Samenvatting Sportbiometrie van het derde onderwijsblok binnen de opleiding Mens en Techniek|Biometrie in jaar 3 binnen de afstudeerrichting Sport en Revalidatie (SR).
Methodologische kwaliteit / Psychometrische eigenschappen
Deze twee termen zijn synoniemen. Ze beschrijven de kwaliteit van een meetinstrument via de:
• Validiteit
Meet het wat het moet meten? Verschillende vormen van validiteit:
Criterium validiteit -> gouden standaard ; Construct validiteit -> koperen standaard
Vergelijken met gouden standaad (ideaal), Koperen standaard (minder ideaal, vager begrip meten:
pijn) of Houten standaard (nog minder goed, komt bijna niet voor).
➔ Wordt weergegeven met een correlatie & correlatiecoëfficiënt (r). Nadeel: systematische
fout (lijn gaat niet door oorsprong) is niet terug te zien in de r-waarde.
• Betrouwbaarheid (reproduceerbaarheid)
Worden dezelfde uitkomsten gevonden bij herhaling meting. Verschillende vormen:
Test-hertest betrouwbaarheid ; inter(verschillend)- en intra(dezelfde)beoordelaarsbetrouwbaarheid.
➔ De intraclass correlatiecoëfficiënt (ICC) wordt gebruikt voor het kwantificeren van de mate
van overeenstemming tussen twee (of meer) herhaaldelijk gemeten waardes.
ICC=1=perfecte test-hertest betrouwbaarheid. De ICC is een beter test voor
betrouwbaarheid dan de Pearson correlatie, want kijkt naar verschillen per groep
observaties (test-hertest per proefpersoon bv.) en niet simpel naar x-y verband.
➔ CV = coefficient of variation (in %), relatieve standaarddeviatie. Spreiding tov gemiddelde
o (st.dev./gemiddeld)*100
o 10 sprongen met 50 ± 5 cm -> CV=10%, hoe lager CV hoe hoger de betrouwbaarheid
• Responsiviteit
Responsiviteit verwijst naar de mate waarin een instrument in staat is werkelijke veranderingen in
kaart te brengen. Verandering groter dan de aanwezige ruis.
➔ Een meting doen voor en na een behandeling waarvan men zeker weet dat die effectief is.
• Interne consistentie
Niet altijd van belang, kijkt naar de onderlinge correlatie tussen items in een meetinstrument,
vb: vragenlijst depressie.
Andere factoren die de kwaliteit van een inspanningstest beoordelen: Hanteerbaarheid
(kennis nodig: hooggeschoolde mensen vereist, arbeidsintensief om te gebruiken, inzetbaarheid)
Fitheid
De samenhang tussen uithoudingsvermogen, kracht, lenigheid en coördinatie. Je bent fit wanneer
deze vier factoren onderling in balans en van voldoende niveau zijn.
Verschillende Fitheidstesten in de sport:
❖ Wingate test (Anaeroob)
Fietsergometrie test, 30 seconden zo snel mogelijk trappen na opwarming
Weerstand bepaald door: het lichaamsgewicht, het geslacht en de ingeschatte getraindheid.
De uitkomstmaten: Het maximale behaalde vermogen de test (anaerobe piekvermogen)
Het gemiddelde vermogen tijdens de test (anaerobe capaciteit, arbeid)
De zogenoemde ‘vermoeidheidsindex’.
De test wordt gebruikt om het anaerobe vermogen van de beenspieren te bepalen
, ❖ Steep Ramp test (Aeroob)
Ergometrie test, 3 minuten laag belast fietsen (trapfrequentie 60 tot 80 per minuut), hierna elke 10
seconden de weerstand verhogen met 25 watt. Test stoppen als trapfrequentie < 60 per minuut .
De uitkomstmaten: Het hoogst gehaalde wattage -> schatting aerobe vermogen (VO2max).
De test wordt ook gebruikt om de intensiteit van intervaltraining te bepalen.
❖ VO2max-test (Aeroob)
VO2max staat voor maximale zuurstofopname en geldt als dé maat (gouden standaard) voor conditie.
Ergometrie test, ademgasanalyse, belasting geleidelijk opvoeren tot maximale inspanning (±10 min).
De uitkomstmaten: maximale zuurstofopname (VO2max), maximale wattage, omslagpunt (anaerobe
drempel), de koolhydraat vs vetverbranding en bepaling trainingszones (a.d.h.v. hartslag).
❖ Shuttle run (Aeroob)
Veldtest, 20 meter op en neer rennen, steeds sneller (aangegeven door piepjes/trappen).
De uitkomstmaten: laatst behaalde trap -> hoogst behaalde snelheid -> voorspelling VO2max.
De test schat het maximale aërobe uithoudingsvermogen.
❖ Yo-Yo intermittent test (Aeroob)
Veldtest (± Shuttle run), hardlopen met steeds hogere snelheden tot uitputting met periodieke
rustintervallen, aard van inspanning bij stop-and-go-sporten wordt gesimuleerd (voetbal, cricket,
basketbal etc.). Twee verschillende versie vanwege verschil in rustintervallen.
❖ Zoladz-test (Aeroob)
Veldtest, 5 keer 6 min rennen met 2 min (actieve) rust tussen elk van de 5 loopjes. Elk loopje met
hogere intensiteit rennen. Maximale hartslag moet bekend zijn.
De uitkomstmaten: Welke hartslagzones verbeterd of verslechter zijn.
