100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten
logo-home
Samenvatting deel Sociologie van Gezondheidspromotie €4,56
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting deel Sociologie van Gezondheidspromotie

 1 keer verkocht

Dit bevat enkel een samenvatting van het deel Sociologie van het vak gezondheidspromotie

Voorbeeld 2 van de 7  pagina's

  • 24 augustus 2024
  • 7
  • 2024/2025
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (16)
avatar-seller
KT333
H1 Intro

Definitie Sociologie: sociologie = de wetenschap die de interactie tussen personen en sociale eenheden (en factoren
die deze interactie bepalen), bestudeert. En daarvan de gevolgen bekijkt op menselijk gedrag.

Industriele revolutie  veranderde economie  maatschappelijke verschuiving
Arbeiders in fabrieken en mijnen
Massale verhuizing van het platteland naar de steden

Hoge opleiding  bied materiele en persoonlijke voordelen  biedt uiteindelijk een langer gezonder leven + hogere
levensverwachting
------------------------------------------------------------------------------------------------------
Gedrag = elke reactieve of actie van een individu. Een lichamelijke beweging, een verbale uiting of een
gewaarwording. Gedrag bevat een objectief waarneembare en een subjectief waarneembare dimensie.

Gedrag kan voorkomen uit:
1. Motivationeel component  je drijfveer in handelen
2. Emotioneel component  innerlijke gevoelens
3. Cognitief component onze gedachtes over de werkelijkheid
4. Reflexief component  het beeld dat je van jezelf hebt

Sociaal handelen = handelen dat rechtstreeks/onrechtstreeks wordt beïnvloed door het handelen van anderen.
(gedrag waarbij we rekening houden met anderen en ons gedrag daarop afstemmen)

Opdat-motief: iemand wilt iets realiseren en bereidt zich daar min of meer bewust op voor
Omdat-motief: iemand reageert op het opdat-motief van de ander

Vormen van interactie:
1. Conformiteit: bij deze interactie is er een wederzijds akkoord over de interactiesituatie (bv. leraar en student)
2. Deviantie: 1 van de interactiepartners houdt zich niet aan de (onbewuste) regels.
3. Samenwerking: sociale eenheden proberen een gezamenlijk doel te realiseren. Er is wederzijdse bereidheid tot
‘samen hanndelen’ Conformiteit NODIG.
4. Conflict: 2 partijen zijn het niet eens hoe de interactie verloopt. Niet altijd negatief. Heeft betrekking op
(materiële) middelen, waarden, aanzien en macht.

------------------------------------------------------------------------------------------------------

Interacties  cultuur + structuur
Cultuur: Ontwikkeling van waarden en normen. Gemeenschappelijke betekenissen die we aan het gedrag van een
ander + onszelf geven. Cultuur omvat alles wat door de mens in de loop van de tijd werd verworden: waarden +
normen + kennis + ideeën + technieken, materiële producten, kunstormen

Structuur: Ontwikkeling van rolpatronen. Het geheel van posities van factoren en de vorm van interacties en relaties
tussen die factoren

, H2 Cultuur

Tylor: gedragskeuzes zijn geen individuele beslissing maar zijn collectief.
 Het feit dat mensen in groepen leven en zich op dezelfde wijze kleden, uitdrukken, ontspannen wordt veroorzaakt
door gemeenschappelijke ideeën over hoe je dit moet doen/kan doen.

Kroeber: Cultuur ontstaat door accumulatie, niet door evolutie.
 bij evolutie worden oude kenmerken ingeruild voor nieuwe. Volgens Kroeber is bij cultuur niet het geval.

Midgley: Open instincten overheersen bij de mens
 Open instinct: flexibel, kan worden beïnvloed door ervaring/leerprocessen. (voorbeeld: een nieuwe taal leren)
Gesloten instinct: automatisch, zonder voorafgaand leerproces. (voorbeeld: zuigreflex bij baby’s)

Talcot Parsons:
1. Gedeelde denkbeelden
- Empirische kennis: opgedaan door wetenschap of ervaring
- Existentiële: waar komen we vandaan, wat is de zin van het leven (gedeelde filosofie of religie)

2. Waarden en normen (= Cultuur)
- Waarden: De idealen of overtuigingen van een groep mensen.
( Zaken die belangrijk worden gevonden en het nastreven waardig zijn.)
- Normen: Vanuit waarden ontstaan regels en voorschriften, dit zijn normen.
(Is het gedrag niet volgens deze voorschriften, dan is er afwijkend of deviant gedrag.)

3. Materiële cultuur
Vroeger alleen potten, kleding etc. dit vorderde naar expressie (muziek, beelden). Vandaag hoort hier ook muziek,
kunst enz. bij.

------------------------------------------------------------------------------------------------------

Cultuur  ontstaat wanneer groepsleden in dezelfde situatie geconfronteerd worden met hetzelfde probleem. 
Anderen nemen dit gedrag/denkpatroon over. Na een tijd krijgt dit consistentie. Men gaat met dezelfde manier met
het probleem om, het verspreid zich.

Verschillende niveau’s:
- Samenlevingsniveau (macroniveau)
bv. Landen
- Organisatieniveau (mesoniveau)
bv. Je school, je werk
- Subcultuur
Cultuur binnen een cultuur. Dominante cultuur wordt hierbij niet verworpen.
- Tegencultuur
Zijn culturen die zich verzetten tegen (een bepaald onderdeel van) een dominante cultuur.

Etniën: groepen van mensen die een afkomst en cultuur delen.
Etnocentrisme (het beoordelen van andere culturen op basis van je eigen normen en waarden).


Barth (maakt onderscheid tussen etniciteit en cultuur)
Cultuur en etnie zijn flexibel. Het is een continue en actief proces van het vormen, onderhouden en afbreken van
etnische grenzen.

Dichotomisering  bewuster worden van verschillen van elkaar en zullen dit in de verf zetten

Dit zijn jouw voordelen als je samenvattingen koopt bij Stuvia:

Bewezen kwaliteit door reviews

Bewezen kwaliteit door reviews

Studenten hebben al meer dan 850.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet jij zeker dat je de beste keuze maakt!

In een paar klikken geregeld

In een paar klikken geregeld

Geen gedoe — betaal gewoon eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard en je bent klaar. Geen abonnement nodig.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Studenten maken samenvattingen voor studenten. Dat betekent: actuele inhoud waar jij écht wat aan hebt. Geen overbodige details!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper KT333. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,56. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 68562 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,56  1x  verkocht
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd