Sport- en gezondheidsbeleid
1. Wat is sport?
AGFI Sport is het op reglementaire wijze uitvoeren van een
fysieke activiteit
Vlaamse Sportraad
Fysieke activiteiten met een gereglementeerde organisatie
en met cardiovasculaire of trainingseffect die een persoon
in gezonde, milieuvriendelijke, ethisch en medisch
verantwoorde omstandigheden verricht
1.1. Interpretaties van sport
1. Ideale beeld sport varieert naargelang waarden van een
persoon
Medicus = gezondheid
- Lichamelijke activiteit = fysiek waarneembaar gedrag
- Observatiepunten: hartslag, spierkracht, lenigheid, …
2. Betrokkenheid
Betekenisvol gedrag van een zich bewegend individu
- Manier van bewegen (+ houding) = uitdrukking van een eigen
persoonlijkheid, relatie
met de omgeving en maatschappij.
3. Wat als sport beschouwd wordt, kan afgewezen worden door
anderen
Vb. Beroepssport = arbeid of sport?
1.2. Sport in verschillende tijden, op verschillende plaatsen
Sportactiviteiten integraal gerelateerd aan relaties en machten in een
samenleving.
Veranderingen in relaties/machten betekenis/organisatie van
sportactiviteiten gewijzigd
- Prehistorische tijd Jacht en overleven, expressie van
geloof
- Oude Grieken Mythologische en religieuze
overtuigingen (hoge klasse)
- Romeinen Massa-entertainment, macht van politieke
leiders vieren
1
, - Middeleeuwen Geslachts- en statusverschillen in
maatschappij
Boeren = volksspelen
Hoge klasse = tornooien en spelen
- Vlaanderen Identiek aan verenigingsport (simpel en
overzichtelijk)
industrialisatie/rationalisatie: strak
reglement/org.
Vitale, motorisch vaardige, strijdbare
jonge man
- Vandaag Topsport, recreatie, avontuur, gezondheid
(iedereen)
1.3. Classificaties van sport
Diversiteit van meningen en indelingen door
- Ontstaansgronden (Claeys)
- Motieven (Crum)
- Organisatievorm
1.3.1. Classificatie van Claeys (ontstaansgronden)
1. Spelsporten
spelen en ontspanningsvormen die plaatselijk karakter verloren en
waarin nationaal
georganiseerde competities ontstonden
▪ Ploegsporten zaalploegspelsport of
veldploegspelsport
▪ Individuele sporten slagbalsporten of balsporten
2. Overlevingssporten
activiteiten die noodzakelijk waren om vroeger te overleven, nu als
vrije tijd
▪ Vechtsporten schermen, boksen
▪ Hengelsporten vissen
▪ Schietsporten boogschieten en
vuurwapensporten
3. Bewegingssporten
voortbewegen
▪ Zonder verplaatsingsmiddel zwemmen, yoga, krachtsport,
atletiek, klimmen
2
, ▪ Met verplaatsingsmiddel schaatsen, paardrijden, water-,
lucht- en motor
1.3.2. Piramidale sportmodel (beoefening wijze)
perfecte samenhang en beïnvloeding tussen top en basis van piramide
(afvallingskoers)
Winnen en de beste zijn recreanten zijn selectiebasis voor talent
Topsport beroep
Competitiesport prestatieniveaus wedstrijden
Recreatiesport wedstrijd, ontspanning/sociaal contact
Sportieve recreatie sport/spelvormen zonder officiële regels
Bewegingsrecreatie recreatie met beweging
Spel, spelend bezig zijn vrijheidsbeleving en lustgevoel
Recreatie activiteiten voor ontspanning
Twijfel over wederzijdse relatie van topsport en breedtesport
Piramidale Bouwsteenmodel Kerkmodel (geen hiërarchie)
1.3.3. Classificatie van Crum (motieven)
organisatievorm meegenomen
- Topsport absoluut presteren, status en inkomen
- Wedstrijdsport gezamenlijke ervaring, presteren,
ontspanning, sociaal c.
- Recreatiesport sportieve recreatie, gezamenlijkheid en
ontspanning
- Fitnessport fysieke fitheid en gezondheid
- Avontuursport avontuur en spanning
3
, - Lust-, pret- en pleziersport exclusief plezier
- Cosmetische sport modeluiterlijk
Scheerder
huidige diversiteit en heterogeniteit van sport- en bewegingscultuur
visualiseren
verscheidenheid van recreatieve sportbeoefening in beeld brengen
Toevoeging van
- Glijsport
- Mediasport
- Pretsport
- Showsport
- Vakantiesport
- Vermaaksport
1.4. Prestatiegerichte vs. Recreatiegerichte sport
Onderscheid in
- De motieven van de sportbeoefening
- De wijze waarop ze beoefend wordt
- De wijze waarop ze aangeboden wordt
- De gevolgen en de kosten
Prestatiegericht Recreatiegericht
Doelen Absolute prestaties, Records Plezier, Vreugde,
Motieven Openbare erkenning, Gezelligheid
Behoeften Verkiezing Communicatie,
Strevinge Sociale mobiliteit, Geld Ontspanning
n verdienen Compensatie, Gezondheid
Middelen Regel gebonden (Niet)-regel gebonden
Vormen wedstrijdvormen Veelzijdigheid
Eenzijdigheid Heterogene groepen
Indeling: leeftijd, geslacht, aangepast aan
prestatie omstandigheden
Absolute vergelijkbaarheid Life-time mogelijkheden
Prestatie/wedstrijddwang voor allen
voor geldschieters en Geen wedstrijddwang, vrije
4