100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Arresten Europees Recht in het kort €4,49   In winkelwagen

Arresten

Arresten Europees Recht in het kort

4 beoordelingen
 156 keer bekeken  8 keer verkocht
  • Vak
  • Instelling

Voor de tweede kans in prijs verlaagd. Ik heb met mijn aantekeningen een 9 gehaald, bekijk ook de bundel! Korte weergave Arresten (compleet) Geen tijd voor spellingscheck gehad, bij onduidelijkheid graag een berichtje.

Voorbeeld 3 van de 27  pagina's

  • 10 januari 2020
  • 27
  • 2019/2020
  • Arresten
  • Onbekend

4  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: hassansalehomarnasir • 2 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: christopherdionisio • 3 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: sannetadema • 3 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: ciscadejonge • 4 jaar geleden

avatar-seller
KORTE WEERGAVE ARRESTEN EUROPEES RECHT 20192020


WEEK 1
H UMBLOT
Hier was sprake van een differentiële belasting op motorvoertuigen tot aan de 16fpk. Vanaf 16fpk
werd een vast bedrag geheven dat veel hoger was dan als je de formule gebruikte die je gebruikte
bij motorvoertuigen tot aan 16fpk. Het bleek verder dat Frankrijk zelf géén motorvoertuigen
produceerde die boven de 16fpk uit kwamen. Alleen de importvoertuigen moesten dus het hoge
bedrag betalen. Als de Franse inwoners van de lidstaat dus een auto zouden gaan kopen was het
waarschijnlijk dat zij eerder voor de auto met minder fiscaal vermogen zouden gaan dan de auto’s
met het hogere tarief. De conclusie was dan ook dat er sprake was van indirecte discriminatie. Het
Franse systeem klopte niet.

H UMBLOT
C ASUS :
Geschil tussen Michel Humblot en de directeur general des impots (Franse belastingdienst), inzake
een vordering van Humblot tot terugbetaling van door hem betaalde bijzondere
motorrijtuigenbelasting. (Overweging 2.)
In Frankrijk bestaan er twee verschillende jaarlijkse motorrijtuigenbelastingen. Enerzijds de
differentiële belasting voor motorrijtuigen van 16pk of minder die naar mate het fiscaal vermogen
van de motor progressief en regelmatig stijgt en anderzijds de bijzondere belasting voor
motorrijtuigen van meer dan 16 pk. Deze blijft op een vast (en veel hoger) bedrag staan.
Humblot wil op enig moment zijn motorrijtuig in het verkeer brengen. Dit kost hem naar bijzondere
belasting ff5000,-. Na betaling van dit bedrag vordert hij het verschil tussen de 5000 en het
maximale bedrag naar differentiële belasting (ff1100,-) terug.
Als de vordering wordt afgewezen dagvaardt hij de directeur general des impots stellende dat de
heffing van bijzondere belasting strijdig is met art. 30 en 95 EEG verdrag.
De rechtsvraag voor het Hof van Justitie is de volgende: (samengevat)
“Moet art. 95 EEG zo worden uitgelegd dat deze bepaling er aan in de weg staat dergelijke
belastingen te heffen op het in het verkeer brengen van producten uit een andere lidstaat, die het
land zelf niet produceert, wanneer deze producten gelijksoortig zijn of concurreren met eigen
producten?”
Oftewel: “Laat art. 95 EEG toe dat een Frankrijk specifieke belastingen, zoals deze bijzondere
belasting heft op motorrijtuigen van meer dan 16pk, wanneer in Frankrijk anders dan in sommige
andere landen van de gemeenschap dergelijke motorrijtuigen niet worden geproduceerd.”
R ECHTSREGEL :
Overweging: Lidstaten zijn in principe vrij producten zoals motorrijtuigen te onderwerpen aan een
verkeersbelasting die progressief stijgt volgens een objectief criterium zoals het fiscaal vermogen
dat op verschillende wijzen kan worden vastgesteld. (Fiscaal vermogen is het vermogen van een voertuig
dat met een bepaalde formule per voertuig wordt berekend. Dat komt in de buurt van het daadwerkelijke
vermogen van het voertuig.)
Deze vrijheid bestaat zolang er geen discriminerende werking of beschermende werking van de
binnenlandse belasting uitgaat.
Dat in dit geval wel zo. De regeling voorziet in twee verschillende belastingen zoals genoemd.
Formeel lijkt de regeling geen onderscheid maken (immers elk voertuig van 16pk of meer…) maar er
bestaan onmiskenbaar discriminerende en beschermende trekken, strijdig met 95 EEG. Het fiscaal
vermogen dat de heffing bepaalt is op een zodanig niveau ingesteld dat uitsluitend, ingevoerde
motorrijtuigen door de belasting worden getroffen die uit andere lidstaten afkomstig zijn.
(Wat je moet zien is dat Frankrijk dus zelf met name voertuigen produceert die die grens van 16pk
niet raken. Alles wat uit het buitenland komt heeft vaak wel 16pk of meer. De buitenlandse
producten worden zodoende 5 keer zoveel belast als de binnenlandse producten.)
Indien de consument geen rekening houdende met de belastingen een overweging zou maken op
bass van grootte, comfort, onderhoudskosten, levensduur e.d. zou hij ongetwijfeld kiezen uit een
motorrijtuig boven de Franse drempel. De voordelen worden echter teniet gedaan door de door
Frankrijk geheven belasting nu deze niet evenredig is met de belasting beneden de 16pk.
Zodoende wordt de mededinging door de bijzondere belasting beperkt en is zij in strijd met het
beginsel van neutraliteit van binnenlandse belastingen.

