PREVENTIEVE MONDZORG
Hoodstuk 6: Plaque kleuring
1. Inleiding
De meest frequentie infecties zoals cariës en parodontitis zijn geassocieerd met plaque. We kunnen dit behandelen door middel
van voortdurende verwijdering van tandplaque adhv tanden poetsen en interdentaal reinigen.
1.1. Definitie plaquekleuring
Plaquekleuring is een hulpmiddel om de hoeveelheid plaque vast te stellen en de kwaliteit van zelfzorg in beeld te
brengen. Het verband tussen mondgezondheid en niveau van zelfzorg ligt bij de cariës activiteit en gingivitis.
Plaquekleuring vormt een objectief beeld over de evolutie van plaquecontrole door de patiënt. Onmiddellijk na de opname van
plaquekleuring laat je best de patiënt mee zien en indien nodig geef je hem aangepaste mondhygiëne instructies. Het is
belangrijk voor de patiënt om de gekleurde plaque te visualiseren en te weten hoe de mondhygiëne verbeterd kan worden.
Voorlichting patiënt:
Plaquekleuring maakt deel uit van de voorlichting van de patiënt aangezien men de bevindingen bespreekt en toont aan de
patiënt en ook uitlegt wat deze betekenen. Ook het doel van MHI over eventuele behandeling kan uitgelegd worden.
2. Evaluatie van hoeveelheid tandplaque
2.1. Doel
- Een objectief beeld vormen betreffende de aanwezigheid van plaque (mondhygiënist)
- Evolutie van mondhygiëne visualiseren en noteren (mondhygiënist)
- Visualiseren en bewust worden van aanwezigheid en lokalisatie van plaque (patiënt)
- Aan de hand van beeld kan je de juiste mondhygiëne middelen aanpassen (mondhygiënist en patiënt)
- !!! Slechts momentopname, recall belangrijk !!!
2.2. Evaluatie tandplaque
Silness & Loë Index (niet toepassen) Quigley & Hein Index (niet toepassen)
Plaque niet kleuren Wetenschappelijk onderzoek
- Dikte van plaque schatten langs tandvleesrand - Plaque kleuring
- Na droogblazen van element
- Met sonde langs cervicale rand van element strijken
Meetplaatsen (4):
- Distaal
- Vestibulair
- Mesiaal
- Linguaal
Score: Score:
- 0 = geen plaque aan tip van sonde - 0 = geen plaque
- 1 = wel plaque aan tip van sonde, maar niet zichtbaar - 1 = afzonderlijke plekjes cervicaal met plaque
- 2 = dunne laag plaque zichtbaar cervicale rand - 2 = dunne aangesloten cervicale rand (< 1 mm)
- 3 = dikke opeenhoping van plaque zichtbaar cervicale - 3 = plaque cervicale rand > 1 mm en < 1/3 kroon
rand en ook interdentale ruimtes - 4 = plaque > 1/3 en < 2/3 van kroon
- 5 = plaque > 2/3 van kroon
, Full Mouth Plaque Score (FMPS) Gemodificeerde Navy Plaque Index (PI)
Plaque kleuren Plaque kleuren
- Plaque kleuren met vloeistof of tabletten - Plaque kleuren met vloeistof of tabletten
- In praktijk wattenstaafje gedrenkt in erythrosine 4% - In praktijk wattenstaafje gedrenkt in erythrosine 4%
- Alle tandoppervlaktes vestibulair en oraal kleuren tot - Alle tandoppervlaktes vestibulair en oraal kleuren tot
tegen gingiva tegen gingiva
- Alle aanwezige elementen evalueren - Ramfjord evalueren (16, 21, 24, 36, 41, 44)
- Patiënt tonen met handspiegel waar plaque zit - Patiënt tonen met handspiegel waar plaque zit
Meetplaatsen (6): Meetplaatsen (8):
- Vestibulair: mesio, strikt, disto - Vestibulair: mesio, strikt, disto, nt gingiva
- Palataal / linguaal: mesio, strikt, disto - Palataal / linguaal: mesio, strikt, disto, nt gingiva
Score: Score:
- 0 = geen plaque - 0 = geen plaque
- 1 = plaque, in contact met gingiva - 1 = plaque, geen contact met gingiva
- 2 = plaque, strikt vestib of palat in contact
- 3 = plaque, approx (mes of dist) in contact
Berekening (percentage): Berekening:
Ingevulde vlakken / totaal vlakken (6 x n tanden) x 100 Totaal scores / aantal gebruikte vakjes = … / 48
Interpretatie: Interpretatie:
- Score < 15% = ok, klein bijsturen mondhygiëne - Score ≤ 0,6 = mondhygiëne goed
- Score > 15% = mondhygiëne instructie, motivatie patiënt, - Deze index bestraft vooral approximale plaque!
