Lieze Le Comte SRW 2
Psychopathologie bij kinderen en
jongeren
1 Introductie
1.1Ontwikkelingspsychopathologie
Psychopathologie
o Patho (pathos): lijden
o Logie (logos): het denken over
Wetenschap of studie van het geestelijk of psychisch lijden
Ontwikkelingspsychopathologie
o Studie van ontstaan en beloop van psychische stoornissen
Centrale vraag: hoe is bepaald gedrag bij een kind ontstaan en gegroeid?
1.1.1 Psychisch lijden
= Dat vanuit het psychische veroorzaakt wordt en of zich in het psychische uitdrukt
o Expressie en motoriek (Gilles de la Tourette)
o Bewustzijn (dissociatieve stoornissen)
o Zelfbeleving (eetstoornissen)
o Waarnemen en perceptie (psychotische stoornissen, waarnemen van dingen die er
niet zijn)
o Denken en geheugen (psychogene amnesie, tijdelijk geheugenverlies)
o Stemming, gevoel en affect (stemmingsstoornissen, bv depressie)
Het kan wijzen op hoe het lijden zich uitdrukt, bovenstaande zijn psychische functies.
Psychopathologie = houdt zich bezig met de theorie over psychische problemen
Psychiatrie = hulpverleningspraktijk aan mensen met een psychische stoornis
Ontwikkelingspsychopathologie = ontstaan en beloop van psychische stoornissen worden onderzocht
1.1.1.1 Reflectievraag – de psychische stoornis
Welke termen worden/ werden gehanteerd om personen met een psychische problematiek te
beschrijven?
Abnormaal, gestoord, krankzinnig, gek, zot, geestelijk ziek, afwijkend, onaangepast, niet
maatschappelijk geïntegreerd, werkonbekwaam, ….
1.1.1.1.1 Normaal – abnormaal
Uitzonderlijk: afwijking van statistisch gemiddelde
o Bv, mensen die schrik hebben om andere mensen te ontmoeten
o Videofragment Tammet (hoogbegaafde man met ASS)
Afwijking van norm?
o Van de maatschappelijke norm (homoseksualiteit, pas in 1987 als normale seksuele
variant in DSMIII-R). Homeseksualiteit in de jaren 80 werd als pathologisch
bestempeld.
1
Psychopathologie
,Lieze Le Comte SRW 2
o Van de religieuze norm
o Voorbeeld: DSM en homoseksualiteit
DSM I (1952): Homoseksualiteit als een seksuele afwijking met een
sociopatische persoonlijkheidsverstoring
DSM II (1968): Homoseksualiteit als een seksuele afwijking zoals andere
parafilieën
DSM IIR (1973): Stoornis in de seksuele oriëntatie
DSM III (1980): Ego-dystone homosexualiteit: (1) een continu gebrek aan
heterosexuele arousal, wat door de patient ervaren wordt als interfererend
met de initiatie of het behoud van de gewenste heteroseksuele relaties, en
(2) permanent lijden onder het dominante patroon van ongewenste
homoseksuele arousal.
DSM IIIR (1987): normale seksuele variant
Onmogelijkheid om zich te conformeren aan de maatschappij
o = mensen die niet juist functioneren in de mpij
o Filmfragment Birdy, One Flew Over the Cuckoo’s Nest, the Changeling
Bv, Drapetomania; hoofdsymptoom: vreemd verlangen om weg te lopen van
hun meesters
o Disfunctioneren afhankelijk van het dominante functioneringsmodel van een
maatschappij
Foute perceptie/interpretatie van de realiteit
o Hallucinaties
o Men gaat dit gedrag als abnormaal beschrijven
Subjectief ervaren van ongemak, van lijden
o Bij zichzelf (bv, alles willen controleren)
Maar: lijden hoort bij het leven Pathologiseren en medicalisering van
lijden
o Bij de ander (bv, persoon met alcoholproblemen ervaart vaak geen ongemak of
lijden, maar de partner of kinderen gaan zeggen dat zij wel lijden onder het
drankgebruik van de ouder)
Ongepast/contraproductief gedrag (bv, mensen die lijden aan sociale fobie)
o Sociale fobie (= contact met andere mensen vermijden)
Vanuit een juridisch standpunt
o Is pedofilie niet normaal genoemd
Geen cut-off tussen (= geen exacte grens tussen abnormaal en verstoord gedrag)
o Normaliteit-psychopathologie continuüm
Het ervaren van onvrijheid
o = mensen die lijden aan zo’n gedrag gaan vaak zeggen ‘ik zit gevangen in dit gedrag’.
Bij kinderen: belemmeren van de ontwikkeling, het niet kunnen realiseren van
ontwikkelingsopgaven
2
Psychopathologie
,Lieze Le Comte SRW 2
Statement
Psychopathologie is iets anders dan psychiatrie. Bij psychopathologie wordt kennis verzameld over
algemene kenmerken van psychische stoornissen. Bij psychiatrie wordt gekeken naar (de effecten)
van hulpverlening aan mensen met psychische stoornissen.
