1 De Eigenheid van Kwalitatief Onderzoek
Definitie Kwalitatief onderzoek is een vorm van sociale navraag dat focust op de manier waarop
kwalitatief mensen betekenis geven aan hun ervaringen en de wereld waarin ze leven.
onderzoek - Begrijpen, beschrijven en interpreteren van sociale fenomenen
- Exploreren van gedrag, gevoelens en ervaringen
- Soorten:
Etnografen: cultuur en gewoonten
Grounded theoristen: onderzoeken sociale processen en interacties
Fenomenologisten: beschrijven fenomenen en beschrijven de leefwereld
Vergelijking met Traditioneel: idee literatuurstudie
traditioneel onderzoeksvraag onderzoeksbenadering
proces datacollectie data-analyse rapportage
Bij kwalitatief onderzoek is dit veel
fluctuerender: vaak wordt teruggegaan naar
eerdere stappen om aanpassingen te doen
8 1. Data is altijd het vertrekpunt – primacy of data
uitgangspunten / De theorie is niet op voorhand vastgelegd, maar komt uit de opgedane data
karakteristieken Inductief proces:
Geen hypotheses
2. De context is cruciaal (holistisch)
Mensen zijn het product van hun context en historiek
Persoonlijk, cultureel en sociale context
Moet door de onderzoeker verkend worden
3. Naturalistic inquiry onderzoek in de echte leefwereld van de participanten
“immersion” = onderdompeling in de leefwereld deelgenoot worden
Naive observer probeer dit ook wanneer je de setting goed kent
4. Focus op ‘emic’ perspectief
De ‘inside view’ van participanten en hun percepties, betekenissen en
interpretaties = insiders perspectief
Subjectieve innerlijke wereld
Zeer dynamisch
= empowerend voor de participanten je geeft ze een stem
etic perspectief outsiders view
5. Thick description
Alles zeer uitgebreid omschrijven vivid detail
Niet enkel feiten, maar ook theoretisch en analytisch
6. Verhouding onderzoeker-participant
De relatie is nauw en gebaseerd op een gelijkwaardigheid tussen beide
Wederzijds vertrouwen
Expertise ligt bij de participanten zij gidsen de onderzoeker
7. Positie van de onderzoeker situeert zich op een continuüm van insider-outsider
= de mate waarin de onderzoeker deel uitmaakt van de (sub)cultuur
Voordelen en nadelen:
Makkelijker inzichten verwerven
“gesloten geest” blinde vlekken (omdat je erin zit)
Afstand, analytische objectiviteit?
Verwachtingen van deelnemers
8. Reflexivity je bent je eigen tool als onderzoeker – kritische zelf-reflecties
Introspectie: onderzoeker zelf
Intersubjectieve reflectie: relatie met deelnemers
Wederkerigheid: samenwerking met deelnemers
Sociale kritiek: Kritische kijk op machtsrelatie en sociale positie vd onderzoeker
Discursieve deconstructie: taal en betekenis (veel betekenismogelijkheden)
De bruikbaarheid Gezondheid hangt samen met: ervaringen, belevingen, sociale context, motivatie,
,van kwalitatief betekenisverlening,…
onderzoek in - Zorgverlening is zeer subjectief en verbonden met de persoon
gezondheidszorg - En kwalitatief onderzoek biedt hier verduidelijking naar
= gedeelde principes bij gezondheidsmedewerkers en kwalitatieve onderzoekers
Toewijding, geduld, begrip, vertrouwen, flexibiliteit, openheid,…
Problemen bij - Gebrek aan methodologische kennis
kwalitatief Hoe interviews geven, hoe datacollectie en data-analyse doen,…
onderzoek - Verdrinken in data en tijdsnood
Elk interview is veel tekst en data die gereduceerd moet worden zonder een
verlies aan kerninformatie
- Romantisering en emotionaliteit
Vaak het geval bij onderwerpen waar je zelf ervaring mee hebt als onderzoeker
vooroordelen die interviews kunnen beïnvloeden
- Methodolatry
Een obsessie met een bepaalde methode zonder reflectie een overgrote
klemtoon op methode ipv op de inhoud/essentie van het onderzoek
Flexibiliteit is voordeliger
- Method slurring
Verschillende methodes en benadering door elkaar gebruiken, waardoor
coherentie zoek is (= inconsistent)
,2 Het Paradigma Debat
Vormen van 1. Magisch-mythisch denken: geesten, verbeelding, bovennatuurlijke krachten
wereld- 2. Metafysisch denken: speculatieve theorieën
beschouwing 3. Wetenschappelijk denken: empirisch en logisch verantwoorde theorie
Astronomie vs Astrologie, Geneeskunde vs Alternatieve geneeskunde
Onware, onbetrouwbare info vs ware, betrouwbare en geldige informatie
Ontologie Zijnsleer; studie van het zijn van het geheel der dingen, de eigenheid van de werkelijkheid en
het bestaan
Epistemologie Kennisleer; studie van de aard, de oorsprong, de voorwaarde voor en de reikwijdte van kennis
Methodologie Methodenleer; de studie van de wetenschappelijke methoden, de procedures en werkwijzen,
die moeten gebruikt worden om kennis te verwerven, om wetenschap vooruit te helpen