individuele passende instructie afhankelijk van locaties
Individuele passende instructie:
Indien cervicaal → andere poetsinstructie en meer aandacht
voor overgang gingiva naar tand
Indien interdentaal → interdentale mondhygiëne
Indien vergeten zones → letten op systematiek
3. Praktische voorbereiding plaquekleuring
3.1. Benodigdheden
- Schone lege tray
- Mondmasker en handschoenen
- Spiegel en sonde/pocketsonde
- Wattenstaafje of microbrush voor plaquevloeistof
- Wattenrol voor vaseline
- Plaqueverklikker (vloeistof, tabletten, pasta)
Met of zonder halogeenlamp, met of zonder schakeringen in oud en nieuw plaque
- Dappenglaasje
- Vaseline
- Patiënten servet
- Beschermbril behandelaar en patiënt
- Handspiegel
,3.2. Hygiëne protocol
1) Handen wassen
2) Voorbereiding behandeling: benodigdheden klaarzetten
3) Patiënt installeren
a. Plaats patiënt op comfortabele wijze in behandelstoel
b. Breng patiënten servet aan en plaats beschermbril
c. Plaats behandeltray op ergonomische afstand
d. Leg benodigde formulieren klaar
4) Mondmasker en beschermbril aandoen
5) Handen ontsmetten met handalcohol
6) Handschoenen aandoen
7) Aanraken van oppervlakken en knoppen vermijden
3.2.1. Hygiëne protocol bij aanvang en na elke patiënt
Ontsmetten met wegwerpdoekje bevochtigd met 70% alcohol
1) Eerste doekje: voor stoel tandarts, hoofdsteun en armleuning stoel patient
2) Tweede doekje: voor handgrepen lamp en lichtschakelaar, bedieningstoetsen stoel patient
3.3. Systematiek
- Bovenkaak:
o Vestibulaire zijde: van links naar rechts
o Palatale zijde: van rechts naar links
- Onderkaak:
o Vestibulaire zijde van links naar rechts
o Linguale zijde: van rechts naar links
3.4. Methodiek
- Noodzakelijk dat je een goede en vlotte werkwijze gebruikt
- Noem enkel de cijfers zoals 0 of 1 voor FMPS en 0, 1, 2 en 3 voor PI
- Zorg dat alle benodigde materiaal van tevoren klaarstaat
- Verschillende plaque indicatoren geven verschillende kleuren de leeftijd van plaque in beeld
3.5. Techniek
1) Leg uit wat u gaat doen
2) Duid afwezige elementen aan op formulier of controleer ramfjord elementen
3) Vaseline op lippen adhv wattenrol
4) Plaquevloeistof op alle tanden adhv wattenstaafje of laat patient kauwen op 2 tabletjes
5) Patiënt 1 keer laten spoelen
6) FMPS of PI noteren
7) Patiënt tonen waar plaque zich bevindt dmv spiegel (vlak, vestibulair, palataal, linguaal, inter)
8) Bij interesse resultaat van meting tonen aan patiënt
3.6. Niet vergeten
Mondhygiëne bij iedere afspraak controleren en indien nodig bijsturen (aanpassen aan noden patiënt)
,3.7. Mondhygiëne instructie
1) Handen wassen
2) Voorbereiding behandeling: benodigdheden klaarzetten
3) Patiënt installeren (comfortabel, servet, behandeltray, formulieren)
4) Voor poetsinstructie op model is hygiëneprotocol niet nodig, in de mond van patiënt wel
5) Vraag patiënt of hij manueel of elektrisch poetst en interdentale hulpmiddelen gebruikt en ook hoe
6) Vraag patiënt om voor te doen hoe hij zelf thuis poetst, je gaat hier ook verder op in tijdens instructie
7) Bestudeer plaquepercentage en formulier om te zien of er plaatsen zijn met veel plaque, dit is van belang tijdens je
instructie waarmee je ook je keuze van dentale hulpmiddelen mee bepaalt
8) Geef patiënt handspiegel en kijk samen naar gekleurde tanden (volgens hygiëneprotocol) en benoem de plaatsen waar
veel plaque te zien is. Kom niet te negatief over dus benoem ook de gebieden waar wel goed
9) Demonstreer zelf aan patiënt hoe hij juist moet poetsen. Je kan eerst op demonstratiemodel doen en hierna in de mond
(hygiëneprotocol), je legt de juiste techniek uit en besteedt extra aandacht aan plaatsen waar veel plaque aanwezig was
- Voorbeeld: veel plaque rond achterste kiezen, toen patiënt zelf voordeed sloeg hij deze plaats over dus vertel
patiënt dat hij moeilijk hierbij geraakte en daarom veel plaque is, laat dan zien hoe hij de achterste goed kan
poetsen (mond sluiten zodat wangen weggehouden worden)
10) Leg patiënt het belang van systematiek uit tijdens poetsmethode zodat delen niet overgeslagen worden
11) Laat patiënt nogmaals proberen om te zien of hij het begrepen heeft en stuur indien nodig bij
12) Doe hetzelfde met het interdentale hulpmiddel, laat de patiënt het voordoen, doe zelf voor en controleer dan
- Let op: Indien je merkt dat de patiënt al veel moeite heeft met techniek van poetsen met tandenborstel, heeft het
geen zin om interdentale hulpmiddelen te instrueren dus je dient je instructie aan te passen aan de individu.
Vermeld dan wel al dat je bij de recall afspraak hier verder op ingaat
13) Vermeld de patiënt dat je recall afspraak plant om mondhygiëne dan opnieuw te evalueren
14) Zorg ervoor dat je goede aantekeningen maakt in patiëntendossier door te noteren wat patiënt gebruikte, wat je hebt
aangeraden en geïnstrueerd en wat aandachtspunten waren
,Hoofdstuk 7: Gingivitisindex en bloedingsscore
1. Inleiding
De meest frequentie infecties zoals cariës en parodontitis zijn geassocieerd met plaque. We kunnen dit behandelen door middel
van voortdurende verwijdering van tandplaque adhv tanden poetsen en interdentaal reinigen.
2. Evaluatie van hoeveelheid gingivitis en bloeding
Full Mouth Bleeding Score (FMBS) Gingivitis index (GI) Sulcus Bleeding Index (SBI)
Ontsteking epitheliale aanhechting Ontsteking gingivale rand Ontsteking gingivale rand
- Informatie over ontstekingsgraad aan - Volgens Silness en Loë - Volgens Muhlemann en Sonn
epitheliale aanhechting pocket - Visuele inspectie en sonderen - BOP van uiterlijk gezonde gingiva is
- Alle tanden worden gescoord en men - Informatie over ernst ontsteking ter eerste symptoom van gingivitis
heeft 6 scores per tand (3 vestibulair hoogte van gingivale rand (bloedingsneiging belangrijk)
en 3 palataal of linguaal) - Bloeding na sonderen (BOP) geeft
info over ontstekingsgraad in pocket
Werkwijze: Werkwijze: Werkwijze:
- Afwezige elementen noteren - Ramfjordelementen scoren - Ramfjordelementen scoren
- Indien implantaten noteren - Pocketsonde 1-2 mm in pocket - Sonde inbrengen met lengte-as tand
- Sondeer wandelend per kwadrant - Beweeg in 1 beweging D naar M evenwijdig
tot op bodem van pocket/sulcus - Gingiva uittrekken (trektest) - Kantel sonde weg van lengte-as
- Pocketsonde van D naar M - 20 sec wachten en bloeding scoren - Beweeg in 1 beweging D naar M
- Noteer alle pockets > 4mm - Gingiva uittrekken (trektest)
- Noteer plaatsen waar BOP - 20 sec wachten en bloeding scoren
- Verder naar volgende kwadrant
Score: Score GI (Loë en Silness): Score SBI (Mühlemann en Son):
- 0 = geen bloeding na sonderen - 0 = afwezigheid alle tekenen van - 0 = gezonde ogende gingiva, die niet
- 1 = wel bloeding na sonderen ontsteking bloedt na sonderen
→ Vakje inkleuren - 1 = lichte ontsteking, kleine afwijking - 1 = gezonde ogende gingiva, die wel
van kleur en weefsel bloedt na sonderen
- 2 = matige ontsteking, glazig gingiva - 2 = BOP van gingiva met afwijkende
oppervlak, roodheid en zwelling, kleur
bloeding na sonderen - 3 = BOP van verkleurde gingiva en
- 3 = ernstige ontsteking, duidelijke licht oedemateus
roodheid en zwelling en hypertrofie, - 4 = BOP van verkleurde gingiva en
neiging tot spontaan bloeden en oedemateus
soms pus afvloei - 5 = spontaan bloedende gingiva
afwijkend van kleur en gezwollen
Berekening: Berekening: Berekening:
Aantal bloeding sites / totaal sites x 100 Totaal scores / totaal vakjes (36) Totaal scores / totaal vakjes (36)
→ deze berekenen we niet in praktijk → deze berekenen we wel
Interpretatie: Interpretatie: Interpretatie:
- Score < 15% = goed - Score ≤ 0,3 = gezonde gingiva Score ≤ 0,3 = gezonde gingiva
- Score 15 – 25% = aanvaardbaar
- Score > 25% = onvoldoende
2.1. Score criteria voor Sulcus Bleeding Index
Score Bloeding Roodheid Zwelling
0 - - -
1 + - -
2 + + -
3 + + +
4 + + +++
5 +++ spontaan + +++ soms ulceraties
,3. Praktische voorbereiding van meten SBI of GI
3.1. Benodigdheden
- Schone lege tray
- Mondmasker en handschoenen
- Spiegel en pocketsonde
- Patiënten servet
- Beschermbril behandelaar en patiënt
- Wattenrollen
- Handspiegel
- CHX mondspoeling
- Beker
3.2. Hygiëne protocol
1) Handen wassen
2) Voorbereiding behandeling: benodigdheden klaarzetten
3) Patiënt installeren
a. Plaats patiënt op comfortabele wijze in behandelstoel
b. Breng patiënten servet aan en plaats beschermbril
c. Plaats behandeltray op ergonomische afstand
d. Leg benodigde formulieren klaar
4) Mondmasker en beschermbril aandoen
5) Handen ontsmetten met handalcohol
6) Handschoenen aandoen
7) Aanraken van oppervlakken en knoppen vermijden
3.2.1. Hygiëne protocol bij aanvang en na elke patiënt
Ontsmetten met wegwerpdoekje bevochtigd met 70% alcohol
3) Eerste doekje: voor stoel tandarts, hoofdsteun en armleuning stoel patient
4) Tweede doekje: voor handgrepen lamp en lichtschakelaar, bedieningstoetsen stoel patient
3.3. Systematiek
- Bovenkaak:
o Vestibulaire zijde: van links naar rechts
o Palatale zijde: van rechts naar links
- Onderkaak:
o Vestibulaire zijde: van links naar rechts
o Linguale zijde: van rechts naar links
3.4. Methodiek
- Noodzakelijk dat je een goede en vlotte werkwijze gebruikt
- Zorg dat alle benodigde materiaal van tevoren klaarstaat
- Plaats een wattenrol aan vestibulaire zijde van ramfjordelementen in bovenkaak
- Inspecteer zwelling en roodheid eerst en onthoud dit voor je gaat sonderen
- Voer de beweging van sonderen uit aan de eerste 3 elementen
- Ga nu terug naar eerste element en noteer de score (0 – 5)
- Hou rekening met zwelling en roodheid bij score noteren!