,KORTE WEERGAVE ARRESTEN EUROPEES RECHT 20192020
O UTOKOMPU
C ASUS :
In Finland ken men drie systemen van belasten van elektriciteit. Belasten van binnenlandse
elektriciteit uit milieuvriendelijke bronnen, belasten van elektriciteit uit milieuonvriendelijke
bronnen en het belasten van geïmporteerde elektriciteit. Dat laatste wordt belast op één niveau
tussen het hoogste en laagste niveau van milieuvriendelijkheid. Het is niet mogelijk om in
aanmerking te komen voor het lagere tarief.
Outokompu stelt een beroep tot nietigverklaring van de hem opgelegde belastingaanslag in op grond
va het feit dat de elektriciteitsaccijns een bij art. 30 VWEU verboden heffing van gelijke werking als
een douanerecht is. Subsidiair stelt zij dat een dergelijk accijns discriminatoir is in de zin van art.
110 VWEU. Het bedrag van de accijns moet zodanig worden verlaagd dat het overeenkomt met het
laagste accijnstarief dat Finland te bieden heeft.
R ECHTSREGEL :
Overweging: Wat betreft de kwalificatie merkt het Hof eerst op dat bepalingen betreffende
heffingen van gelijke werking en betreffende discriminerende belastingen niet cumulatief van
toepassing kunnen zijn. Eenzelfde heffing kan niet gelijktijdig tot beide categorieën behoren. 1
Overweging 20: ‘elke eenzijdig opgelegde geldelijke last, ongeacht de benaming of de structuur
ervan, die wegens grensoverschrijding over goederen wordt geheven en geen douanerecht stricto
sensu is, een heffing van gelijke werking in de zin van artikelen 9, 12, 13 en 16 EG-verdrag vormt.
Een dergelijke last valt evenwel niet onder deze kwalificatie wanneer hij behoort tot een algemeen
stelsel van binnenlandse belastingen waardoor categorieën producten stelselmatig worden getroffen
volgens objectieve, onafhankelijk van de oorsprong van de producten toegepaste criteria, in welk
geval hij binnen de werkingssfeer van artikel 95 van het Verdrag valt.’
Van belang is dus te kijken of sprake is van een algemeen stelsel van belastingen. Daar is sprake van
zegt het Hof, want het geldt niet alleen voor elektrische energie mar ook voor andere bronnen van
energie zoals turf, steenkool, aardgas e.d.
Ten tweede ziet het Hof dat zowel de ‘buitenlandse elektriciteit’ als de ‘binnenlandse elektriciteit’
onder dezelfde belastingregeling valt, dat de accijns door hetzelfde orgaan wordt geheven en dat
dat volgens dezelfde procedures gaat.
Ten derde wordt de betreffende accijns geheven over alle elektriciteit, ongeacht de afkomst, met
uitzondering van elektriciteit die in het binnenland is geproduceerd met generatoren met een
vermogen van minder dan twee megavoltampère of, in geringe hoeveelheden, met behulp van turf
wordt geproduceerd.
De bovenstaande omstandigheden wijzen er niet op dat sprake is van een verboden heffing van
gelijke werking. De accijns wordt niet wegens grensoverschrijding geheven.
Outokompu wijst op het arrest Denkavit Loire 2. Hierin staat dat een heffing op ingevoerde
producten enkel deel uit kan maken van een algemeen stelsel van binnenlandse producten indien zij
binnenlandse en ingevoerde producten in hetzelfde stadium van verhandeling belast en het
belastbare feit voor beide categorieën van producten hetzelfde is. (Is er een verschil in het
belasten van ingevoerde elektriciteit en elektriciteit die uit het binnenland komt?) Het Hof ziet
hierin geen verschil. Hoewel er een verschil zou kunnen zitten in het moment van productie en het
moment van invoer is dat in het geval van elektriciteit niet van belang nu dit in beide gevallen het
moment is dat de elektriciteit het distributienet bereikt. (Er is dus geen sprake van een
daadwerkelijk verschil.) (tot overweging 26)
Het tweede punt van Outokompu betreft dat de accijns noch volgens dezelfde criteria, noch
onafhankelijk van hun oorsprong tot stand komt als dat in het geval van binnenlandse belastingen is.
Bij buitenlandse productie wordt immers niet naar het productieproces gekeken.
Het Hof heeft in het arrest Kortmann 3 reeds vastgesteld dat een heffing van gelijke werking als een
douanerecht slechts als heffing van gelijke werking kan worden aangemerkt indien haar
toepassingsmodaliteiten zodanig zijn dat de last in feite uitsluitend op ingevoerde en niet op
nationale producten komt te rusten. Dit is niet het geval, zoals al eerder is geconcludeerd. Voorts is
overwogen dat het feit dat de oorsprong van de goederen bepalend is voor het bedrag van de te
innen heffing, de heffing niet aan de werkingssfeer van art. 95 van het Verdrag kan onttrekken.
Conclusie: een accijns als aan de orde is een binnenlandse belasting als bedoeld in art. 95 EG
verdrag en niet een heffing van gelijke werking als een douanerecht in de zin van art. 9 en 12.

