Dit is een samenvatting van SEM2 van het vak NCV1. Door deze samenvatting goed te studeren (en naar de werkcolleges te gaan en oefeningen op canvas te maken) behaalde ik in juni een 15/20.
Er is ook een voordeelbundel beschikbaar met SEM1
Thema – Uitspraak – Articulatorische
Fonetiek
1. Fonetiek vs. Fonologie
Domein van de Fonetiek
Fonen
o = niet-betekenisonderscheidend (geen verschil in betekenis)
o Bijvoorbeeld:
Tongpunt-r en huig-r
Gediftongeerde ei/ij en niet-gediftongeerde ei/ij
Domein van de Fonologie
Fonemen
Lexicaal distinctief
o = maken een betekenisonderscheid in een minimaal paar --> functioneel
klankverschil
o Bijvoorbeeld:
p en b in minimaal paar paard – baard
k en g in minimaal paar kok – gok
Allofonen
o = verschillende realisaties van hetzelfde foneem
o Bijvoorbeeld:
Tongpunt-r en huig-r zijn allofonen van het foneem r --> r is een foneem want
rot vs. lot (betekenisverschil) ==> vrije varianten
f en v zijn allofonen van het foneem f --> bij afdrogen zeg je een v, bij afwas
zeg je een f ==> combinatorische varianten
2. Fonetische transcriptie
Er is geen één-op-één-relatie tussen spelling en uitspraak --> dus nood aan een systeem om
klanken op te schrijven
,Spraakproductie: bestaat uit 3 processen: Initiatie (of luchtstroom) + fonatie (of geluidsbron) +
articulatie (of resonator)
Luchtstroom
Ingressief = spreken terwijl je inademt --> Indianentalen en Bantoetalen
Egressief = spreken terwijl je uitademt --> Nederlands
Geluidsbron
Trilling van stembanden in strottenhoofd (larynx)
Hindernis in het spraakkannaal
o Ofwel door volledige afsluiting van het spraakkanaal
o Ofwel door vernauwing van het spraakkanaal
o Ofwel door afsluiting van het spraakkannaal, maar doorgang door de neusholte
2. Openingsgraad van de mond
Open – halfopen – halfgesloten – gesloten
3. Positie van de lippen
Gespreid – neutraal – gerond
4. Lengte
Kort – halflang – lang
--> wordt aangegeven met een diakritisch teken (bv.: [bi.t] of [bi:r])
5. Nasaliteit
Nasaal – oraal
Nasaal --> velum zakt waardoor de lucht mee kan resoneren in de neusholte
Oraal --> velum sluit de neusholte af zodat de lucht enkel door de mondholte kan
6. Monoftongisch vs. Diftongisch karakter
Monoftong – diftong
Stijgende diftong: eerste element meer open dan tweede (zoals bij [ɛi], [œy], [ɑu])
Dalende diftong: tweede element meer open dan eerste (bestaat niet in het Nederlands,
bijvoorbeeld: [ɪə] in ‘here’ in het Engels)
Onechte diftong: klinker + semivocaal (zoals bij [ai], [oi], [ui], [ew], [iw])
5. Consonanten
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper monikavandelm. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €9,48. Je zit daarna nergens aan vast.