3.5. Techniek
1) Leg uit wat u gaat doen
2) Laat patiënt spoelen met CHX mondspoeling
3) Controleer ramfjord elementen
4) Gingivale rand voorzichtig sonderen en inspecteren
5) Breng pocketsonde 1-2 mm in pocket evenwijdig met lengteas van tand
6) Kantel sonde lichtjes weg van lengteas (trektest)
7) Beweeg sonde in 1 vloeiende beweging van distaal naar mesiaal
8) 20 sec wachten en dan bloeding evalueren
,4. Praktische voorbereiding van meten FMBS
4.1. Benodigdheden
- Schone lege tray
- Mondmasker en handschoenen
- Spiegel en pocketsonde
- Patiënten servet
- Beschermbril behandelaar en patiënt
- Wattenrollen
- Handspiegel
- CHX mondspoeling
- Beker
4.2. Hygiëne protocol
1) Handen wassen
2) Voorbereiding behandeling: benodigdheden klaarzetten
3) Patiënt installeren
a. Plaats patiënt op comfortabele wijze in behandelstoel
b. Breng patiënten servet aan en plaats beschermbril
c. Plaats behandeltray op ergonomische afstand
d. Leg benodigde formulieren klaar
4) Mondmasker en beschermbril aandoen
5) Handen ontsmetten met handalcohol
6) Handschoenen aandoen
7) Aanraken van oppervlakken en knoppen vermijden
4.2.1. Hygiëne protocol bij aanvang en na elke patiënt
Ontsmetten met wegwerpdoekje bevochtigd met 70% alcohol
1) Eerste doekje: voor stoel tandarts, hoofdsteun en armleuning stoel patiënt
2) Tweede doekje: voor handgrepen lamp en lichtschakelaar, bedieningstoetsen stoel patiënt
4.3. Systematiek
- Bovenkaak:
o Vestibulaire zijde: van eerste kwadrant D naar M, daarna tweede kwadrant van D naar M
o Palatale zijde: van tweede kwadrant D naar M en daarna terug naar eerste kwadrant van D naar M
- Onderkaak:
o Vestibulaire zijde: van eerste kwadrant D naar M, daarna tweede kwadrant van D naar M
o Linguale zijde: van tweede kwadrant D naar M en daarna terug naar eerste kwadrant van D naar M
4.4. Methodiek
- Noodzakelijk dat je een goede en vlotte werkwijze gebruikt
- Zorg dat alle benodigde materiaal van tevoren klaarstaat
- Voer de beweging van sonderen uit aan de eerste 3 elementen
- Ga nu terug naar eerste element en noteer de score van bloeding (0 of 1)
- Werk zo van kwadrant tot kwadrant, distaal naar mesiaal
4.5. Techniek
1) Leg uit wat u gaat doen
2) Laat patiënt spoelen met CHX mondspoeling
3) Schrap de ontbrekende elementen
4) Gingiva sonderen met pocketsonde tot op bodem van pocket
5) Breng pocketsonde in pocket en sondeer wandelend tot je lichte weerstand voelt op bodem van pocket
6) Beweeg sonde wandelend van distaal naar mesiaal
7) Noteer de pockets > 4 mm
8) 20 sec wachten en dan bloeding evalueren, score kan 0 of 1 zijn
9) Noteer de bloeding op 6 plaatsen per tand (3 vestibulair, 3 palataal of linguaal)
,Hoofstuk 8: DPSI
1. Inleiding
De Dutch Periodontal Screening Index is een parodontale screening die periodiek gecontroleerd wordt door een ‘rondje
rond tandvlees te lopen’. Het is een snelle en eenvoudige screening die patiënten in categorieën deelt, bepalend voor de
parodontale conditie. Deze categorieën kunnen we dan koppelen aan een behandelhoefte.
