Samenvatting IVV
Definities:
Abstract: een korte samenvatting van een wetenschappelijke publicatie.
Attendering: via attendering kan je gemakkelijk op de hoogte blijven van nieuw onderzoek
binnen je interessegebied. Soms moet je je daarvoor eerst als persoonlijke gebruiker
registeren. Zo kan je dan aan de hand van bewaarde zoekopdrachten via email geattendeerd
worden als er nieuwe publicaties verschijnen binnen het interessegebied.
Bias: een systematische vertekening van de voorgestelde gegevens.
Bibliografie: een opsomming van literatuurreferenties over een specifiek onderwerp.
Bibliografische databank: bibliografische databanken nemen wetenschappelijk publicaties op
en beschrijven ze uitvoerig met verschillende velden (titel, auteurs, bron, jaar,
onderwerpen,...). Het gaat enkel om het beschrijven van die publicaties. De volledige tekst
(full text) zelf is niet beschikbaar in een bibliografische databank.
Bibliotheekcatalogus: een bibliotheekcatalogus biedt een overzicht van wat de bibliotheek
bezit. De catalogus van de bibliotheek geeft je een overzicht van alle boeken, tijdschriften,
Cd’s, e-books, databanken, ... die de bibliotheek ter beschikking heeft aan de hand van een
korte beschrijving van de werken. Vandaag zijn catalogi vaak online beschikbaar. Omdat de
UA-catalogus een overzicht biedt van het bezit van meerdere bibliotheken, kan een werk dus
wel in de catalogus staan, maar niet in de UA-bibliotheek ter beschikking zijn.
Bookmark: een digitale bladwijzer. Een verwijzing naar een webadres. Webbrowsers bieden
meestal de mogelijkheid om bookmarks te gebruiken. Op die manier kan je internetadressen
bewaren via de webbrowser om er nadien gemakkelijk terug naartoe te kunnen gaan.
Booleaanse operatoren: Booleaanse operatoren verbinden zoekwoorden met elkaar op een
manier die een computersysteem kan begrijpen (volgens de wiskundige verzamelingenleer).
De meest voorkomende termen zijn AND, OR, NOT. Citaties: wanneer persoon A een artikel
schrijft, dan gebruikt/citeert hij/zij andere artikelen X, Y, ... De artikels X, Y,… ontvangen op
die manier een citatie van het artikel van persoon A.
Databank: een verzameling van gegevens die op een gestructureerde manier bij elkaar
gebracht zijn. Vertaald naar informatiedatabanken betekent dit dat er sprake is van inhoud
(content) én de mogelijkheid om die inhoud efficiënt te doorzoeken via de interface van de
databank.
e-book: een online gepubliceerd boek; net als bij een e-tijdschrift is er meestal een
abonnement nodig.
E-tijdschrift/eJournal: dit is een tijdschrift dat online gepubliceerd wordt; er is toegang als er
ofwel een abonnement is op het e-tijdschrift of als het gratis ter beschikking wordt gesteld.
Field search: field search is een zoekmogelijkheid die in de meeste zoekmachines en
databanken standaard wel aanwezig is. In een field search kan je via drop down menu’s de
juiste Booleaanse operatoren selecteren, de gepaste velden selecteren en de zoektermen
ingeven.
Google: bekende internetzoekmachine. Naast Google is er ook Google Scholar om naar
wetenschappelijke informatie te zoeken op het internet.
Hyperlink: kortweg link. Hyperlinks zijn verwijzingen naar andere webpagina’s die gevolgd
kunnen worden door verder door te klikken op de link.
Index: een lijst van alle voorkomende woorden in een databank-veld. Bijvoorbeeld: de
auteursindex is de lijst van alle auteurs die voorkomen in een databank of een catalogus.
1
, ICT: staat voor Informatie- en Communicatie Technologie.
Interbibliothecair leenverkeer/IBL: leenverkeer tussen bibliotheken. Bibliotheken lenen
werken van elkaar die ze zelf niet bezitten. Via IBL kan een bibliotheekgebruiker publicaties
uitlenen bij de eigen bibliotheek hoewel deze de werken zelf niet bezit.
Interface: verzorgt de communicatie tussen het computersysteem en de gebruiker.
Internet: een complex netwerk van computernetwerken.
Monografie/monograph: een gespecialiseerd boek dat een specifiek onderwerp behandelt.
Peer review: Een stap in het publicatieproces van wetenschappelijke artikelen. Vooraleer een
artikel aanvaard wordt voor publicatie wordt het artikel ter nazicht voorgelegd aan enkele
andere wetenschappers (peers) binnen het vakgebied die het artikel beoordelen op zijn
wetenschappelijke waarde. Pas wanneer een artikel deze toets doorstaan heeft, komt het in
aanmerking om gepubliceerd te worden in een zgn. peer-reviewed tijdschrift.
Plagiaat: plagiaat is elke overname van een werk (ideeën, teksten, structuren, beelden,
plannen, …) op identieke wijze of onder al dan niet licht gewijzigde vorm, zonder adequate
bronvermelding.
Portal: verzamelen websites die over hetzelfde onderwerp handelen. Portals fungeren als
toegangswebpagina’s van waaruit gemakkelijk via hyperlinks naar al die websites
genavigeerd kan worden.
Primaire bron: dit zijn originele onderzoeksresultaten/betreft origineel onderzoek, meestal
gepubliceerd in gespecialiseerde wetenschappelijke tijdschriften.
Proceedings: een sectie in een tijdschrift, meestal een apart volume, met verslaggeving van
een wetenschappelijk congres over een bepaald onderwerp.
Proximity operatoren: of nabijheidsoperatoren, verbinden zoekwoorden met elkaar op een
manier die een computersysteem kan begrijpen. Bij proximity operatoren gaat het steeds om
de ‘afstand’ tussen zoektermen die op een of andere manier bepaald wordt. Een voorbeeld
van een nabijheidsoperator is NEAR.
Publicatietype: voorbeelden van publicatietypes zijn artikels, reviews, conference papers,
book chapters, …
Referenties: wanneer iemand een artikel schrijft, dan gebruikt/citeert hij/zij andere artikelen.
Deze artikelen zijn referenties. Alle referenties worden achteraan het artikel opgelijst in de
referentielijst.
Review: een wetenschappelijk artikel waarin de onderzoeken en bevindingen in een specifiek
deelgebied beschreven en bediscussieerd worden.
RSS: een vorm van automatische service onder vorm van “feeds” en “updates” waarbij een
geregistreerd gebruiker op de hoogte wordt gehouden van recente publicaties.
Secundaire bron: zijn bronnen die informatie weergeven die vertaald is, geïnterpreteerd,
gewijzigd of aangepast al dan niet intentioneel.
Thesaurus: In een thesaurus vind je alle onderwerpstermen die zijn toegevoegd aan artikelen
of titels in een databank. Bovendien worden de hiërarchische relaties aangegeven tussen die
onderwerpstermen. De onderwerpstermen zijn ook niet zomaar willekeurige woorden: de
lijst van onderwerpstermen wordt op voorhand vastgelegd. Wanneer
onderwerpsspecialisten nadien een onderwerp toekennen aan een titel gebruiken zij
allemaal hetzelfde woord voor hetzelfde onderwerp. Een thesaurus is een bijzonder handig
instrument als je op zoek bent naar goede/juiste zoektermen.
Tijdschrift/journal/periodical/serial: elke publicatie die op regelmatige tijdsbasis verschijnt; in
de biomedische sector bevatten deze meestal originele research bevindingen en reviews.
Truncatie/trunceren: het gebruiken van wildcards. Zie: wildcards.
2
, UDC: Universal Decimal Classification. Een veelgebruikt Classificatiesysteem in bibliotheken.
UDC vertrekt van 10 algemene vakgebieden die elk nog verder onderverdeeld worden in
steeds specifiekere onderwerpen.
URL: Uniform Resource Locator. Webadres
VPN: Virtual Private Network. Een beveiligd netwerk. Enkel toegankelijk via authenticatie.
Webbrowser: toepassing/programma op een computer die nodig is om gemakkelijk het web
te kunnen doorzoeken.
Wildcards: tekens die 1 of meerdere tekens vervangen. Ze zijn handig om afgeleide vormen
van een woord mee te nemen in een zoekactie. De meest gebruikte wildcards zijn * en ?. Het
gebruiken van wildcards noemt men ook wel eens trunceren.
World Wide Web/www: kortweg het Web. Het Web is de zichtbare interface tussen de
achterliggende informatie opgenomen op webpagina's en de eindgebruiker die op zoek is
naar informatie.
Zoekmachine: een toepassing waarmee informatie opgezocht kan worden, meestal gebruikt
in de context van het internet. Een meta-zoekmachine is dan een zoekmachine die meerdere
andere zoekmachines gebruikt om de zoekopdracht te verwerken.
Zoekquery: de zoekvraag geformuleerd in de zoeksyntax die van toepassing is binnen de
zoekmachine of databank waarin de zoekactie geplaatst wordt.
Zoeksyntax: de regels die binnen een zoekmachine of databank gevolgd moeten worden om
op een correcte manier een zoekvraag te formuleren zodanig dat het computersysteem deze
zoekvraag correct interpreteert en verwerkt.
Informatievaardigheden:
ICT-vaardigheden: Informatie en communicatietechnologie (ICT) neemt een vitale plaats in de
moderne academische wereld. ICT-vaardigheden zijn daarom een absolute noodzaak. Ze omvatten
een brede waaier van computer gebaseerde vaardigheden.
Online communicatie: UA e-mail account ; forum ; blackboard ; …
Informatievaardigheden: internet doorzoeken naar betrouwbare bronnen ; de nodige gegevens
opzoeken in online databestanden
Informatiebronnen:
Bronnen van informatie:
Voor samenvattingen en overzichten: wetenschappelijke boeken ; reviews in
wetenschappelijke tijdschriften ; internet
Voor literatuuroverzicht en onderzoeksprojecten: literatuurlijst met referenties ; databanken
Het internet als bron:
Algemeen: webpagina’s opgebouwd uit hyperlinks met een eigen uniek webadres (URL) ;
bewaren via “bookmark” ; “portals” verzamelen websites die over hetzelfde onderwerp
handelen ; evaluatie van de bron (autoriteit, inhoud en presentatie)
Zoekmachines: antwoord geven op de gestelde vraag ; Booleaanse operatoren (AND ; OR ;
NOT) of via tekens (& ; |; -) ; volgorde van de operatoren (1. NOT ; 2. AND ; 3. OR) ;
getrunceerd zoeken met wildcards voor varianten van een zoektermen te vinden (* ; ? ;
# ; !) ; exacte zin door één of meerdere woorden tussen dubbele aanhalingstekens te
plaatsen ; nabijheidsoperatoren voor “afstand” te bepalen (NEAR ; NEAR/n) of in tekens (~ ;
~/n) ; zoeken bij benadering (/n) bepaalt zelf het aantal toegestane variabelen of afwijkingen
3