Deze samenvatting omvat notities en aantekeningen van de lessen gedoceerd door Prof. K. Nelissen, gevolgd aan de KU Leuven.
Dit is de ideale leidraad om het vak snel te begrijpen en een mooie score te behalen. Bovendien staan reeds gevraagde alsook potentiële examenvragen vermeld in de samenva...
[Meer zien]
Laatste update van het document: 2 maanden geleden
Het centraal zenuwstelsel (CZS) bestaat uit : de hersenen (groot=cerebrum en klein=cerebellum), hersenstam
en het ruggenmerg.
Het perifeer zenuwstelsel (PZS) reguleert het sturen van informatie uit het lichaam naar de hersenen en
omgekeerd (bv. tastreceptoren op de hand à hersenen à motorische zenuwen zorgen voor pijnprikkel).
Autonoom ZS behoort tot perifeer en dit bezenuwt alle organen, klieren en dergelijke à homeostase
Sensatie = transformatie van fysische stimuli (wat we waarnemen) in elektrische (neuronale) stimuli ó
Perceptie = het selecteren, organiseren van deze informatie à perceptie = interpretatie, geen passieve
registratie door zintuigen (afhankelijk van het individu !)
Neuron doctrine : neuronen zijn de anatomische en fysiologische basiseenheid van het zenuwstelsel à
werking van de hersenen is terug te brengen naar elektrische activiteit van neuronen.
Gliacellen hebben voornamelijk een belangrijke rol in het ondersteunen van neuronen.
Astrocyten à energiemetabolisme (bv. glucosemetabolisme)
Microglia à fagototische werking voor opruimen van virussen, dode cellen, …
Ependymcellen à produceren van cerebrospinaal vocht (CSV)
Oligodendrocyten (cfr. Schwann cellen in periferie) à myelineproductie rond bepaalde axonen
Complexiteit van de hersenen is terug te brengen naar 3 redenen.
1. Structurele en functionele diversiteit
Er zijn enorm veel verschillende celtypes, neurotransmitters, subtypes van cellen : ca. 100 miljard neuronen
2. Verschillende niveaus van organisatie
Division of labour = de onderverdeling van arbeid voor neuronen à elke regio/gebied heeft zijn eigen
functionering
3. Oorzaak en gevolg zijn moeilijk te ontwarren
Een vorm van gedrag is niet zomaar terug te brengen naar een bepaald gen.
bv. spiegelsysteem in geval van autisme : neuronen zijn actief bij een bepaalde activiteit maar kunnen ook
activeren bij het waarnemen van deze activiteit bij een ander individu. à Hypothese stelt dat als dit systeem
niet werkt, mensen autisme kunnen ontwikkelen. Omgekeerd geldt ook : als je autisme hebt, heb je slecht
ontwikkelde witte stofbanen en zullen neuronen niet capabel zijn voldoende juiste informatie op te vatten.
1.2 ONDERZOEKSTECHNIEKEN
Magnetic Resonance Imaging (MRI)
Onderscheid maken tussen verschillende weefsels : grijze/witte stof, CSV, bloedvaten + diffusiemetingen (DTI).
, Rechts : MR T1-gewogen à geeft de densiteit van protonen
weer (bv. water : CSV in hersenen)
Zwart = hersenvocht in de ventrikels ; grijs = witte
stofbanen
Links : diffusiemeting (Diffusion Tensor Imaging = DTI) à
witte stofbaanbepaling waarbij de kleuren aantonen in
welke richting ze lopen : rood (links naar rechts) ; groen
(voor naar achter) ; blauw (in de diepte)
Tract-tracing = invasief !
Invasieve methode waarbij je 2 typen moleculegroepen kan inspuiten en na enkele dagen hersencoupes
maken.
Retrograde beweging à component wordt opgenomen door dendrieten (voetjes) en migreren
richting het cellichaam
Anterograde beweging à component wordt opgenomen door het cellichaam en zal via axon een
bepaald gebied betreden
Diffusion Tensor Imaging (DTI) = niet invasief ! = niet zeer nauwkeurig (veel vals positief/negatief)
Het meten van waterverplaatsingen binnenin axonen à waar water het makkelijkste beweegt zal een witte
stofbaan zijn. (Tensor = stroomlijn van informatie)
Isotropie = water beweegt in alle richtingen even makkelijk
à geen witte stofbaan
Anisotropie = beweging van water heeft een specifieke
voorkeursrichting
Fractionele anisotropie (FA) = een index voor de
hoeveelheid van diffusie asymmetrie in een voxel (= 3D
voorstelling van volume-eenheid van een pixel)
Hoge FA à goed georganiseerde en gedefinieerde
vezelstructuren (axonen)
Lage FA à kan wijzen op pathologie
Zwart = locaties waar neuronen liggen
Wit = locaties waar een hoge FA aanwezig is à langste
opeenvolgende gebieden verwijzen naar een tensor
Maar geen info over de zin van diffusie, enkel richting !
Veel vals positief en vals negatief
Problemen met kruisende vezels ‘kissing fibers’
Elektrofysiologische technieken à elektrode blijft buiten de cel ; informatie over IPSP en
EPSP, zowel input als output of intracellulair ; patch clamp ( = allemaal invasief)
Inbrengen van microelektroden die vervolgens elektrische actiepotentialen (single cell = spikes ó region =
local field potential LFP) kunnen meten over een ionkanaal à zeer goede temporele en spatiale resolutie.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ThomasDG. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €16,99. Je zit daarna nergens aan vast.