Let op: DPSI is geen diagnosemiddel!
1.1. Criteria
- Pocketdiepte
- Bloeding na sonderen
- Aanwezigheid van tandsteen
- Aanwezigheid van overhangende vullingen
- Aanwezigheid van recessies
Opmerkingen:
∙ Pocketdiepte = afstand van marginale gingiva tot meest coronaal vezelige bindweefselaanhechting
∙ Recessie = afstand van glazuur-cementgrens tot marginale gingiva
1.2. Score
Score Categorie Pocketdiepte Bloeding Tandsteen Overhangende Recessies
( > 3 mm) restauraties
0 A - - - - -
1 A - + - - -
2 A - + + + -
3- B + 4-5 mm + + + -
3+ C + 4-5 mm + + + +
4 C + 6 mm + + + +
Opmerkingen:
- Scoren per sextant
- De DPSI-index zal de hoogst gemeten score worden in alle sextanten om de patiënt in te delen in categorie
1.3. Behandelhoefte na score
Score Bijkomende onderzoeken Behandeling Parodontale nazorg
0 / / /
1 Plaquestatus Instructie /
2 Plaquestatus Scaling en instructie /
3- Pocketstatus Scaling, rootplaning, instructie Beperkt parodontaal
onderzoek
3+ Parodontiumstatus Scaling, rootplaning, instructie Uitgebreid parodontaal
onderzoek
4 Parodontiumstatus Scaling, rootplaning, instructie Uitgebreid parodontaal
onderzoek
,2. Praktische voorbereiding van meten FMBS
2.1. Benodigdheden
- Schone lege tray
- Mondmasker en handschoenen
- Spiegel en pocketsonde
- Patiënten servet
- Beschermbril behandelaar en patiënt
- Schrijfplank of kaft voor formulier
2.2. Hygiëne protocol
1) Handen wassen
2) Voorbereiding behandeling: benodigdheden klaarzetten
3) Patiënt installeren
a. Plaats patiënt op comfortabele wijze in behandelstoel
b. Breng patiënten servet aan en plaats beschermbril
c. Plaats behandeltray op ergonomische afstand
d. Leg benodigde formulieren klaar
4) Mondmasker en beschermbril aandoen
5) Handen ontsmetten met handalcohol
6) Handschoenen aandoen
7) Aanraken van oppervlakken en knoppen vermijden
2.2.1. Hygiëne protocol bij aanvang en na elke patiënt
Ontsmetten met wegwerpdoekje bevochtigd met 70% alcohol
5) Eerste doekje: voor stoel tandarts, hoofdsteun en armleuning stoel patient
6) Tweede doekje: voor handgrepen lamp en lichtschakelaar, bedieningstoetsen stoel patient
2.3. Systematiek
- Bovenkaak:
o Vestibulaire zijde: beginnen in sextant 1 van distaal naar mesiaal en zo naar sextant 2 vanaf hoektand
o Palatale zijde: tegelijk met vestibulaire zijde beginnen in sextant 1 van distaal naar mesiaal
- Onderkaak:
o Vestibulaire zijde: beginnen in sextant 1 van distaal naar mesiaal en zo naar sextant 2 vanaf hoektand
o Palatale zijde: tegelijk met vestibulaire zijde beginnen in sextant 1 van distaal naar mesiaal
2.4. Methodiek
- Noodzakelijk dat je een goede en vlotte werkwijze gebruikt
- Zorg dat alle benodigde materiaal van tevoren klaarstaat
- Werk sextant per sextant vestibulair en palataal/linguaal
- In de achterste sextanten sondeer je van distaal naar mesiaal
- In de front sextanten sondeer je van hoektand naar hoektand
- Schrijf de score na elk afgewerkt sextant op
2.5. Techniek
1) Leg uit wat u gaat doen
2) Schrap de ontbrekende elementen
3) Breng pocketsonde in pocket en sondeer wandelend van distaal naar mesiaal
4) In woorden noteren wat er aanwezig is (pocket, bloeding, tandsteen, vulling, recessie)
5) Score geven adhv woorden per sextant in ieder vakje en hoogste score wordt de DPSI
, Hoofdstuk 9: voedings- en gebitziekten
1. Inleiding
Voedingssamenstelling en voedingsgewoonten spelen een belangrijke rol bij verschillende aandoeningen van mondholte. Bij
kinderen heeft voeding een invloed op algemene groei en ontwikkeling alsook de gebitselementen. Maar, indien een persoon een
tekort heeft aan vitamines A en D, kan men glazuurdefecten verkrijgen en zo een hoger risico op cariës bekomen. Dus een goede
mondgezondheid zal men verkrijgen door een evenwichtige voedselinname, want bij eenzijdige en deficiënte voeding zal men
een algemene verzwakking oplopen.