1
Arrest Haahr Petroleum C-90/94
2
31 mei 1979 132/78
3
28 janauari 1981 32/80

, KORTE WEERGAVE ARRESTEN EUROPEES RECHT 20192020
(Het Hof heeft dus in gevolge Haahr Petroleum eerst moeten bepalen om wat voor een heffing/belasting het
in casus ging nu deze niet gelijktijdig tot dezelfde categorie kunnen behoren.) (- Overweging 30)
Het Hof merkt op dat het gemeenschapsrecht er niet aan in de weg staat een systeem op te zetten
dat aan de hand van objectieve criteria differentiaties aanbrengt in het systeem van belastingen,
maar dat deze differentiaties zich enkel met het gemeenschapsrecht verdragen wanneer zij gericht
zijn op verwezenlijking van oogmerken die eveneens met de vereisten van het Verdrag en van het
afgeleide recht verenigbaar zijn. (+ zij mogen geen rechtstreekse of indirecte discriminatie van
import uit andere LS of bescherming van nationale concurrerende gelijksoortige producties
betekenen.)
Art. 95 EG-verdrag staat er zodoende in dit geval niet aan in de weg dat Finland meer belasting heft
naarmate het productieproces minder milieuvriendelijk is. Het is immers gericht op het bevorderen
van het milieu. Een taak van de Gemeenschap. (art. 2 jo. Art. 3 sub k EG-verdrag)
Dan is de vraag of de bepaling ook verenigbaar is met de non-discriminatieregel van art. 95 EG.
Hierbij is het arrest Commissie/Luxemburg4 van belang waarin is bepaald dat “wanneer belasting op
het ingevoerde product en die op het soortgelijke nationale product op verschillende wijze en
volgens verschillende modaliteiten worden berekend, waardoor het ingevoerde product, zij het
slecht in sommige gevallen, zwaarder wordt belast”, deze bepaling wordt geschonden.

Het hof concludeert dat de regeling niet verenigbaar is met de non-discriminatieregel nu de
eenvormige heffing voor buitenlandse elektriciteit hoger is dan de laagste heffing op in het
binnenland geproduceerde elektriciteit. Dat elektriciteit in sommige gevallen ook zwaarder wordt
belast is irrelevant nu de belasting moet worden vergeleken met de laagste belasting op in het
binnenland geproduceerde energie.
De Finse regering merkt op dat het onmogelijk is om het productieproces van buitenlandse
elektriciteit vast te stellen wanneer het distributienet is bereikt. Praktische moeilijkheden mogen
echter geen rechtvaardiging zijn voor toepassing van binnenlandse belastingen die producten uit
andere LS discrimineren. Daarbij merkt het Hof op dat de Finse wettelijke regeling geen enkele
mogelijkheid biedt voor importeurs om aan te tonen dat zij voor een ander tarief in aanmerking
zouden moeten komen.

Er moet afschaffing van dit systeem plaatsvinden voor zover de rechtstreekse discriminatie van
ingevoerde producten niet wordt voorkomen.

C OMMISSIE TEGEN V ERENIGD K ONINKRIJK ( WIJN / BIER )
De vraag was in dit arrest of win concurreert met bier. Uiteindelijk concludeerde het Hof dat er
wel sprake was van een beschermende werking. Wijn werd veel zwaarder belast dan Bier en dat kon
niet langer.

D ASSONVILLE
Rechtsoverweging 5 ‘Iedere handelsegeling der LS die de intra-communautaire handel al dan niet
rechtstreeks, daadwerkelijk of potentieel kan belemmeren, als een maatregel van gelijke werking.’

C ASSIS DE D IJON (R EWE -Z ENTRAL AG V . B UNDESMONOPOLVERWALTUNG FÜR B RANTWEIN )
Cassis-rechtvaardiging. Belemmeringen kunnen worden gerechtvaardigd voor zover ‘dringende
redenen’. Ziet in beginsel op producten (maar je ziet in latere arresten dat de cassis-
rechtvaardiging van toepassing wordt verklaard op andere vrijheden.)




C ONEGATE
Gaat over opblaaspoppen. Douane weigert de invoer van deze poppen. Hof zegt dat ontuchtig
karakter een reden kan zijn voor weigering, maar niet als binnen de eigen LS géén maatregelen
worden genomen om de poppen te verbieden.
4
C-152/89

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

√  	Verzekerd van kwaliteit door reviews

√ Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper MathildeD. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 77254 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,49  8x  verkocht
  • (4)
  Kopen