontremd sociaal contactstoornis (oscs)
Kinderen die in institutionele zorg zijn gebleven, vertonen meer tekenen van zowel RAD als DSED in
vergelijking met kinderen die naar hoogwaardige pleegzorg zijn overgeplaatst.
Kinderen in pleegzorg vertonen minder tekenen van RAD en DSED dan kinderen in de CAU groep.
Langere periode institutionele zorg -> meer signalen van stoornissen
Meer verbroken plaatsingen -> meer signalen van RHS
Geen verschil in RAD & DSED siganlen tussen kinderen die voor hun 2e of na hun 2e bij pleegouders geplaatst
werden. Voor RAD wel marginaal verschil -> geplaatst voor 2 jaar minder signalen
Langdurig effect van verwaarlozing / verbreken relatie met ouders in de vroege kindertijd op
gehechtheidsproblemen. Langdurig effect van plaatsing bij pleegouders op vermindering van
gehechtheidsproblemen, belang van vroegtijdige interventie maar ook verloop zorg in de vroege kindertijd.
, Seim, A. R., Jozefiak, T., Wichstrøm, L., Lydersen, S., & Kayed, N. S. (2022). Reactive attachment
disorder and disinhibited social engagement disorder in adolescence: Co-occurring psychopathology
and psychosocial problems. European Child & Adolescent Psychiatry, 31(1), 85-98.
Gerelateerd aan internaliserende en externaliserende problemen bij jonge kinderen
Onderzoeksvraag: In hoeverre is er sprake van gelijktijdig voorkomen van een hechtingsstoornis en
psychopathologie in de adolescentie? - Voorkomen verkeerde diagnoses
Hypotheses:
Hypothese 1: Adolescenten met RAD of DSED zullen meer internaliserende en externaliserende
problemen vertonen in vergelijking met adolescenten zonder deze stoornissen.
Hypothese 2: RAD zal sterker geassocieerd zijn met internaliserende problemen, zoals angst en
depressie.
Hypothese 3: DSED zal sterker geassocieerd zijn met externaliserende problemen, zoals
aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit (ADHD) en oppositionele-opstandige gedragsstoornis
(ODD).
Hypothese 4: Zowel RAD als DSED zullen gerelateerd zijn aan psychosociale problemen, waaronder
sociale moeilijkheden en problemen met leeftijdsgenoten.
Steekproef: 381 adolescenten wonen in residentiële jeugdzorginstelling na UHP met de leeftijd 12-20 jaar en
57.7% meisjes.
Methode: Diagnostische beoordelingen met behulp van gestandaardiseerde interviews en vragenlijsten om
RAD, DSED en andere psychopathologische symptomen te identificeren en gegevens over psychosociale
problemen.
4 manieren om gelijktijdig voorkomen te toetsen:
– Diagnoses RHS & OSCS
•In relatie tot aan/afwezigheid psychopathologie/ psychosociale problemen (interview adolescent of
primaire verzorger)
•In relatie tot de mate van emotionele en gedragsproblemen (CBCL)
– Symptomen van RHS & OSCS
•In relatie tot aan/afwezigheid psychopathologie/ psychosociale problemen (interview adolescent of
primaire verzorger)
•In relatie tot de mate van emotionele en gedragsproblemen (CBC
,In het geval van RAD is de kans hoger op psychiatrische stoornissen, depressie, anxiety, en self-harm. De
andere psychiatische stoornissen waren niet geassocieerd met RAD symptomen.
Bij DSED was de kans op adhd 2,5 keer hoger, en de kans op een psychiatrische stoornis 3,5 keer hoger dan
zonder DSED. Alle psychosociale problemen kwamen voor onder volwassenen met DSED.