Tandweefsels:
- Bij de harde tandweefsels treden cariës (door suikerhoudende voeding) en erosies (door zure dranken en producten) op.
- Bij de weke tandweefsels treden eerder tandvleesproblemen en snellere progressie van parodontale aandoeningen op
(door ernstige voedingstekorten) alsook mondcarcinomen (door alcohol en tabak).
1.1. Rol in ontstaan van verschillende aandoeningen
- Overgewicht, obesitas
- Hart- en vaatziekten
- Osteoporose
- Diabetes
- Kanker
- Hypertensie
- Mondaandoeningen
1.2. Gezonde voeding
In ons huidig voedingspatroon:
→ Te lage inname van voedingsvezels, meervoudige koolhydraten, groenten en fruit
→ Te lage inname van calcium en ijzer
→ Te hoog gebruik van vet
→ Te hoge suikerinname (nadelig voor mondgezondheid)
2. Voeding als oorzaak van tandcariës
2.1. Epidemiologisch onderzoek
Epidemiologische waarnemingen lijken de westerse beschaving de schuld te geven van het ontstaan van cariës. Men dient zich
wel te realiseren dat de toenmalige westerse beschaving niet preventief georiënteerd was, de mondhygiëne was algemeen
slecht en er werd geen fluoride gebruik. Afgelopen decennia is de gebitstoestand hard verbeterd (fluoride en goede mhg).
2.2. Interventie onderzoek
2.2.1. Vipeholm onderzoek
Dit is een onderzoek waarbij mensen het effect van suiker op ontstaan van tandbederf getest hebben. Suiker werd
gedurende aantal jaren in verschillende vormen aan proefpersonen aangeboden. Vipeholm zelf was een tehuis voor ernstig
verstandelijk gehandicapten. Voor het onderzoek werden 7 groepen geformeerd. Hun basisdieet was weinig cariogeen,
mondhygiëne was slecht, fluoride werd niet gebruikt maar in het drinkwater zat wel 0,4 ppm fluoride.
Onderzoek:
Groep 1 en Extra suiker tijdens 4 hoofdmaaltijden: Aantal nieuwe cariës laesies niet of nauwelijks
2 1 300g suiker per dag, opgelost in water te verschillen van controlegroep
2 50g suiker per dag, verwerkt in brood
Groep 3,4,5 Extra suiker tussen hoofdmaaltijden door: Explosieve toename van cariës, maar iets
en 6 3 8 toffees per dag (40g suiker) minder voor chocolade want hierin zit minder
4 24 toffees per dag (120g suiker) suiker en meer vetten alsook is cacao
5 22 karamellen per dag (70g suiker in 4 porties) antibacterieel.
6 chocolade per dag (30g suiker in 4 tussendoortjes)
Groep 7 Controlegroep
Conclusie:
Suiker toegevoegd aan hoofdmaaltijden veroorzaakt geen verhoging van cariës, maar suiker tussen de maaltijden wel.
Het suikerverbruik is schadelijker naarmate frequentie toeneemt. Cariësactiviteit kan afnemen indien geen suiker tussendoor.