Psychische kwetsbaarheid : 1
1. psychisch welbevinden
1.1. Definitie van welbevinden
- = gaat over een belevingstoestand die omwille van verschillende redenen kan wijzigen
- het is iets dat subjectief bepaald worden
- lichamelijk, geestelijk en sociaal je goed voelen !
1.3. Geestelijke gezondheid als component van welbevinden?
- 1.3.1. Definitie van geestelijke gezondheid
- een toestand van welzijn waarin het indivu zich bewust is van zijn of haar bekwaamheden, de
gewone stress van het leven aankan, productief en redenerend kan werken, en in staat is een
bijdrage te leveren tot zijn of haar gemeenschap
- slechte geestelijke gezondheid
- geestelijke gezondheidsproblemen en belastingen, functioneringsstoornissen die
gepaard gaan met vertwijfeling, symptomen, en diagnosticeerbare psychische
stoornissen
- 1.3.2. Geestelijke gezondheid : je kan het zelf positief beïnvloeden
- geestelijke gezondheid betekent dat je over voldoende veerkracht kan beschikken wanneer
het leven al eens lastiger wordt —> ondanks ongunstige omstandigheden je leven toch op de
rails kunnen houden
- je kan geestelijke gezondheid dus actief beïnvloeden —> er zijn 5 overkoepelende strategieën
- actief zijn
- verbondenheid met medemensen
- van betekenis zijn
- iets nieuws uitproberen
- zelfbewust in het leven staan
- 1.3.3. Geestelijke gezondheid bevorderen : een meersporenbeleid
- 5 beschermende factoren voor geestelijke gezondheid
- 1. aandacht voor basisnoden en basisbehoeften
- gezonde voeding, voldoende slaap, toegang tot transport, veilige fysieke en
kwaliteitsvolle leefomgeving, respect voor rechten als mens/burger, sociale zekerheid,
…
- 2. aandacht opdat men zich verbonden kan voelen, erbij kan horen
- sociale participatie, erbij horen, sociale steun, positieve rolmodellen, verbondenheid
met gezin, goede relatie met peers, respect, ondersteunende partnerrelatie, zinvolle
vrijetijdsbesteding, …
- 3. kunnen leren en ontwikkelen
- toegang tot onderwijs, doelen in het leven, aangepaste opvoeding, openheid voor
nieuwe ervaringen en ideeën, …
- 4. over aangepaste coping beschikken
- humor, relativeringszin, doorzettingsvermogen, sensitiviteit, reflectief vermogen, …
- 5. aandacht voor het versterken van de identiteit
- positieve ervaring kindertijd, identificatie met groep, leefomgeving die zelfwaarde en
vaardigheden versterkt / aanmoedigt
Pagina 1 van 14
, 2. Stigmatiseren en geestelijke gezondheidszorg
2.2. Stigma en discriminatie
- 2.2.1. Kenmerken van normaliteit volgens Rosenhahn & Seligman
- 7 factoren die de beeldvorming naar geestelijke gezondheidszorg toe positief en negatief
beïnvloeden :
- 1. persoonlijk lijden
- de persoon lijdt onder zijn problemen
- 2. disfunctionaliteit van gedrag
- wanneer het gedrag het eigen dagelijks en beroepsmatig functioneren belemmert,
wanneer het bevredigende reacties met anderen ondermijnt, ook als het gedrag het
welbevinden van anderen verstoort
- 3. irrationeel en onbegrijpelijk gedrag
- mensen zijn geneigd iemands gedrag als ‘abnormaal’ te bestempelen als andere in zijn
gedrag geen logica of zin kunnen ontdekken
- 4. onvoorspelbaarheid en controleverlies
- vanuit behoefte aan onvoorspelbaarheid en beheersing van het dagelijks leven, kan
een bedreigend gevoel ontstaan als een ander onvoorspelbare gedragingen stelt
- 5. opvallen en onconventioneel gedrag
- gedrag dat sterk afwijkt van de eigen manier van gedrag, het oordeel wordt
waarschijnlijker naarmate het gedrag opvallender is, of minder vaak voorkomt en zeker
als het bovendien sociaal onwenselijk is
- 6. gedrag dat een ongemakkelijk gevoel bij anderen teweeg brengt
- bv. luid beginnen lachen tijdens een begrafenis
- 7. het overtreden van morele normen die men voor zichzelf hanteert
- bv. een persoon die altijd heel attent was naar anderen toe is nu heel grof in z’n
communicatie
- 2.2.2. Percepties op ‘normaal’ en ‘abnormaal'
- 1. maatschappijbeeld als beïnvloedende factor
- onze maatschappij-cultuur kunnen we symboliseren als ‘Fast’, ‘Short’, ‘Kicking’ en ‘New’
- het is een cultuur die zich kenmerkt door grote aandacht van maakbaarheid en
perfectionisme, sterke appreciatie voor wie presteert, een cultuur van genot en
onmiddellijke behoeftebevrediging, een cultuur die sterk gericht is op het individu en veel
minder aandacht heeft voor netwerken, sociale verbanden, verbondenheid, …
- om te voldoen aan de normen van de maatschappij —> behoren tot de YAVIS-group :
young, attractive, verbal, intelligent & succesful
- niet tot de HOUND-group : humble, old, ugly, neglectable, dirty
- —> mensen met minder psychische weerbaarheid vallen uit de boot in onze snelle
maatschappij, of er is middelenmisbruik om die snelheid aan te kunnen
- 2. milieu en context als beïnvloedende factoren
- een culturele norm kan ervoor zorgen dat mensen bepaalde zaken niet bespreekbaar
kunnen maken, of dit slechts kunnen doen op een ‘sociaal aanvaardbare manier’
- iedere cultuur heeft haar eigen normen en waarden
- 3. het eigen referentiekader als beïnvloedende factoren
- het referentiekader is de subjectieve bril van waaruit je waarneemt en interpreteert
- het wordt onder andere gevormd door je opvoeding, familie, vrienden en kennis, de
context waarin je leeft, …
- het is niet statisch, onder invloed van nieuwe ervaringen verandert ook terug de kijk op de
werkelijkheid
Pagina 2 van 14