Discussie: adolescenten met RAD of DSED hebben additionele psychiatrische stoornissen. In de dimensionele
benadering zijn RAD en DSED symptomen significant geassocieerd met emotionele en gedragsproblemen, in de
categorische benadering niet significant. The bevindingen demonstreren hoge levels van comorbiditeit. Hoge
prevalentie van emotionele en gedragsproblemen en psychosociale problemen
– Van belang om altijd te kijken naar overige problematiek
Duidelijk verschil uitkomsten dimensionele en categorische benadering
– Door power van analyse
De auteurs bespreken het belang van vroegtijdige interventie en behandeling voor kinderen met deze stoornissen
om latere problemen in de adolescentie te voorkomen.
College 2
Buist, K. L., Deković, M., & Prinzie, P. (2013). Sibling relationship quality and psychopathology of
children and adolescents: A meta-analysis. Clinical Psychology Review, 33(1), 97-106.
Meta-analyse 34 studies - 12.257 participanten
Onderzoek naar de link tussen de kwaliteit van broer-zus relaties en internaliserende en externaliserende
problemen en mogelijke moderatoren.
❖ Meer warmte – minder inter- & externaliserende problemen
❖ Meer conflict – meer inter- & externaliserende problemen
❖ Meer differential treatment - meer inter- & externaliserende problemen
➢ Sterker effect voor conflict
❖ Moderatoren- Sterker effect voor:
➢ Conflict & internaliserende problemen bij - Kleiner leeftijdsverschil
➢ Differential treatment & internaliserende problemen bij Broer-broer paren - Kinderen
(vs. adolescenten, gezin al minder belangrijk)
Hoofdeffecten:
- positieve broer/zus relatie -> betere emotieregulatie & positievere verwachtingen m.b.t. relaties
- sterker verband met conflict -> imitatie belangrijke rol? (negatieve ervaringen vaker sterke invloed)
Interventies dus richten op minder conflict. De broer/zus relatie is van belang en er mag meer aandacht voor
komen, er zijn geen interventies voor.
, ► We did a meta-analyses on child sibling relationship quality and problem behavior.
► More sibling warmth was linked to less internalizing and externalizing problems.
► More sibling conflict and differential treatment were linked to more problems.
► Effect sizes were stronger for conflict than for warmth and differential treatment.
► Significant moderators were gender combination, age difference and age period.
Van Berkel, S. R., Tucker, C. J., & Finkelhor, D. (2018). The combination of sibling victimization and
parental child maltreatment on mental health problems and delinquency. Child Maltreatment, 23(3),
244-253.
Wat is het gecombineerde effect van sibling victimization (slachtofferschap door broers of zussen) en ouderlijke
kindermishandeling op de mentale gezondheidsproblemen en delinquent gedrag bij kinderen?
Sample: 2053 kinderen van 5-17 jaar met een thuiswonende minderjarige broer/zus gefiltert uit de NatSCEV
2014.
Telefonisch interview met ouder (kind tot 10 jaar) en met tiener (10-17 jaar).
sibling physical & property victimization, fysieke mishandeling en verwaarlozing door een ouder, mentale
problemen en delinquentie.
❖ Samenhang kindermishandeling en sibling victimization:
➢ Bivariaat: zowel fysieke mishandeling als verwaarlozing met sibling victimization.
➢ Multivariaat: verwaarlozing & sibling victimization
➢ Geen verschil tussen kinderen en tieners
Er is sprake van een correlatie tussen sibling victimization en physical abuse, na correctie is alleen neglect
geassocieerd met sibling victimization. (p onder 0,05 is significant)
Additioneel effect: Interactie effect alleen voor delinquentie significant en meer bij kinderen dan bij
adolescenten.
Interactie / moderatie effect: Voor mental health problems geen significante interactie. Sibling victimazition
versterkt geen kindermishandeling en andersom ook niet. Onafhankelijk van elkaar. Als er ook sprake is van
sibling vitamization is dat een additioneel negatief effect.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper daniellevandenbrink16. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,86. Je zit daarna nergens aan vast.