1
Handelsingenieur 2024
Examenvragen
Bank en Financiewezen
___
Voorwoord
Dit document biedt een uitgebreide verzameling van meer dan 40 examenvragen met
gedetailleerde uitwerkingen, gebaseerd op de slides van de lessen, de paastoets en oude examens
voor het vak Bank en Financiewezen.
Deze vragen zijn zorgvuldig geselecteerd om een duidelijk beeld te geven van de
moeilijkheidsgraad en de aard van de examens. Elke vraag is grondig uitgelegd om de
oplossingsmethoden en de redenaties achter de antwoorden inzichtelijk te maken. Zelfs als je de
uiteindelijke uitkomst niet helemaal begrijpt, zal het bestuderen van deze oplossingsmethoden je
helpen om de concepten en technieken van het vak beter te begrijpen.
De volgende 30 pagina’s zijn bedoeld als waardevol leermiddel voor het voorbereiden op je
examen en het verdiepen van je kennis in Bank en Financiewezen. Om consistentie en precisie in
de berekeningen te waarborgen, is het belangrijk om tijdens het oplossen van de vraagstukken de
volgende afrondingsregels te hanteren:
● Tussentijdse resultaten: Afronden op vier cijfers na de komma. Dit geldt voor
tussenresultaten zoals annuïteitenfactoren, rentepercentages, en andere vergelijkbare
waarden.
● Eindresultaten: Afronden op twee cijfers na de komma. Dit geldt voor het
eindantwoord in elke berekening, zoals de uiteindelijke waarde van een lening, de totale
opbrengst, of een ander belangrijk eindresultaat.
Op het examen ga je vaak antwoordmogelijkheden krijgen die heel gelijkaardig zijn, daarom zijn
deze afrond-regels cruciaal.
, 2
Annuïteiten Factoren berekenen:
Het constant handmatig berekenen van de annuïteitenfactor voor verschillende vraagstukken
kan behoorlijk tijdrovend zijn, vooral wanneer nauwkeurigheid vereist is. Elke kleine fout in de
berekening kan tot afwijkingen leiden in het eindresultaat. Daarom kan het nuttig zijn om gebruik
te maken van een eenvoudig stukje Python-code dat deze berekeningen automatisch voor je
uitvoert. Dit bespaart niet alleen tijd, maar vermindert ook de kans op fouten.
Hoewel deze code een handige tool is, is het belangrijk om er zeker van te zijn dat je de
annuïteitenfactor ook handmatig kunt berekenen met je rekenmachine. Dit is cruciaal voor
situaties waarin je geen toegang hebt tot de code, zoals tijdens examens.
Hieronder vind je een voorbeeld van een Python-code die de annuïteitenfactor snel voor je kan
berekenen (gebruik “.” ipv “,” bij uw interestvoet):
def kiezen():
AW = False
keuze = input("Kies 'a' voor actuele waarde of 's' voor slotwaarde: ").strip().lower()
if keuze == "a":
AW = True
return AW
def vragen():
aantalJaarStr = input("n = ")
renteStr = input("i = ")
aantalJaar = float(aantalJaarStr)
rente = float(renteStr)
return aantalJaar, rente
def berekenen(paramKeuze, paramJaar, paramRente):
if paramKeuze:
annuiteit = (1 - ((1/(1+paramRente))**paramJaar)) / paramRente
else:
annuiteit = (((1 + paramRente)**paramJaar) - 1) / paramRente
return round(annuiteit,4)
def main():
keuze = kiezen()
jaar, rente = vragen()
output = berekenen(keuze, jaar, rente)
print("De berekende annuïteit is:", output)
main()
, 3
Inhoud
Voorwoord 1
Annuïteiten Factoren berekenen: 2
1: Examenvragen slides 4
Deel 1: Interestrekenen en interestdragende bankproducten 5
Hoofdstuk 2 5
Hoofdstuk 3 6
Hoofdstuk 4 7
Hoofdstuk 5 8
Hoofdstuk 6 8
Deel 2: Bankpolitiek in een omgeving met regulering, andere financiële instellingen en
financiële markten 10
Hoofdstuk 1 10
Hoofdstuk 2 11
Hoofdstuk 3 12
Deel 3: Financiële markten en inleiding tot de financiële engineering 13
Hoofdstuk 1 13
Hoofdstuk 2 14
Hoofdstuk 3 14
Hoofdstuk 4 15
Special topics 17
Special topic 1 17
Special topic 2
2: Paastoets 2024 18
Vraag 1 18
|
Vraag 8 22
3: Oude examenvragen 23
Vraag 1 23
|
Vraag 22(1e Ba HIR) 33
, 4
1: Examenvragen slides
Deel 1: Interestrekenen en interestdragende bankproducten
Hoofdstuk 2
Leen heeft deelgenomen aan een wedstrijd en heeft hiermee €25.000 gewonnen.
Ze wil dit geld zo rendabel mogelijk beleggen zodat ze over 2 jaar haar droomauto
kan kopen. Ze is bij de bank informatie gaan vragen en zij stellen haar de
volgende mogelijkheden voor:
1. Een kasbon met een jaarlijkse bruto-interestvoet van 4%. De minimuminleg
van de kasbon is €800.
2. Een spaarboekje met een jaarlijkse bruto-interestvoet van 3,8%.
Welk alternatief raad jij haar aan en hoeveel meer interesten brengt dat alternatief
op ten opzichte van het andere, gegeven dat de tussentijdse uitgekeerde rentes
opnieuw worden herbelegd aan dezelfde voorwaarden als het hoofdbedrag?
De RV op de kasbon bedraagt 30%. Het spaarboekje geniet van een lagere RV van
15% met de eerste schijf aan interesten tot €980 bovendien hiervan vrijgesteld.
A. Het spaarboekje is meer rendabel dan de kasbon, want brengt €515,59 meer
op aan interesten.
B. Het spaarboekje is meer rendabel dan de kasbon, want brengt €516,50 meer
op aan interesten.
C. De kasbon is meer rendabel dan het spaarboekje, want brengt €103.90 meer
op aan interesten.
D. Het spaarboekje is meer rendabel dan de kasbon, want brengt €514,67 meer
op aan interesten.
Interesten Kasbon:
inetto= 0,04 x 0,7 = 0,028
25.000 x (1,028)2 = 26.419,6 → 1.419,6 aan interesten.