Relatie van wetenschap met…
Waarheid - Realisme: doel van de wetenschap is waarheid achterhalen
Structuren en relaties bestaan onafhankelijk van de mens deze moeten
accuraat en volledig omschreven worden
Verificatie en confirmatie
Falsificatie: bij het minste tegenbewijs wordt de hypothese definitief verwerpt
Karl Popper
- Pragmatisme: praktijk en theorie zijn onlosmakend verbonden met elkaar
Kritiek: wetenschap moet niet naar de waarheid zoeken, maar naar oplossingen
voor menselijke problemen
‘nut’ in plaats van ‘waarheid’
Modellen zijn abstract en een idealisering
Theorieën zijn instrumenteel
John Dewey
Vb. metronetwerk-plannetje is niet de realiteit, echter wel een schematische
voorstelling om het zo begrijpelijk mogelijk te maken voor gebruikers
Zekerheid - Problemen:
Inductie (en deductie) kan nooit 100% zekerheid geven theorieën zijn slechts
een benadering (vereenvoudiging) van de realiteit
= veralgemening en conventies
Causale relaties: nooit 100% zekerheid steekproeven en confidentie-intervallen
Voorspellingen: ook niet 100% zekerheid geen empirisch materiaal of data over
de toekomst (of uit de toekomst)
- Realisme:
Wetenschap is nooit definitief kan enkel hypothese zijn tot falsificatie en
vervanging door een nieuwe hypothese
- Pragmatisme:
Zekerheid is irrelevant zolang er functionele oplossingen gevonden worden
Objectiviteit - Paradigmadenken = een denkkader van waaruit je de werkelijkheid benadert
Culturele en psychologische bril die bepaalt hoe je dingen ziet
Soorten paradigmatische invloeden
Genderinvloed (= fallocentrisme)
= vb. vertegenwoordiging van vrouwen in wetenschap = Matilda effect
(ontkenning van het feit dat vrouwen een grote invloed gehad hebben op de
wetenschap – mannen namen veel de eer), contraceptiva,…
Culturele invloed (= etnocentrisme)
= vb. datumgrens loopt niet recht, waarom meridiaan in Greenwich,…
Socio-historische invloed
= vb. ondergang van paaseiland heeft verschillende theorieën afhankelijk van
de verschillende ecologische overtuigingen
Economisch-politieke invloeden
Technologische invloeden
= vb. interpretatie van AI
, Intermediaire - Volmaakte overeenstemming met de werkelijkheid?
conclusie (= correspondentie-opvatting, representatie-opvattingen)
Principieel onmogelijk om de volledige werkelijkheid te kennen
Onmogelijk te weten in hoeverre ze overeenstemt met de werkelijkheid
Veel invloeden die ons perspectief beïnvloeden
Kennis = menselijke constructie use with caution !
- Klassieke visie op volkomen empirische inductie en deductie niet vol te houden
- Wetenschappelijke kennis is niet puur objectief
- Wetenschappelijke kennis is niet waardenvrij
Richting en succes van onderzoek is meestal waarde-gedreven vanuit klimaat van
onderzoeker (sociaal, cultureel,…)
- Wetenschap is niet a-historisch
Continue interactie met maatschappij, economie, politiek,…
- Wetenschappelijke observaties zijn theoriegeladen
Observaties bevatten steeds veronderstellingen en interpretaties
Paradigmashift in Vanaf 18de eeuw: Verlichtingsdenken
de sociale - Positivisme (Auguste Comte): geloof in universele wetten en de mogelijkheid om
wetenschappen objectief van de sociale werkelijkheid te hebben = objectivisme
realisme, logisch empirisme
Afstand onderzoeker en participant – waardenneutraliteit
kwantitatief onderzoek
Hypothese en deductief gedreven
Voorspelbaarheid en controle
Nomothetisch: het vinden van wetmatigheden
Vanaf 20ste eeuw: tegenbeweging
- Max Weber: begrijpen van sociale wetenschappen
- Fenomenologie: studie van betekenis en beleefde ervaring
- Sociaal constructivisme: de sociale werkelijkheid is een product van sociale
processen, gebonden aan context, tijd en cultuur
- Postmodernisme: wat beschouwd wordt als feiten zijn vaak relatief en subjectief,
meerdere perspectieven en geen eenvormige kijk op waarheid
kwalitatief onderzoek
Idiografisch: op zoek naar betekenis van menselijke ervaring
Het sociaal(-contextueel) verstaan
Relatie en empathie
Inductief: niet door hypothese gedreven
Creatief-interpretatief objectief-descriptief
Kwalitatief en Antagonisme of synergie?
kwantitatief - Geen volledige objectiviteit bij kwantitatief onderzoek en geen volledige subjectiviteit
onderzoek bij kwalitatief onderzoek. Ze zijn niet dichotoom.
- Ze vullen elkaar aan
- Meerdere onderzoeksvragen kunnen zowel kwalitatief of kwantitatief onderzocht
worden – voorbeeld:
Jonge atleet wil beter worden in zijn sport:
Kwali: motivatie achterhalen, limieten en angsten, waar zit men mee?
Kwanti: training, dieet opvolgen, literatuur in duiken
Relatie van - Religie/geloof