1.1.2 Psychopathologie en psychiatrie
1.1.2.1 Psychiatrie
- iatrein (genezen)
= Het handelen en omgaan met de mens met psychische problemen
Toegepaste wetenschap
Psychiatrie psychopathologie
als praktijk als theorie
Medisch model
Geef 3 verschillen tussen psycholoog en psychiater
Statement
Ontwikkelingspsychopathologie is geen nieuwe wetenschap, maar een benadering waarin inzichten
uit verschillende wetenschappelijke disciplines en wetenschappelijke theorieën worden
geïntegreerd.
Oefening: Welke voorkennis is nodig om de thema’s binnen ontwikkelingspsychopathologie te
kunnen begrijpen en dus antwoord te kunnen geven op voorgaande vragen?
Wat is er aan de hand?
Hoe is dit zo gekomen?
Wat kunnen we eraan doen?
Hoe zal het met hem of haar verder gaan?
Welke opleidingsonderdelen kan je hier aan linken?
Algemene en ontwikkelingspsychologie, klinische psychologie, (ortho)pedagogie, biologie,
(kinder)psychiatrie, sociologie, culturele antropologie & epidemiologie
Statement
Het actuele gedrag van een kind is altijd het gevolg van vroegere ervaringen en van de eisen die de
huidige situatie aan hem stelt.
Ontwikkelingsbenadering (rode draad doorheen dit OPO)
De veronderstelling dat gedrags-(mogelijkheden) veranderen, worden complexer (bv,
cognitief functioneren van kinderen)
Verandering in één van de psychische functies, heeft invloed op de andere functies en
verandert zo de hele persoon
Dit proces wordt beïnvloed door vroegere ervaringen en door kenmerken en eisen van de huidige
situatie
Geen deterministische visie, maar een wisselwerking tussen ervaringen in het verleden en
huidige ervaringen
Ervaringen in het verleden huidige manier van waarnemen, interpreteren, handelen
3
Psychopathologie
, Lieze Le Comte SRW 2
Huidige ervaring anders ervaren, correctie op vorige ervaringen
Minder focus op de stoornis als kenmerk van een persoon, maar eerder op een ontwikkeling die is
vastgelopen of scheefgegroeid.
Statement
Als beoordeeld moet worden of gedrag van een kind adequaat is, moet daarbij de (ontwikkelings-)
leeftijd van het kind betrokken worden. Gedrag dat op jonge leeftijd adequaat is, kan op latere
leeftijd op een stoornis wijzen.
“Ik kan de deur niet uit zonder dat mijn dochter met mij meegaat. Familiebezoek, even naar de
winkel, op een terrasje zitten, overal wil ze mee naar toe. Als ik tegen haar zeg dat ik alleen met mijn
man op vakantie wil, haalt ze van alles uit de kast om ons niet zonder haar te laten gaan. Ze doet
alles om niet alleen gelaten te worden. Ze zegt ook letterlijk dat ze bang is dat ik haar niet meer wil
en misschien niet meer terug kom. “
Om te kijken of dit gedrag pathologisch is moet men kijken naar de leeftijd. De dochter hier is 21 jaar,
dan is het gedrag pathologisch. Als een kind van 3 jaar dit zegt is dit een andere interpretatie. Naast
de leeftijd moet je ook kijken naar de context van het kind. Na corona zeiden heel veel ouders dat
hun kind bij de eerste keer dat ze weer naar school moesten weer gedrag stelden omdat ze moeilijk
de ouder konden los laten.
Statement
Je weet pas wat een afwijkende ontwikkeling is als je weet wat de normale, gemiddelde ontwikkeling
is, en als je rekening houdt met achterliggende culturele opvattingen.
Wanneer wordt bedwateren problematisch?
Wat is de kritische (sensitieve) periode voor taalverwerving?
Hoe uit zich een veilige hechting?
Wat betekent ‘sensitieve responsiviteit van de opvoeder’?
Waarom is ‘innerlijke spraak’ belangrijk bij de ontwikkeling van regelgeleid gedrag?
Geef het verband tussen volgende ontwikkelingsaspecten: ontwikkeling van agressie
enerzijds en taalvaardigheid, morele ontwikkeling en executieve functies anderzijds.
Welke angsten komen vaak voor bij peuters en kleuters en hoe is dit te verklaren?
Wat betekent encopresis?
Statement
Elk kind is uniek. Dat geldt ook voor elk kind met een psychische stoornis.
Het is vaak zo als we kennis gaan verwerven over een probleem. Dan wordt elk kind dat we met
adhd gaan tegenkomen afgevinkt op de criteria. Maar de kinderen hebben bv, geen vaststelling van
ADHD
Ontwikkeling van het kind wordt beïnvloed door:
Factoren uit de omgeving van het kind
o Gezin, leeftijdsgenoten, school, media, culturele en maatschappelijke normen (zie ook
bio-ecologische systeemtheorie ven Bronfenbrenner)
Factoren eigen aan het kind
4
Psychopathologie