Afstand die je kan lopen in de hartslagzone (zegt iets over je getraindheid).
Moeilijkheid: lastig om in hartslagzone te lopen, fluctuaties in hartslag tussen verschillende dagen.
Sprongtesten
• Squat Jump
Een plyometrische oefening, vanuit knieën 90° naar een zo hoog mogelijke verticale sprong (zonder
armzwaai). Test de explosieve kracht (in de benen).
• Counter movement jump
Vanuit rechtopstaande positie gevolgd door het zakken door de knieën tot 90 graden en meteen een
zo hoog mogelijk verticale sprong (zonder armzwaai). Test ook de explosieve kracht (in de benen).
• Drop jump
Van een box laten vallen, de val wordt geabsorbeerd en er wordt onmiddellijk verticaal omhoog
gesprongen (niet diep door de knieën en handen op heupen).
Test omzetsnelheid van absorptie in voortstuwing (de grondcontacctijd), beenkracht en reactiviteit.
• Verspringen uit stand
Door de knieën zakken, met de armen naar achteren zwaaien en zo ver mogelijk proberen te
springen. Landen met beide voeten en niet vallen. Test de kracht in de benen
, ❖ 1-RM testen
one-repetition maximum (herhalingsmaximum). De spierkracht van alle spieren kan gemeten worden
met behulp van de 1RM (repetition maximum) krachtmeting. 1RM is de maximale belasting (meestal
het gewicht) waarmee je een beweging met behulp van de juiste oefen-techniek kunt uitvoeren voor
één herhaling. Met behulp van 1RM kan de trainings-intensiteit bepaald worden.
Holten diagram geeft de herhaling in verhoudingen met gewicht weer.
Op basis waarvan bepaal je welke test je gebruikt (Welk doel)?
Waarom wil je meten:
- Inventariserend/Indicatief (waar sta ik nu, wat is de gemiddelde levensverwachting?)
- Evaluatief (vooruitgang therapie, progressie verloop ziektebeeld) ± Monitoren
- Prognostisch/voorspellend ( therapie indeling, ontslagdatum, eindniveau, valrisico op basis
van nu meting -> voorspelling)
- Diagnostisch (zelden, wel in combinatie met andere metingen)
Intern beoordelen of de test het beste past met methodologische kwaliteit:
➔ Wil je verschil meten → goede responsiviteit
➔ Wil je een specifieke waarde meten → goede validiteit
Praktische redenen:
➔ Welk aspect van fitheid wil je meten, wat zijn de kosten en wat is het budget, Leeftijd,
Lichamelijke toestand, Benodigd materiaal
Specificiteit is een principe van training waarbij een trainingsprogramma de systemen benadrukt die
betrokken zijn bij het uitvoeren van een bepaalde doel activiteit (specifieke test betekent een test in
de juiste context). Denk aan een overeenkomend: energiesysteem, spiergroep en vaardigheid van de
sport. Training is het meest effectief wanneer oefeningen vergelijkbaar zijn met de sportactiviteit
waarin verbetering wordt gezocht (de doelactiviteit). De eenvoudigste en meest directe manier om
specificiteit toe te passen, is met oefeningen die vergelijkbaar zijn met de doelactiviteit (gewrichten)
Koppel de testen aan de verschillende klanten
Klant 1: Het ging hier om een voetbalcoach in de hogere regionen van het amateurvoetbal. Aan het eind van de
wedstrijd kreeg de ploeg altijd veel goals tegen en de coach weet dit aan een gebrek aan uithoudingsvermogen.
Hij was hier op zoek naar een goede test om het effect van trainingen op dit punt te kunnen volgen.
➔ Yo-Yo intermittent test of Shuttle run test
Klant 2: Een fitnesscentrum wilde zich gaan richten op trainingsprogramma’s voor algemene fitheid bij
ouderen. Ze kwamen met 2 hoofdvragen, nl. hoe vooraf in te schatten of het veilig was voor ouderen om deel
te nemen en hoe de voortgang regelmatig gemonitord kon worden op de sportschool.
➔ Veiligheid: VO2max test (in gym: steep ramp, minder belastend: Astrand)
➔ Voortgang: uithoudingsvermogen = VO2max test / Steepramp ; Kracht = 1-RM.
Klant 3: Een looptrainer deed altijd de Zoladz-test met zijn atleten om te bepalen waar hun sterke en zwakke
punten lagen. Hij merkte dat het in de praktijk toch lastig was om hieruit het trainingstempo te bepalen op
basis van de hartfrequentie. Hij vroeg zich af of er wellicht 1x per jaar een test mogelijk was om hier een beter
zicht op te krijgen.
Looptraining, sterke en zwakke punten. VO2max test.
➔ VO2max test, hieruit kan je de anaerobe drempel en het maximum (HR, VO 2) uit te halen.
Klant 4: Een ploegleider van een wielerploeg wil een inspanningstest doen om de samenstelling en volgorde
van de sprinttrein te bepalen voor in grote wedstrijden als de Tour de France.
➔ Wingate test, (want anaeroob) piekvermogen, gemiddeld vermogen en vermoeidheidsindex.
Klant 5: Een basketbalcoach wil een sprongkrachttest meenemen in de testbatterij van de selecties
voorafgaand aan het seizoen.
➔ counter movement jump of drop jump (geen squat jump vanwege statische beginpositie)
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
√ Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, Bancontact of creditcard voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper denicejacobs. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €10,49. Je zit daarna nergens aan vast.